Posts tonen met het label Vlaamse Ardennen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Vlaamse Ardennen. Alle posts tonen

woensdag 2 september 2020

344: Maarkedal, Zaterdag 30 mei 2015, 22,905 km. (7013,786 km.)



“Het was zowat kwart na negen in de ochtend, toen we van start konden gaan ter hoogte van het wandelknooppunt 74, gesitueerd in Maarkedal ter hoogte van de Steenbeekdries 2. Het had voorheen heel wat moeite gekost om een parkeerplaats te vinden aldaar, omwille van de smalle landelijke wegen. Uiteindelijk lukte het toch ter hoogte van een boerderij, deels op een verharde berm en deels in de goot. Maar goed, na een hapje konden we op weg. De zon liet zich zien, doch het voelde enigszins fris aan, omwille van een onaangename wind. We vertrokken dus richting knooppunt 36. We wandelden via een asfaltwegje dat licht stijgend was, tot we aan het volgende kruispunt rechtsaf gingen en begonnen aan de afdaling van de Steenbeekdries, zowat 700 m kasseien, met een hellingsgraad van 6%. We bemerkten vrijwel onmiddellijk de aanduidingen van het parcours van de Ronde van Vlaanderen. Een ruime bocht verder ging het linksaf op een smalle betonweg, eerst dalend en vervolgend opnieuw stijgend. We bereikten wat verder dan ook een woonzone en om het hoekje het wandelknooppunt 36. De eerste twee kilometer waren een feit.

Aldaar ging het naar rechts, om via een deels overgroeid tegelpad, wat verderop het Nukerkeplein te bereiken ter hoogte van de plaatselijke kerk, tevens knooppunt 67. We draaiden op het plein rechtsaf en begonnen aan een geleidelijke afdaling via de openbare weg naar de drukke N60, welke we even later dwarsten. We vonden aan de overzijde het volgende wandelknooppunt nr. 68, in de nabijheid van het café Den Os. Jammer genoeg stonden we hier voor de eerste gesloten deur van de dag. Het zou de laatste niet zijn. We stapten dan maar verder over een brede dalende asfaltweg naar de ingang van het Koppenbergbos, dat we vervolgens linksaf betraden. We volgden hier blijkbaar een gedeelte van het traject van de Streek-GR Vlaamse Ardennen. Een kronkelend bospad voerde ons doorheen een eerste gedeelte van dit bos, met onderweg enkele vlonderpaden, een paar brugjes en natuurlijk af en toe sterk dalend en klimmend.

Een tijdje later bereikten we het einde van dit gedeelte van het Koppenbergbos en volgden naar rechts een smalle asfaltweg langsheen enkele weiden en landerijen. Slechts korte afstand later, ging het via een breed grindpad linksaf, naar het volgende gedeelte van het Koppenbergbos. Bij het betreden van dit gedeelte troffen we rechts een schuilhut aan met een picknickbank ernaast. Het was ondertussen 10:40 uur geworden, tijd dus om even te denken aan de inwendige mens. Een boterhammetje smaakt altijd beter in een bosrijke omgeving dan aan de keukentafel. Na deze korte onderbreking konden we alweer op pad en troffen vrijwel onmiddellijk het knooppunt 32 aan. We dienden aldaar linksaf te gaan voor een volgende passage doorheen het bos. Hier en daar troffen we informatieborden aan betreffende het voormalige Duitse Stormbataljon 4 dat hier tijdens WO1 oefeningen hield. Er werden zelfs schietoefeningen gehouden en loopgraven gebouwd, wat na de oorlog leidde tot het indienen van schadeclaims.

Ook ditmaal genoten we van een mooie doortocht in het Koppenbergbos, fraaie bospaden, af en toe steile stukken parcours en een hele serie trappen. Jammer genoeg bereikten we even later opnieuw het andere einde van de bos en dienden een stukje veldweg te volgen. In de verte konden we de kerk bemerken van Oudenaarde. Er volgde een stukje asfalt langsheen geel gekleurde weiden, tot we opnieuw links voor de derde maal het Koppenbergbos dienden te betreden. Er volgde nu een wandeling langsheen een smal bospad, dat even later een sterke hellingsgraad had, waarna we begonnen aan het beklimmen van een lange reeks trappen, die zelfs voorzien waren van enkele omgevallen bomen. Het werd dus af en toe een stukje klauteren over dood hout, maar dat maakte dit stukje wandelweg dan ook bijzonder aangenaam. What goes up... we kennen allemaal het gezegde. Boven gekomen begonnen we dan aan een vrijwel even lange reeks trappen naar beneden.

Zo gezegd, zo gedaan, beneden aangekomen troffen we een picknickplaats aan ter hoogte van een aldaar gebouwde Mariagrot. We konden er even verpozen en genieten van een fraai uitzicht over de omgeving. Een mooi tegelpad later arriveerden we aan de voet van de eigenlijke Koppenberg, ofte wandelknooppunt 28. We waren ondertussen zowat 7,5 km onderweg. Op zoek naar een kopje koffie, vernamen we van buurtbewoners dat er een café was gevestigd even verder om de hoek. Tien minuten later stonden we voor de gesloten deur van café de Koppenberg. Dan maar terug naar knooppunt 28. Er restte ons geen andere mogelijkheid dan de beklimming van 700 m kasseien met een hoogste hellingsgraad van 19% en dat liet zich duidelijk voelen. Af en toe was het even happen naar adem, maar dat bemerkten we ook bij tal van wielerliefhebbers die ons inhaalden. Sommigen echter dienden tijdens de beklimming af te stappen en te voet verder te klimmen.

Uiteindelijk de top van de Koppenberg overschreden, ging het even verder rechtsaf en sterk dalend via een wegel tussen de akkers. Zo bereikten we even later beneden het wandelknooppunt 27. Een asfaltwegje naar rechts liet ons nog steeds verder afdalen op zoek naar het wandelknooppunt 34, dat we jammer genoeg ter hoogte van het volgende kruispunt niet meer aantroffen. Was het nu naar links of naar rechts? Gelukkig hadden we een summier plannetje bij en gokten we op links. Enkele kronkelende asfaltwegen later stelden we vast, dat we nagenoeg knooppunt 33 hadden bereikt, het volgende op onze geplande route. We hadden blijkbaar ditmaal juist gegokt. Na iets meer dan tien kilometer stappen troffen we tenslotte knooppunt 33 op onze weg aan. Vanaf hier ging het eerst via een smalle weg naar rechts, om later een links gesitueerd betonbaantje te volgen tussen de velden. Op die manier bereikten we een weide waar zich enkele 2CV’s bevonden, tevens een gerestaureerde hoeve, nu de plaats voor seminaries en evenementen, dit alles onder de naam Pladutse 3. We gingen er even op zoek naar een toilet en een kopje koffie en werden er op onze wenken bediend, met dank uiteraard aan de uitbater.

Na deze welkome onderbreking vervolgden we onze weg. Vrijwel dadelijk ging het linksaf via een asfaltwegje, de hoogte in, op weg naar het Elenerbos. Een smal kronkelend bospad liet ons al meteen klimmen. Het was duidelijk dat dit pad minder werd bewandeld. Eenmaal het hoogste punt bereikt, kwamen we terecht op een stukje kasseiweg, ter hoogte van het knooppunt 77. Een dalende veldweg naar rechts leidde ons terug in de richting van het Elenerbos. Een picknickbank aan de ingang van het bos, gaf aanleiding tot een late lunch. Het was ondertussen zowat 13:55 uur geworden. Na een hapje daalden we verder af doorheen het bos, tot we opnieuw de openbare weg bereikten. We bevonden ons nu in Meldert volgens de gemeenteborden. We wandelden langsheen een oude watermolen om vervolgens een links gelegen betonwegje op te gaan. Gekomen ter hoogte van het volgende wandelknooppunt, nr. 35, ging het opnieuw linksaf. Een landelijke weg liet ons wandelen tussen de velden en weiden. Zo bereikten we uiteindelijk een drukke weg, welke we slechts over zeer korte afstand dienden te volgen.

We troffen er de knooppunten nrs. 25 en 26 aan, alsook de taverne De Klokke, jammer genoeg stond de horecazaak te koop. Nogmaals een gesloten deur dus vandaag. Aan het laatste vernoemde knooppunt ging het naar links via een mooi tegelpad. We volgden hier duidelijk de Panorama Wandelroute. Het tegelpad werd heel even een breed grindpad, om vervolgens opnieuw een tegelpad te worden. Dit volgend bereikten we het centrum van Zulzeke ter hoogte van de kerk. We troffen er info aan betreffende een lokale wandelroute, met name de Ulrich Libbrechtwandeling, met keuze uit 7,8 of 5,4 km. Ter hoogte van de kerk hielden we even pauze op het terras van café ’t Oud Gemeentehuis, de koffie smaakte er naar behoren. De klok wees ondertussen reeds kwart na drie aan, we hadden dus nog ruimschoots de tijd. We vervolgden later onze weg aan de overzijde van de straat, alweer via een tegelpad, opnieuw richting Elenerbos, dat we korte tijd later bereikten. Een kronkelend pad liet ons vorderen langsheen de bosrand, teneinde op die manier knooppunt 80 te bereiken. De Streek-GR Vlaamse Ardennen, zou ons opnieuw een tijdje als leidraad dienen.

Vanaf deze hoogte hadden we een schitterend zich over de omgeving en konden er even verpozen op een mooie rustbank. Even later begonnen we aan een geleidelijke afdaling via een asfaltweg en vervolgens een grindpad, om vanaf knooppunt 78 nogmaals door een stukje Elenerbos te gaan via een vrijwel forse klim. We vorderden op die manier naar knooppunt 81, alwaar we opnieuw de openbare weg bereikten. We bevonden ons terug dichtbij de N60, welke we even later voorzichtig dienden te dwarsen. Aan de overzijde van deze drukke weg troffen we het wandelknooppunt 66 aan. We bevonden ons opnieuw in de bewoonde wereld en volgden enkele woonstraten richting centrum van het dorp. Via een breed tegelpad tenslotte, bereikten we even later opnieuw het pleintje ter hoogte van de kerk van Nukerke en tevens het wandelknooppunt 67, alwaar we deze ochtend reeds waren langs gekomen. We namen er nog even de tijd, om op een bankje te genieten van een appeltje voor de dorst.

Na dit laatste oponthoud, het was ondertussen vijf uur geworden, volgden we dezelfde weg terug al voorheen op de dag, het is te zeggen, via de knooppunten 36 en 74. Zo bereikten we ons vehikel en konden beginnen aan de terugreis huiswaarts. We genoten vandaag van een wandeldag in de Vlaamse Ardennen, goed voor 22,905 km; 1118 cal, we zetten 30.540 stappen in een wandeltijd van 5.40.46. Zo kwam alweer een einde aan een toch wel vermoeiende dagtocht.”

donderdag 23 juli 2020

316: Edelare, Woensdag 15 oktober 2014, 14,371 km. (6452,699 km.)



“Vandaag kozen we de Vlaamse Ardennen als bestemming, voor een wandeltocht met start en aankomst in Edelare. Deze tocht, volgens de brochure 12 km lang, is beter gekend als de Bierbrouwer Wandelroute, groene lus. Er bestaat ook een blauwe lus met start en aankomst in Mater en met een lengte van 11 km. We trokken dus deze ochtend richting Sint-Martinuskerk van Edelare, alwaar de wandeling van start zou gaan. We vonden vrij gemakkelijk een parkeerplaats aan de overzijde langsheen de weg. Na de wandelschoenen te hebben aangetrokken en een hapje te hebben gegeten, konden we onder een blauwe hemel beginnen aan deze eerder korte dagtocht. Een café ter hoogte van de startplaats was gesloten, dus vooralsnog op weg zonder een kopje koffie. We troffen ter hoogte van de startplaats een informatiebord aan betreffende deze Bierbrouwer Wandelroute en tevens een eerste groen zeshoekig bordje dat ons verder tijdens de dag de juiste richting zou aangeven. Naast het gesloten café gingen we het gelijknamige Sint-Martinusstraatje in, vrij vlug een veldweg, alwaar we aan hoogte wonnen. De eerste mooie vergezichten kwamen aan bod.

Na een stukje onverharde weg, tussen de landerijen en de weiden met grazende koeien, bereikten we opnieuw de openbare weg. Via de Doolstraat en de Boembeekstraat ging het nu richting Volkegemberg. We wandelden hier een eindje langsheen het traject van De Ronde van Vlaanderen. Deze Volkegemberg, met een maximale hellingsgraad van 12%, zouden we slechts tot halverwege beklimmen via de weg. Aldaar gingen we een rechts gelegen aardeweg in en kregen meteen een prachtig zicht op het lager gelegen Edelare. We wonnen nog wat aan hoogte en bereikten op die manier het dorpsplein van Volkegem, waarbij we onderweg daarheen de aanwijzingen aantroffen van het Volkegempad. Op het pleintje konden we even bekomen van de klim en op een rustbank even denken aan de inwendige mens. Het café op het plein, Den Obus, bleek helaas alweer gesloten. Geen sanitaire stop dus en evenmin een kopje koffie om even te kunnen pauzeren.

We wandelden dan maar verder via de Steenbergstraat, om even later de drukke N8, de Geraardsbergenstraat te bereiken. Slechts over korte afstand dienden we de hinder van de auto’s te ondervinden, vermits we vrij snel in een bocht van de weg, rechtdoor een veldweg konden ingaan. Ook hier alweer de vaststelling, hoe vaak veldwegen worden geteisterd door de zware landbouwtractoren. Gelukkig is er af en toe een grasstrook, wat toch het wandelen aangenamer maakt. Heel wat bieten waren reeds geoogst en lagen op grote hopen, teneinde te worden vervoerd. Aan het einde van deze, soms moeilijk begaanbare veldweg, ging het rechtsaf via de Kapelleberg. We volgden er het traject van de Streek-GR Vlaamse Ardennen, voor ons ondertussen niet langer een onbekend wandelpad. Het woord Kapelleberg zegt al genoeg, klimmen dus, gelukkig via een verkeersarme asfaltweg.

Uiteindelijk boven gekomen, bereikten we de Sint-Vincentiuskapel. Omwille van werkzaamheden konden we de kapel niet bezichtigen. We vervolgden dan maar onze route via de Kapelleberg, ditmaal in dalende zin. Beneden in het dal stroomt de Maarkebeek en bevindt zich het dorpje Maarke-Kerkem. Op zoek naar een kopje koffie en een toilet, weken we even van de route af en daalden af tot in het dorp. Jammer genoeg bleek het enige café, De Lustige Boer aldaar, gesloten. Noodgedwongen zochten we dan maar onze toevlucht in een nabijgelegen schooltje, alwaar we even gebruik konden maken van de sanitaire voorzieningen. Weliswaar dienden we nu in omgekeerde richting terug de juiste route te vinden en dat betekende een felle beklimming, gevolgd door de nog steilere Kokerellestraat. Je krijgt er natuurlijk mooie panorama’s voor in de plaats. We bevonden ons een tijdje op het traject van de Vlaamse Ardennenroute.

Bijna op het hoogste punt, ging het vervolgens via een veldweg naar de Eikenberg, welke slechts gedeeltelijk werd beklommen, waarna het verder ging richting Ladeuze. Een draaihekje en vooral een steil dalend wandelpad later, bereikten we de vroegere heerlijkheid van de familie De la Deuze. We bereikten er tevens de Maarkebeek en kregen zicht op een woning, waarop vermeld ‘Ladeuze’. We troffen er tevens een GR-wandelboom aan. Slechts een honderdtal meter verder, langsheen een kasseiweg bevond zich de Ladeuzemolen. Even voorbij de molen sloegen we linksaf in de Zevenbunder, een voetweg welke het verloop volgde van de Maarkebeek. Een stukje tegelpad liet ons genieten van deze mooie en rustige wandelomgeving. Tenslotte bereikten we een brug over de beek ter hoogte van de openbare weg. We namen er dan ook even een korte wandelpauze. Het ging nadien rechtsaf via de steile Hekkebrugstraat, alwaar we boven een stukje konden zien van het huis waar de kunstschilder Valerius de Saedeleer, zijn laatste levensjaren doorbracht.

Het ging vervolgens linksaf via een landelijke weg naar een hoger gelegen plateau. Op die manier bereikten we de Ommegangstraat en volgden we een stukje het traject van de Lange Ommegang Kerselare, een wandelparcours langsheen een vijftiental kapelletjes. We konden er dan ook enkele exemplaren digitaal vastleggen. Even later passeerden we het voormalige Kezelfort, gelegen op de gelijknamige Kezelberg, jammer genoeg niet toegankelijk. Eigenlijk viel er van op de openbare weg weinig van te bemerken. Gelukkig konden we in de verte een gedeelte zien van de stad Oudenaarde met enkele indrukwekkende bouwwerken. Via enkele veldwegen tussen de landerijen, bereikten we de achterzijde van de kerk van Edelare en konden op die manier de wandeling afsluiten. Deze eerder korte wandeltocht vandaag was goed voor 14,371 km en 19162 stappen.”

maandag 20 juli 2020

313: Ronse, Zaterdag 04 oktober 2014, 22,824 km. (6396,308 km.)



“Een wandeltocht, beschreven in de Dagstappergids Oost-Vlaanderen 2 met start in Ronse. Deze wandeling kreeg als titel: ‘Wandeling op en rond de taalgrens, in de Vlaamse Ardennen’. De aanbevolen vertrekplaats bevond zich ter hoogte van de jeugdherberg De Fiertel. De totale wandelafstand bedroeg 21,2 km, waarbij tijdens het verloop van de tocht een gedeelte zou worden gevolgd van de GR122, de GR5A en de Streek-GR Vlaamse Ardennen. Na een autorit richting Ronse, een laattijdig ontbijt ter plaatse, konden we van start gaan, voorzien van een blauwe hemel en behoorlijk wat zonneschijn. We verlieten dan ook de parking aan de jeugdherberg De Fiertel, om af te dalen richting kapel van Loreto. Op het kruispunt in de nabijheid daarvan, gingen we naar rechts. We bevonden ons toen reeds op het traject van de GR5A, de GR122 en volgden tevens een lokale fietsroute, de Hermes Route van 40 km. Langzaam wonnen we opnieuw aan hoogte om rechts de Trogstraat in te gaan, vooreerst een asfaltweg, later een aardeweg. Een tweetal boerderijen verder ging het opnieuw naar rechts, tot aan het chalet Boekzitting. Nogmaals gingen we rechtsaf tot aan een wandelboom, alwaar we voorlopig afscheid namen van de wit-rode GR-tekens. Via de dalende Sint-Pietersbosstraat kwamen we ter hoogte van de N454, om vervolgens aan de overzijde een dalende kasseiweg in te gaan.

Na een bocht naar rechts, betraden we een stukje bosgebied, om door middel van een kronkelend pad doorheen het bos te wandelen. Ter hoogte van een T-kruising hielden we links aan, richting wandelknooppunt 38. Korte tijd later verlieten we het bosje en bereikten een asfaltweg, alwaar we links afdraaiden. Weinige meters verders stapten we rechts een veldweg op naast een voetbalveld. We kregen er de geel-rode markeringen van de Streek-GR Vlaamse Ardennen te zien, waarvan we het traject over zowat 5 km zouden volgen. We gingen richting wandelknooppunt 40 om ter hoogte van een kapel, terug de N454 aan te treffen. Ditmaal ging het aan de overzijde de Gielestraat in, nog altijd in de richting van het reeds vermelde knooppunt 40. Onderweg stapten we een tijdje op de lokale Omer Wattez Wandelroute om tenslotte te arriveren aan de ingang van het bos Terrijst. We draaiden linksaf om te bos in te gaan, voorbij een slagboom tot aan het grote infobord betreffende het bos Terrijst. Daar kozen we de richting van het wandelknooppunt 23, via een brede bosweg die we over zowat 1 km zouden bewandelen. Eenmaal voorbij een volgende slagboom maakten we een bocht naar rechts om te komen aan een brede betonweg. Over korte afstand volgden we die weg naar links.

Aan de overzijde, ter hoogte van een kapelletje namen we een zijstraat rechts, die ons leidde tot aan een uitzichtpunt, het Bosgat. We wonnen nog wat aan hoogte tot een haakse bocht naar rechts, waar we afscheid namen van de rood-gele markeringen van de Streek-GR Vlaamse Ardennen. We gingen rechtsaf, staken een kruispunt over en vervolgden onze tocht doorheen een doodlopende straat, welke overging in een veldweg. Ter hoogte van een aldaar gelegen boerderij dienden we te gaan in de richting van het wandelknooppunt 25. De veldweg liet ons wandelen langs het kasteel te Wolfskerke en Hof te Wolfskerke. Inmiddels was de veldweg opnieuw verhard, welke we verder naar rechts indraaiden. We bevonden ons daar op een gedeelte van het plaatselijke Sigelshempad alsook de Zwalmbronnen Wandelroute. We hielden voorlopig de aanduidingen naar het wandelknooppunt 33 in het oog, even later gevolgd door wandelknooppunt 51. Zo bereikten we even later de drukke N48. Aan de overzijde ging het verder via een dalende veldweg naast een rij struiken en later langsheen de rand van het Brakelbos. Zowat 800 m verder sloegen we rechtsaf het Brakelbos in voorbij een slagboom, om twee bruggetjes verder een wandelboom te bereiken.

Dit was dan ook het punt, vanaf waar we nu het gezamelijke traject zouden volgen van de GR5A, de GR122 en de Streek-GR Vlaamse Ardennen. Het begon in een lange brede bosweg doorheen het Brakelbos naar de top van de heuvel. Net alvorens de top te bereiken dienden we links af te slaan en op de volgende T-splitsing rechtsaf. We gingen voorbij een volgende slagboom om ter hoogte van een afsluiting rechts te houden en aan te komen aan de kapel in het gehucht La Houppe. Ondertussen waren we toe aan een sanitaire pauze en uiteraard een verfrissing, dus hielden we even halt in Chalet Gerard aan de overzijde van de straat. Na deze verdiende rustpauze, stapten we naast Chalet Gerard al klimmend het bos in. We kregen een holle weg te verwerken, om even verder het bosgebied te verlaten op een grindpad. Net voor een voetbalveld troffen we links een asfaltweg aan welke leidde naar een radartoren. Even voor we een tweede radartoren bereikten ging het via een sterk dalende holle weg naar links. Beneden aangekomen wandelden we verder langs de bosrand om tenslotte aan te komen tussen de huizen van het gehucht Queneau.

Eenmaal op de N520, gingen we even naar rechts, om wat verder de eerste veldweg rechts in te gaan. Een kruispunt verder kozen we een veldweg naar links, alwaar we via een bosweg afdaalden naar een beekje. Aan de overzijde van de beek ging het dan in stijgende lijn naar het gehucht Miclette. Zowat 400 m verder dienden we na een huis een smal aardewegje te nemen en twee poortjes te passeren, teneinde op die manier te wandelen naar de verder gelegen N48. Aan de overzijde van deze drukke weg, ging het via een stijgende veldweg rechtdoor naar het gehucht Breucq, terwijl we ons bevonden op de Muziekbos Wandelroute. In het gehucht kozen we andermaal links een kronkelende weg, welke we volgden tot de tweede bocht naar links. Daar verlieten we de weg om een paadje tussen twee huizen in te gaan naar de jeugdherberg De Fiertel. Zo kwam dan ook een einde aan een dagje Vlaamse Ardennen. We eindigden de tocht na 30432 stappen en een gewandelde afstand van 22,824 km.”

zondag 31 mei 2020

264: Schorisse, Zaterdag 20 april 2013, 25,3 km. (5262,279 km.)



“Een stralend blauwe hemel, het ideale moment om de wandelschoenen aan te trekken op deze zaterdagochtend. We hadden dan ook voor deze dag een wandeling gekozen uit de Dagstappergids Oost-Vlaanderen, met start ter hoogte van de kerk van Schorisse. De afstand van deze dagtocht bedroeg 25,3 km. In onze wandelgids werd deze trektocht omschreven als volgt: ‘Waar de Ronde van Vlaanderen geschiedenis schrijft’. Het beloofde dus een dag te worden van klimmen en dalen doorheen de Vlaamse Ardennen. Na een autorit bereikten we dan ook de plaats van vertrek in Schorisse. Na een hapje konden we op pad. Naast de plaatselijke kerk begaven we ons in de Essestraat om vrijwel dadelijk de eerste beklimming van de dag aan te vangen, naar de top van de Foreest. Naarmate we aan hoogte wonnen verkregen we een prachtig zicht op enkele heuvels van de Vlaamse Ardennen. Boven gekomen gingen het naar rechts in de Omer Wattezstraat, alwaar we ons trouwens bevonden op de gelijknamige Omer-Wattez Wandelroute. Een kruising verder daalde de weg, om de Rijststraat te bereiken.

Eenmaal beneden, kondigde zich een nieuwe beklimming aan, ditmaal via een veldweg. Op het einde van de heuvel kwamen we in de A. Odevaartstraat. Wat verder bemerkten we aan één van de woningen een gedenkplaat ter ere van Arthur Odevaert, die tijdens de Tweede Wereldoorlog werd gearresteerd door de Gestapo en werd gefusilleerd te Oostakker in augustus 1944. In de verte zagen we de radartoren van La Houppe, een plaats waar we later tijdens de wandeling zouden komen. Op het einde van de weg bereikten we het kruispunt Bosgat, alwaar we kozen voor links. Zowat 200 m verder ging het rechtsaf, richting bos Ter Rijst. We werden dan ook uitbundig begroet door ontelbare aantallen witte boshyacinten, welke baadden in het zonlicht. Een ware streling voor het oog. In het bos zelf volgden we de hoofddreef zuidwaarts. Voorbij het bos volgde een andere bezienswaardigheid, een vervallen hoeve. Fotogeniek op zich, doch meer valt daarover dan ook niet te zeggen. We wandelden verder over een bospad voorbij de hoeve, een pad dat snel een verharde weg werd. Gekomen op een kruispunt ging het naar rechts, richting kerk van D’Hoppe (La Houppe). Aldaar kwamen we ter hoogte van de drukke N48.

We hielden er even halt om enkele foto’s te nemen van de kerk en de dichtbij gelegen Lourdesgrot. Een grot waar trouwens zich een steen bevond uit de echte grot te Lourdes. Ter hoogte van het klooster van La Houppe ging het even later over korte afstand langsheen de N48 naar links, om nadien de weg te dwarsen, richting Vloesberg-Flobecq. De weg ging een stukje doorheen het bos, waarna we de kapel van D’Hoppe bereikten, de ‘Caplette’. Vanaf nu bevonden we ons op het traject van twee Groteroutepaden, de GR122 (Zeeland-Champagne-Ardenne) en de GR5A (de Wandelronde van Vlaanderen). We volgden de wit-rode markeringen naar boven, via een brede holle weg tussen de bomen, passeerden een stortplaats en bereikten tot slot een reusachtige antenne. De kleur van de grond was er opvallend zavelkleurig. Boven ter hoogte van de radartoren ging het GR-pad linksaf en wandelden we doorheen het Pottelbergbos. Ditmaal ontelbare gele hyacinten in het bos. Naarmate we het einde van het bos hadden bereikt, kwamen we ter hoogte van de eerste woningen van de wijk Queneau.

In Queneau wandelden we verder via een paadje langs de N520, dus niet via de drukke weg. Even verder veranderde het paadje in een aardeweg en vervolgens een asfaltbaan. We dwarsten de N520 om via een pad af te dalen naar een beek. Het ging nadien richting gehucht Miclette. Onderweg hadden we reeds kunnen genieten van een rustpauze, gezeten op enkele enorme hooibalen. We bereikten de N519, welke we over korte afstand naar rechts volgden, teneinde op die manier de N48 te bereiken, de weg Ronse-Brakel. We staken de weg over om te beginnen aan een stijgende veldweg. Opnieuw konden we genieten van een prachtig panorama. We wandelden doorheen het gehucht Breucq en daalden later via een pad af naar het jeugdhuis ‘de Fiertel’. Aldaar hielden we de richting rechtdoor aan om een splitsing te naderen ter hoogte van de kapel Onze-Lieve-Vrouw van Lorette. We troffen er een wandelboom aan inzake de samenkomst van enkele GR-paden, met name de GR5A, de GR122 en GR129. We konden er de kapel bewonderen en uiteraard even genieten van een pauze in het zonnetje. Heel even ging het in dalende lijn, om nadien via de Trogstraat een felle beklimming aan te vangen, welke ons deed aankomen in de Kanariebergstraat. Rechtsaf ging het aldaar om hogerop een volgende wandelboom aan te treffen ter hoogte van de chalet Boekzitting.

Vanaf nu volgden we de GR129, om vooreerst een stukje dalend bospad te volgen langsheen prikkeldraad. Eenmaal doorheen het bos troffen we een graspad aan ter hoogte van een weide, dat ons vervolgens leidde naar de kerk van Louise-Marie. Een klein dorp genoemd naar de eerste koningin der Belgen, Louise-Marie van Orléans (1812-1850). De eerste steenlegging van de kerk van Onze-Lieve-Vrouw van La Salette viel samen met de eerste verjaardag van haar overlijden. Na een zonnige pauze ter hoogte van de kerk, daalden we af naar de N425, om aan de overzijde van de weg een kerkwegel aan te treffen. Na zowat 600 m deze wegel te hebben gevolgd, ging het verder rechtdoor via de weg. Uiteindelijk veranderde de weg opnieuw in een pad dat leidde naar een asfaltweg, Bosketse, alwaar we rechts dienden te gaan. Ter hoogte van het huisnummer 3, volgden we naar links nog steeds de GR129. Deze veldweg werd verderop een graspad en even later een asfaltweg tot aan de Vlaamse Ardennenweg. Via de dalende Kleistraat ging de tocht verder, tot we een veldweg bereikten die ons deed klimmen naar de top van de Taaienberg. Boven gekomen bevonden we ons in de Poesthemstraat alwaar we in de bocht zicht kregen op de beroemde kasseien.

Over de top van de Taaienberg arriveerden we in de Bossenaarstraat, om 300 m verder de GR129 te verlaten ter hoogte van een elektriciteitscabine en rechts te kiezen naar de Bossenaremolen. Voorbij deze gerestaureerde staakmolen bereikten we een kruispunt van vijf wegen, om de Bovenstraat in te gaan. De weg werd wat verder een holle weg en daalde af naar het gehucht Hokelbeke. Het ging naar links en nadien verder via de rechts gelegen Gorisveldstraat. Via de Leideveldstraat en later de Heidestraat, troffen we een oude bekende aan, de Omer Wattez wandelroute. We wandelden nu aan hoogte winnend, richting Parkstraat. We daalden vervolgens terug af naar de Molenbeek, om daar zicht te krijgen op de Kasteelmolen, een van de nog weinig werkende watermolens. Even verder kwamen we opnieuw aan ter hoogte van de N454, om rechts te kiezen, richting kerk van Schorisse, meteen het einde van een toch wel vermoeiende wandeltocht vandaag.”

dinsdag 19 mei 2020

239: Gavere, Zaterdag 16 juli 2011, 14,3 km. (4762,339 km.)



Een tochtje langsheen de Schelde, eerder kort nochtans, doch de weergoden hadden het destijds anders gezien. Een relaas met betrekking tot enkele belevenissen tijdens een tweede etappe van de zogeheten Via Scaldea, een pelgrimsroute richting Santiago de Compostela. Het verslag werd geschreven dezelfde avond omstreeks 19.21 uur.

“Vandaag was het nog eens tijd om de wandelschoenen aan te trekken en een stukje verder te wandelen langsheen de Via Scaldea, waarvan we een tijdje terug het eerste gedeelte reeds hadden afgelegd. We vertrokken deze ochtend dan ook vanuit Gent-Dampoort per trein naar het station van Gavere-Asper, de plaats alwaar we de eerste etappe van deze pelgrimsweg hadden verlaten. Aangekomen in het station van Asper, namen we rechts de grote weg, om even later opnieuw aan te komen ter hoogte van de brug over de Schelde. Boven op de brug kregen we een prachtig uitzicht over deze waterloop, doch tevens bemerkten we in de verte donkere onheilspellende wolken. Op de brug troffen we tevens een kleine gedenkplaat aan ter ere van de gesneuvelde Sgt. C.W. Bull van het Royal Tank Regiment, welke sneuvelde op 07 september 1944. De brug wordt dan ook Memorial Bridge genoemd. Even later stonden we opnieuw beneden onder de brug, op de rechteroever van de Schelde en konden we na een kleine hap onze tocht langsheen de Via Scaldea vervolgen. We trokken dus verder richting Oudenaarde.

Pas vertrokken langsheen het jaagpad, kregen we al de eerste blauwgele stickers in zicht van de Camino de Santiago. We wandelden vervolgens langsheen het voetbalveld in Gavere en konden terug genieten van enkele voorbij varende schepen. Aan de overzijde van de Schelde raasde af en toe een peloton wielerfanaten voorbij. Toen we een tijdje op weg waren, deed de zon zowaar enkele schuchtere pogingen om doorheen het grijze wolkendek te breken. Er stond echter een onaangename wind en die blies licht in het nadeel. Wat verderop kregen we in de berm een aanwijzing te zien, dat we een gedeelte volgden van een plaatselijke wandelroute, met name de Slag bij Gavere wandelroute. Langsheen de Scheldeboorden kregen we uiteraard een assortiment prachtige bloemen te zien, in vrijwel alle kleuren. Een ideale gelegenheid natuurlijk voor de vrouw des huizes om plaatjes te schieten onderweg. Veel valt er daarbuiten niet te zien langsheen deze rechteroever, tenzij bij wijlen ongerepte natuur, maar gelukkig ver weg van alle verkeersdrukte en bewoning. Een praatje met een lokale hengelaar of een boot welke zich in de sluis begaf, dat zijn zo van die onverwachte momenten op weg langsheen de Schelde.

Na een aantal kilometers te hebben afgelegd, gingen we onder de volgende brug over de Schelde door, met name de Brug 3de Jagers te Voet, te Zingem – Zwalm. Stilaan zagen we in de verte af en toe de aard van het landschap een beetje veranderen, vermits de eerste heuveltjes van de Vlaamse Ardennen zich lieten zien. Rustig verder vorderend langsheen de rechteroever, kwamen we vervolgens langsheen het Vlaamse Natuurreservaat De Reytmeersen. Hier konden we even halt houden en de prachtige natuur, vooral de bloemen dan, aanschouwen. Via een hekje konden we even dit natuurgebied betreden om er even kort te verpozen. Eenmaal een eindje verwijderd van de vorige brug, wandelden we opnieuw op het fietsknooppuntennetwerk, om op die manier achtereenvolgens de punten 81, 86 en 92 te bereiken. Dat er over de Schelde tal van bruggen werden aangelegd, dat hadden we reeds sedert onze vorige wandeling ervaren. Een volgende in de reeks betrof de Ohiobrug, ter hoogte waarvan we ons bevonden op een lokale fietsomloop, met name de Scheldevalleiroute, aangegeven door de ondertussen reeds bekende bordjes. Ook naast de Schelde bevinden zich tal van unieke watergebieden, die ook vaak aanleiding geven tot mooie foto’s.

Naarmate we Oudenaarde naderden, kregen we af en toe te maken met wat neerslag en dat leidde ertoe dat regenkledij werd aangetrokken, of dat de paraplu alweer maar eens diende open te gaan. Aan de overzijde van de Schelde kregen we weldra de eerste tekenen van nijverheid te zien, waaronder de fabriek van de voor de Belgen gekende bakstenen. Het verkeer op het water werd wat drukker naarmate we de sluis naderden. Toen we even later in Oudenaarde de Lotharingenbrug onderdoor gingen, bevonden we ons vrijwel ter hoogte van de archeologische site van Ename, alwaar we het knooppunt 86 hadden bereikt. Dicht genaderd bij het centrum van Oudenaarde, verlieten we de Schelde om een oude Scheldearm te volgen richting jachthaven. Op die manier verwijderden we ons van de rechteroever, om even later uit te komen in een woonstraat. Het ging vervolgens langs enkele jachten tot aan de rechts gelegen Bergstraat. Aldaar dienden we rechts aan te houden, om op die manier terug te gaan in de richting van de Scheldebrug, net voor het centrum van Oudenaarde.

Ter hoogte van de Bergstraat kregen we enkele kunstwerken te zien, welke stonden opgesteld aan het einde van de jachthaven. We vervolgden onze weg tot aan de Scheldebrug, waar we uitzicht kregen op de links gelegen Onze-Lieve-Vrouwekerk van Pamele en anderzijds rechts de St. Walburgakerk, alwaar zich volgens de wandelgids zowaar een Jacobusbeeld zou bevinden. Dat mochten we in geen geval missen. Het traject van de wandeling gaat eenmaal over de Scheldebrug naar links, alwaar vervolgens de linkeroever van de Schelde wordt gevolgd, richting Kerckhove. We verlieten echter ter hoogte van de Scheldebrug de Via Scaldea en begaven ons naar het centrum van Oudenaarde. Vooreerst werd even bijgetankt op een terrasje, waar vooral de koffie zich liet smaken. Even later klopten we aan ter hoogte van de St. Walburgakerk, doch daar dienden we te vernemen dat de kerk op zaterdag pas geopend is vanaf 14:30 uur. Dit betekende meer dan één uur wachten en rondkuieren op de markt en door de winkelstraat, alvorens we nadien de kerk konden betreden. Ondertussen was de wind reeds aangewakkerd, waardoor op tal van terrasjes enkele zonneschermen tegen de vlakte gingen. De regen viel wat heviger uit de lucht, zodat we uiteindelijk van geluk mochten spreken dat de kerk werd geopend.

Korte tijd nadien konden we het beeld in kwestie aanschouwen op het oudst bewaarde altaar van de kerk uit 1614. Gelet ondertussen op het reeds gevorderde uur en ook omwille van de slechte weersomstandigheden, besloten we onze tocht van vandaag te eindigen in Oudenaarde. Het bleef dus vandaag bij een eerder korte tocht van 14,3 km. Nadien ging het richting station en spoorden terug richting Dampoort. Aldaar aangekomen regende het zowaar nog wat heviger, niet onmiddellijk de ideale start voor de Gentse Feesten. Maar goed, onze volgende ervaringen langsheen de Via Scaldea zullen dan beginnen in Oudenaarde. Een juiste dag hebben we nog niet in gedachten, aangezien stilaan 1 augustus nadert en dan zouden we in theorie kunnen beschikken over de sleutel van ons nieuw onderkomen. De wandelschoenen zullen dan even worden geruild voor een verfketel en rol.”

We sluiten af met een blik in de wandelboekjes. Daarin werden immers na afloop enkele eerste indrukken neergeschreven. ‘K: Van Gavere naar Oudenaarde. Beetje eentonig langs de Scheldedijken. Het leek wel herfst! St. Jacob gezien in de St. Walburgakerk. J: Tweede etappe van de Via Scaldea. Start in Gavere en langsheen de Schelde naar het verder gelegen Oudenaarde. Onderweg langs de Reytmeersen, door Zingem, Zwalm en Ename. In Oudenaarde bezoek aan de St. Walburgakerk om er het beeld van St. Jacob te bekijken. Regenachtige start van de Gentse Feesten!’

zondag 26 april 2020

175: Moen, Zondag 13 juni 2010, 22,4 km. (3495,928 km.)



Een tocht, welke in de wandelgids Marching als volgt werd aangekondigd: ‘Zondag – Dimanche 13/6/2010 – 8552 Moen (West-Vlaanderen), 19de Moense Gordel, 5-10-15-22-30 km. VZW Moense Gordel. Start: Par. Centrum TAP. Aan de poort van de Vlaamse Ardennen, langs het kanaal Kortrijk-Bossuit dat aansluit op de prachtige Scheldevallei. Sterk variërend parcours met mooie panorama’s. Gratis versnaperingen.’ Na afloop van deze georganiseerde wandeling, schreven we nog dezelfde avond een relaas, met betrekking tot de belevenissen onderweg, omstreeks 19:15 uur.

“Nadat we deze ochtend om acht uur, ons hadden aangeboden aan het stembureau, konden we even later toch nog proberen om deze zondag op een aangename manier door te brengen. We hadden dan ook reeds voorheen Moen uitgekozen als reisbestemming. In deze deelgemeente van Zwevegem, vond vandaag de 19de Moense Gordel plaats, een wandeltocht ingericht door de plaatselijke vzw Moense Gordel. Omwille van de kiesverrichtingen begon onze wandeldag dan ook iets later dan gepland. Toen we even na negen uur Moen hadden bereikt, vonden we voldoende parkeerplaats op de parking van het nabijgelegen sportcomplex. Op korte wandelafstand vonden we later de startzaal, gesitueerd in het Parochiecentrum. De opkomst was nog eerder aan de lage kant, gelet op het feit dat nog veel wandelaars hun burgerplichten dienden te vervullen. Terwijl we een hapje en een koffie nuttigden, begonnen de deelnemers stilaan de startzaal te vullen. Er kon vandaag worden gekozen uit de volgende afstanden: 5, 10, 15, 18 of 22 km. Wij kozen de wandeling van 22 km, met een werkelijke afstand van 22,4 km.

Op het moment dat we van start gingen, vertrokken ook een aantal wielertoeristen, aangezien de Moense Gordel tevens doorging als fietsgebeuren. Toch wel een beetje druk aan de startplaats. Voorzien van een gratis versnapering, een pakje peperkoek en een appel voor elke deelnemer, was de dag goed begonnen. Na nog een laatste blik op het plannetje met het parcours, verlieten we de plaats van inschrijving. Het eerste gedeelte van de wandeling bedroeg, luidens de verstrekte informatie 7,5 km. We wandelden door enkele aanpalende woonstraten de bebouwde kom van Moen uit. Het weer zag er goed uit, licht bewolkt en vooral een aangename wandeltemperatuur. Een licht hellende landelijke weg liet ons al vlug kennis maken met de weidse omgeving, waarbij onmiddellijk in de verte de eerste niveauverschillen in het terrein duidelijk werden. Unieke vergezichten zouden gedurende de rest van de wandeling hun opwachting maken. Terwijl we de rustige, kronkelende landelijke betonbaantjes volgden, bevonden we ons op een gedeelte van de Waterhoek route (een fietsomloop van 50 km). De roze pijlen van de organisatie leidden ons verder tot aan de eerste splitsing.

Aldaar vervolgden de deelnemers aan de 5 km hun weg rechtdoor, terwijl de andere wandelaars een rechts gelegen tegelpad opgingen. We konden er de rood-witte markeringen aantreffen van de GR5A, alsook de bordjes van de Orveyt Wandelroute. Zoals later zou blijken, betrof dit een wandeling van 7 km. Het tegelpad tussen het hoog opgeschoten gras, ging ook lichtjes bergop, in de richting van een stukje bos. Het einde van het pad mondde uit op een drukkere weg, die wij echter niet dienden te volgen, vermits we dadelijk terug links gingen en hierbij terecht kwamen in een klein parkje, voorzien van kleurige bloemen. Hier vonden we verdere info inzake de plaatselijke Orveyt Wandelroute. Via een klein sas, bereikten we de erachter gelegen voormalige spoorbedding. Een bordje met ‘Welkom op de Oude Spoorweg’, gaf ons nadere info inzake deze vroegere lijn Kortrijk-Ronse. Een traject dat in 1960 werd gesloten, wegens verbreding van het kanaal Kortrijk-Bossuit. We betraden een prachtig stukje natuurgebied. Een met gras begroeid pad, liet ons even verdwijnen tussen bomen en struiken en kreeg het uitzicht van een smal paadje. Algauw kregen we te maken met een kronkelend pad dat af en toe enkele hoogteverschillen aanbood. Het wegje zigzagde verder tussen de beplanting en af en toe dienden we ons te bukken voor laaghangende takken.

Andere wandelaars verdwenen uit het gezichtsveld. Het ging onder een brug door en wat verder maakten we kennis met enkele plankenvloeren, aangelegd ten behoeve van de wandelaars. Een typische frisse bosgeur prikkelde de reukorganen op deze vroege zondagochtend. Na deze aangename kennismaking met de voormalige spoorbedding, bereikten we opnieuw de openbare weg. Het ging nu richting kanaal Kortrijk-Bossuit, dat we in eerste instantie slechts vanuit de hoogte konden waarnemen, vermits we een weg volgden, hoger en naast het kanaal gelegen. Enkele zeldzame roeiers trokken de aandacht. Verderop sloegen we linksaf en staken de brug over het kanaal over. Ter hoogte van de brug vonden we de aanduiding van de Leie-Schelde route, eveneens een fietsomloop. Aan de overzijde van de brug betraden we dan weer de Driemolensroute B, een andere fietsomloop. Dit traject werd slechts over korte afstand gevolgd, aangezien we algauw aan de andere kant van het kanaal opnieuw ‘De Oude Spoorweg’ betraden. We kregen voor de tweede maal een prachtig stukje natuur voor de voeten geschoven, waar we volop konden van genieten.

Bij het bereiken van het andere uiteinde van dit stukje natuur, volgde een doortocht door het Domein Orveyt. Een trap gaf toegang tot deze prachtige wandelzone. Ook hier volgde aanvankelijk een met gras begroeid pad, waar we ook ditmaal konden genieten van de glooiende omgeving. Geurende bloemen en kwakende kikkers gaven de teneur aan van deze passage. Enkele grazende pony's schenen wat verder de wacht te houden bij een meetstation, dat een oogje liet vallen op de zuurtegraad van de neerslag. Een toevallige passant liet de beestjes genieten van wat tafelrestjes. Een aangenaam graspad liet ons langzaam maar zeker het domein verlaten. We bereikten een doodlopende waterloop, waar een antieke brug restte uit een vermoedelijk glorierijk verleden. Altijd een dankbaar onderwerp voor het maken van sfeerbeelden. Langsheen dit stukje waterloop verliep een gedeelte van de LF6 Vlaanderen Fietsroute, zoals bleek trouwens uit de talrijke wielerliefhebbers op de weg. Ter hoogte van het brugje sloegen we rechtsaf en betraden op die manier het Trimard Ruiterpad.

Enkele honderden meters verder bereikten we de Kraaibosstraat, alwaar in een hangaar een controle- en rustpost was ingericht. Gelet op het zachte weer, konden we op een terrasje buiten genieten van deze onderbreking. Na de eerste controle, volgde voor de deelnemers aan de 18 of 22 km, een plaatselijke lus van 7,5 km. Bij het verlaten van de controlepost, keerden we dus een eindje op onze stappen terug. We sloegen linksaf en volgden een stukje traject van de Bossenroute B. Een rustige landelijke weg, liet ons genieten van de ernaast groeiende graangewassen, waarbij sommige nog groen leken, terwijl andere reeds oker begonnen te kleuren. Wat verderop sloegen we linksaf en vonden er opnieuw de Schelde-Leie route. De weg ging vanaf daar gestaag de hoogte in, zodat we konden genieten van het weidse uitzicht van de omgeving. In de verte kon je tussen de gewassen menig wandelaar bemerken. Een iets verder gelegen aardeweg, rechts van de openbare weg, was ons volgende wandeldoel. Ook dit pad liet ons nog wat aan hoogte winnen, zodat de verder gelegen dalen steeds dieper leken weg te zinken. Een eenzame landbouwer, doende met het besproeien van de gewassen, leek de stilte van de omgeving even te doorbreken.

Het pad verdween even tussen het struikgewas, om daarna uit te monden op een kleine landelijke weg. In de verte konden enkele statige villa's worden opgemerkt. We volgden het wegje naar links, tussen enkele huizen door. Vrij vlug bereikten we de openheid van de velden en akkers. Af en toe stonden we even stil bij de pracht van in het wild groeiende planten. Hier bevonden we ons waarschijnlijk op het hoogste punt tijdens de wandeling en dat kwam tot uiting door de prachtige vergezichten over de omgeving. Een mens wordt er zowaar stil van. Een zwart metalen kruis, bijna verborgen in de haag, was ons oog bijna ontsnapt, daar we meer oog hadden voor een windmolen die in de verte was waar te nemen. Naarmate we dichter kwamen echter, konden we zien dat het verloop van de wandeling een andere richting zou uitgaan. Tijd dus om de molen met de telelens bij te trekken. Ondertussen op het grondgebied van St-Denijs (Zwevegem), ging het parcours haaks naar links. Elke kans was verkeken om het bouwwerk van nabij te bekijken. De landelijke weg die we nu volgden verliep in dalende lijn, langsheen een enorm erf. Het wegje kronkelde enigszins tussen de velden en ging in de richting van een zichtbaar bosgebied. De logica wat volgend, zaten we ondertussen op de Bossenroute A.

Dit fietstraject liet ons uitkomen ter hoogte van het Mortagnebos, dat we links ingingen via een sas. Nu volgde een totaal ander wandelgebied, waar we konden ervaren hoe stil het in een bos wel kan zijn. De af en toe licht modderige paden namen we er met genoegen bij. Opvallend konden we zien hoeveel sprokkelhout zich in het bos bevond. Via een brede dreef konden we een tijdje genieten van deze rustoases in de natuur. Jammer genoeg bereikten we ook het uiteinde van het bos en dienden we genoegen te nemen met de openbare weg. Vrij vlug betraden we het grondgebied van Moen. Er volgden nu nog enkele landelijke wegen, welke ons leidden in de richting van de controlepost, welke we voorheen reeds hadden bezocht. Bij aankomst aldaar hadden we ondertussen 15 km afgelegd en konden even verpozen in open lucht en genieten van een hapje en een drankje. Restten ons nadien nog 7,4 km tot aan de eindstreep. Het laatste stukje wandelweg begon naar rechts, samen met de deelnemers aan de 5, 10 en 15 km. De Bossenroute B fungeerde even als gids. Een rustig en vooral verkeersarm wegje, bracht ons voor de tweede maal vandaag tot aan de oever van het kanaal Kortrijk-Bossuit. We sloegen aldaar rechtsaf en kregen te maken met de LF6 Vlaanderen Fietsroute en de Waterhoek Route.

Onze hernieuwde kennismaking met deze waterloop was eerder van korte duur, vermits we wat verder afscheid dienden te nemen van het kanaal, alsook van de wandelaars aan de 5, 10 en 18 km. Wij werden genoodzaakt een rechts gelegen weg op te gaan, samen met de deelnemers aan de 15 km. Een eindje gingen we nu omheen een afgesloten gebied, waarvan op enige afstand enkele graafmachines zichtbaar waren. De weg verliep enigszins in de hoogte, tot we de erachter gelegen drukke weg hadden bereikt. Deze werd gedwarst, waarna we onmiddellijk een rechts gelegen graspad opwandelden. Tussen twee rijen bomen, konden we dit vers gemaaid pad waarderen, aangezien dit enorm zalig aanvoelt om te bewandelen. Het graspad mondde even verder uit op een onverhard pad en daar ging het tussen de gewassen. Deze aardeweg, die even het uitzicht kreeg van een veldwegel, mondde uit op een kleine landweg. Een rechts gelegen oude spoorwegberm werd bewandeld en daar kregen we tal van kerktorens in zicht. Het Bouvrie wandelpad volgde zo te zien het verloop van deze voormalige spoorlijn. Het verloop van het traject wijzigde nu om de haverklap, waarbij we het ene moment wandelden in de richting van deze kerk, het volgende moment in de richting van een andere kerk.

Overal om ons heen konden we medewandelaars zien, in verschillende richtingen stappend. Uiteindelijk draaide het parcours opnieuw in de richting van het kanaal en konden we even later wel genieten van het wandelen langsheen de oever. In zoverre zelfs dat we even verderop de keuze konden maken uit een baantraject en een natuurparcours. We opteerden voor het laatste en daalden af naar de oever van het kanaal. We bewandelden een paadje gelegen juist naast de waterloop en af en toe verborgen tussen het gebladerte. Aan de overzijde konden enkele hengelaars worden waargenomen bij het uitoefenen van hun hobby. We gingen onder de Sint-Denijsbrug door, om wat verder terug de oever te verlaten en de openbare weg te bereiken. We keerden terug in de richting van de brug, om die even later over te steken. Tal van bloembakken sierden de brugleuningen en we kregen de kerktoren van Moen in zicht. Onder ons konden we voor het laatst een blik werpen op het kanaal Kortrijk-Bossuit. Via de andere oever ging het in de richting van de dorpskom en de aankomst.

Ook al werd ons wandelschema vandaag enigszins in de war gestuurd omwille van de verkiezingen, toch kunnen we terugblikken op een wel erg geslaagde wandeldag. Moen en omgeving, tot voor vandaag voor ons totaal onbekend, liet toch wel een indruk na die nog een tijdje zal bijblijven. We maakten kennis met een prachtige wandelomgeving en konden daar genieten van een afwisselend parcours met voorwaar voor elk wat wils. Een prima organisatie en een perfect uitgepijld wandeltraject, samen met een klantvriendelijk onthaal van de inrichters, hebben ervoor gezorgd dat vandaag 455 wandelaars en 334 fietsers een aangename dag hebben beleefd. Wat ook straks de uitslag van de bolletjeskermis mag zijn, onze dag kan niet meer stuk. We kunnen slechts stellen dat deze tocht een aanrader is en dat volgend jaar een jubileumuitgave van start zal gaan. Dan vindt immers de 20ste Moense Gordel plaats, we zouden kunnen zeggen allen daarheen.”

We sluiten stilaan dit verhaal voor vandaag af, met een blik in de wandelboekjes, teneinde te vernemen, wat daarin werd neergeschreven als eerste indrukken. ‘K: Bijzonder aangename wandeling in een afwisselend decor. Baantjes, bos, natuurgebied en langs de oevers van het kanaal Kortrijk-Bossuit. Moen een pareltje. Goed verzorgd en vriendelijk onthaal. J: Aangename en verrassende wandeltocht door Moen en omgeving. Een passage langs de oude spoorweg, het kanaal Bossuit-Kortrijk en het Mortagnebos. Een heuvelachtige omgeving met rustige landelijke wegen. Gratis versnaperingen bij de start.’

zaterdag 11 april 2020

138: Kluisbergen, Zaterdag 16 januari 2010, 13,9 km. (2717,433 km.)



Een georganiseerde wandeltocht, welke voorheen in de wandelgids Marching als volgt werd aangekondigd: ‘Zaterdag – Samedi 16/01/2010 – 9690 Kluisbergen (Oost-Vl.), 3de Winterwandeling – 7-14-21 km. Omloop Kluisbergen. Start: Zaal Volkswelzijn. Wandeling in het hartje van de Vlaamse Ardennen.’ Na afloop schreven we nog dezelfde namiddag het verhaal van onze belevenissen onderweg, omstreeks 15:43 uur.

“Vandaag kozen we nog eens het zuiden van onze provincie om te gaan wandelen. De vzw Omloop Kluisbergen richtte vandaag immers voor de derde maal een winterwandeling in, met start in Ruien. Plaats van inschrijving was gelegen in Zaal Volkswelzijn aldaar. We vonden op aanwijzen van de organisatie parkeerplaats in de onmiddellijke nabijheid van de startzaal en konden even later overgaan tot de inschrijvingsformaliteiten. De inrichters van de wandeling hadden een parcours uitgezet, bestaande uit twee lussen, een van 7 km en een van 14 km. Samen kon je dan de langste afstand wandelen van 21 km. Bij het bekijken van het parcours, konden we zien dat de grote lus van 14 km hoofdzakelijk door het nabijgelegen Kluisbos ging, vandaar onze keuze om eerst de grote lus af te leggen, met een werkelijke afstand van 13,9 km.

Toen we vertrokken voor onze wandeling was de temperatuur ongeveer 4° C. Bij het verlaten van de startplaats, ging het voor alle afstanden naar rechts. Het parcours was aangegeven door gele pijlen en voorzien van gekleurde lintjes al naargelang de afstand. Vanaf de start verliep het traject van de 7 en de 14 km gelijk. Bijna onmiddellijk na de start verlieten we even verder de hoofdstraat, door een rechts gelegen pad in te slaan. Even verderop verkregen we enkele betegelde wandelpaden en trokken we tussen de akkers door. Voor ons, hogerop, zagen we reeds duidelijk het Kluisbos liggen. Na enkele smalle paden, volgde een stukje asfaltweg, waar we voelden dat het traject de hoogte inging. Spoedig veranderde de weg in een verharde dreef en trokken we het Kluisbos in. Het ging al dadelijk stevig omhoog en dat was duidelijk voelbaar zo kort na het begin van de wandeling. We bevonden ons op het plaatselijk Bosleerpad, dat enkele bochten verder het gezelschap verkreeg van de Kluisbos Wandelroute en een ander wandelpad, aangeduid door T1.

Voor wie bekend is met het Kluisbos, weet dat aldaar weinig vlakke stroken wandelparcours zijn aan te treffen. We verkregen dan ook een opeenvolging van brede en ietwat smallere dreven en wandelpaden, die afwisselend op en neerwaarts gingen. Sommige stroken lagen nog bevroren en soms bedekt met nog een weinig sneeuw. Het was dus opletten om niet onderuit te schuiven. We konden genieten van dit bos in winterrust, wat een fel contrast vormde met de zomerse outfit, wanneer de bomen hun gebladerte laten zien. Nu gaf alles een wat kale indruk, maar mede daardoor kon je ver doorheen de bomen de omgeving en vooral de vallei aanschouwen. Na wat stevig klimwerk af en toe, bereikten we op een hoogte van ongeveer 80 m, een plaats in het bos genaamd Pensemont. Hier ging het haaks naar rechts en zagen we voor ons een lange klim welke zich aankondigde. Hierlangs situeerde zich de Muziekbos Wandelroute.

Na het verwerken van deze nogal sterke klim, kwamen we op een ietwat open plek in het bos en ging het terug naar rechts, richting Vierschaar. Jammer genoeg bleek de gelijknamige taverne gesloten. We volgden nu een verharde brede dreef, waarlangs het traject verliep van de Vlaanderen Fietsroute LF6 en de GR5A. Het parcours vervolgde lichtjes dalend, tot we even verder na 7,3 km de eerste controlepost bereikten ter hoogte van Taverne De Toren. Ter hoogte van de ingang vonden we een GR-paal, welke het kruispunt aanduidde van enkele GR-paden. Binnenin de taverne konden we ons even opwarmen met wat hete chocomelk of verse soep. Na deze korte lunchpauze, vervolgden we onze wandeling. We verlieten de taverne en trokken verder door bosgebied, waar we een klein stukje asfaltweg kregen te verwerken. We volgden opnieuw een gedeelte van de LF6 fietsroute en de GR5A (zuid). Naarmate we verder afdaalden in het bos, kondigden zich ook de eerste huizen aan langsheen het parcours.

Via enkele bospaden bereikten we uiteindelijk het grondgebied van Orroir (Mont de l'Enclus). Het ging even over een stuk openbare weg, in de richting van de top van de Kluisberg. Deze plaats kwam ons bekend voor uit de Tv-beelden van de talrijke wielerklassiekers tijdens het voorjaar. Aldaar kwamen we langs het ‘Maison des Randonneurs’, waar we konden zien hoe aldaar tal van plaatselijke fiets- en wandeltrajecten een aanvang namen. Alle routes werden hier voorgesteld en aangeduid door middel van letters en cijfers, waarbij elk parcours ook een eigen naam had verkregen. Een ideaal idee om tijdens de komende zomermaanden eens uit te proberen. Voorbij het ‘Maison’, volgden we links de grote brede weg naar beneden, waar we wat verder een mooi panorama verkregen van de lager gelegen vallei.

Hier ging het terug naar rechts, een smalle dalende weg op, waar we het traject volgden van de GR122 en GR123. In de verte zagen we tal van andere wandelaars welke zich op diverse lager gelegen paden, begaven in de richting van de aankomst, vermits heel in de verte in het dal de kerk van Ruien reeds zichtbaar was. We vervolgden rustig deze dalende paden en smalle wegen deels over het grondgebied van Orroir. Ondertussen was het gevoelig kouder geworden en voelden we in deze vlakte ook de strakke wind welke begon op te steken. Uiteindelijk verlieten we de asfaltwegjes om het laatste stuk van deze lus via veldwegen voort te zetten. Af en toe kondigde zich een stukje modderig traject aan, een gevolg van de zich doorzettende dooi. We bereikten even later de achterzijde van de kerk van Ruien, waar een tegelpad ons terug tot in de dorpskom van deze gemeente bracht. We passeerden langsheen een monumentje ter ere van Eddy Merkx en vonden aan de overzijde van de straat de startzaal.

Na een blik op het parcours van de kleine lus, konden we opmaken dat deze verliep over hoofdzakelijk wegen en paden in open gebied. Langsheen dit traject werd geen bosgebied meer voorzien. We zagen dan ook af om nog de kleinere lus te bewandelen, ook al omwille van het feit dat het begon te regenen. We konden vandaag genieten van een mooie wandeling doorheen het Kluisbos en onderweg ervaren dat het parcours prima was uitgepijld. De rustpost welke we onderweg aandeden was ruim en verzorgd. Uiteindelijk hadden we 13,9 km afgelegd, waarvan een groot gedeelte doorheen dit unieke bosgebied verliep. Verder was het aangenaam wandelen langsheen de rustige wegen van deze Vlaamse Ardennen. Toen wij terug huiswaarts gingen, konden we bemerken dat omstreeks 12 uur reeds meer dan 700 wandelaars deze startplaats hadden bezocht. Morgen kiezen we waarschijnlijk een andere windrichting om onze wandelschoenen aan te trekken.”

We eindigen dan ook de beschrijving van deze wandeltocht zoals gewoonlijk, met een blik in de wandelboekjes, vermits ook daar enkele eerste indrukken werden nagelaten. ‘K: Bosrijke en rustgevende wandeling. Kluisbos – Kluisbergen. Frisse wind! J: Winterse tocht doorheen het mooie Kluisbos en weidse omgeving. Af en toe de laatste resten gezien van de afgelopen winterprik? Enkel de lus van 14 km gewandeld, later op de dag koud en begin van regen.’

zondag 22 maart 2020

068: Kruishoutem, Zaterdag 28 maart 2009, 20,7 km. (1239,24 km.)



Deze wandeling werd destijds voordien aangekondigd in de wandelgids Marching, editie 2009 en wel als volgt: ‘Zaterdag – Samedi – 28/03/2009 – 9770 Kruishoutem (Oost-Vl.), Wandeldag met de Ei-koningin, 4-7-12-16-20 km. Provinciale Commissie Oost-Vlaanderen. Start: Parochiaal Centrum Della Faillie. Een echte natuur- en familiewandeling bij uitstek. Alle afstanden situeren zich in en rond het Lozerbos. Deze streek heeft talloze goed begaanbare wandelpaden en prachtige vergezichten over de Vlaamse Ardennen. Een samenwerking van diverse Oost-Vlaamse clubs. Gratis eiermaal voor elke deelnemer.’ Na afloop werd door de vrouw des huizes het navolgende relaas geschreven, op zaterdag 28 maart 2009, omstreeks 16:22 uur.

“De provinciale commissie van Oost-Vlaanderen richtte vandaag een wandeling in met de Ei-koningin. Deze dame hebben we echter niet ontmoet. Er was anders genoeg te zien, dus voor elk wat wils. We gingen van start in het parochiaal centrum Della Faillie vernoemd naar de plaatselijke adellijke familie, in Lozer. Dit is een deelgemeente van Kruishoutem. De gemeenten die we doorkruisten liggen allemaal in onze Vlaamse Ardennen, die altijd goed scoren om te wandelen. Het werd een echte natuur- en familiewandeldag bij uitstek. We kregen toegang tot het Lozerbos, een privédomein waar men echter de aangeduide wandelpaden mag betreden. Het hele domein behoort toe aan de familie della Faille d'huyse en beslaat een kleine 44 Ha. Het kasteel ziet men slechts van verre staan, maar het bos er omheen deed ons er al flink de pas inzetten. Zo bolden we langs veldpaadjes, boswegels, macadamwegjes en kinderkopjes richting Wannegem-Lede.

De molen die er nog staat is een bezienswaardigheid. Hij draagt de eigenaardige naam van 'Schietsjampettermolen'. Dit is te wijten aan de veldwachter die wou verhinderen dat hij van Houtave (W.Vl.) verplaatst zou worden naar Wannegem. Hij schoot dan ook een kogel door het molenkot, vandaar deze benaming. De molen staat nu op de plaats van de eerdere Grote Molen, die in 1959 instortte. In dit dorp hadden we onze eerste rustplaats, om daarna verder te trekken door Mullem, Lede en Huise. In de laatstgenoemde plaats bevindt zich ook nog een molen. Hier werd echter naam noch afkomst vermeld. De Rooigemse beek volgde ons een hele tijd op onze weg en slingert zich naar hartenlust door het landschap. Als laatste gemeente kwamen we door Ouwegem, dat een deelgemeente is van Oudenaarde. Op onze tocht van 20 km kwamen we vele  fiets- en wandelroutes tegen. Zoals daar zijn de Gouden Ei-route, de Ronde Van Vlaanderenroute, de Blinkerroute en nog tal van andere.

Maar we werden ook vergast op de typische maartse buien. Regen en hagel, ijskoude wind, afgewisseld met een hoopgevend zonnetje, dat zich helaas dikwijls moest gewonnen geven aan de grillen van de weergoden. Het viel ons dan ook op van bij het begin, dat de meeste wandelaars kozen voor een vrij korte afstand. ‘Die Hards’ echter, laten hun niet kennen en wandelen braaf hun kilometertjes af. Tot slot werd iedereen bij aankomst getrakteerd op een Ei maaltijd waarvoor wij bedankten. Toch was het een vriendelijk gebaar naar de wandelaars toe. Ook willen wij even vermelden, dat het aangewezen is, nooit een andere wandelaar op de voet te volgen. Komt daarbij dat een richtingsaanwijzer een beetje verwarring stichtte, waardoor een kluitje wandelaars meteen verkeerd ging. Ook wij mochten door dit euvel een kleine extra kilometer stappen en met een sprongetje over een beek weer te belanden op de juiste weg. Het kan eenieder overkomen, maar opletten blijft de boodschap. Hierbij denken we dan aan dat gezegde over de ezel en het stoten aan een steen ... Morgen beter dan maar.”

We sluiten deze beschrijving stilaan af met de weergave van enkele eerste indrukken, weergegeven in de respectievelijke wandelboekjes: ‘K: Zeer verzorgde wandeling vanuit Lozer. Verschillende deelgemeenten. Blikvanger was de molen van Wannegem. Felle maartse buien. J: Wandeling doorheen Lozer, Wannegem, Lede, Mullem, Huise en Ouwegem. Onderweg typische maartse buien.’

dinsdag 17 maart 2020

054: Elst, Zaterdag 14 februari 2009, 19,58 km. (973,51 km.)



Een tocht welke van start ging in Elst, werd destijds in de wandelgids Marching als volgt aangekondigd: ‘Zaterdag – Samedi 14/02/2009 – 9660 Elst (Oost-Vlaanderen) – 9de Geutelingentochten – 6-12-18 km. Dwars door Brakel. Start: Zaal Ter Elst. Rondom Elst, het Geutelingendorp. Schitterende Vlaamse Ardennenparcours in wintertooi en ovens in werking. Gratis warme geuteling per deelnemer. Animatie en sfeer in verwarmde feesttent en startzaal.’ Na afloop van deze, deels culinaire wintertocht, noteerden we het hierna weergegeven wandelrelaas, op zaterdag 14 februari 2009 omstreeks 18:03 uur.

“Vandaag namen we deel aan de 9de Geutelingentocht in Elst, georganiseerd door de wandelvereniging ‘Dwars Door Brakel’. Plaats van afspraak was de zaal ‘Ter Elst’, waar tevens voor de gelegenheid een feesttent was opgesteld. Volgens het ‘Marching’ wandelboek mochten we ons verwachten aan een schitterend Vlaamse Ardennenparcours in wintertooi en met de Geutelingenovens in werking. Na de inschrijving konden we bemerken dat er drie verschillende routes waren uitgestippeld van elk tussen de zes en de zeven kilometer. Het kwam er op neer de pijltjes te volgen van gele, groene of blauwe kleur. We kozen vooreerst voor de gele route van 6,750 km. Dit parcours bracht ons langs wit bevroren velden en akkers, langs kleine paadjes die, jullie konden het al raden op- en neerwaarts gingen. Dit eerste parcours bevatte onder andere de Leberg, wat nadien een flinke kuitenbijter bleek te zijn. Onverwachts konden we ook een blik werpen op een plaatselijk Monasterium, waarvan we reeds van ver de klok hoorden luiden.

Deze eerste kilometers verliepen hoofdzakelijk door Elst en even via Sint-Blasius Boekel. Na deze opwarming kwamen we terug aan op onze startplaats om even de inwendige mens te versterken. Voor het tweede deel van de wandeling kozen we de groene route. Reeds kort na aanvang bemerkten we dat door de stralende zon, sommige paadjes reeds waren herschapen in een modderpoel. De ondergrond was nog bevroren en doordat de bovenlaag begon te ontdooien, was het her en der laveren tussen net nog begaanbare gedeelten. Dit tweede traject verliep via Michelbeke en tot bijna in het centrum van Rozebeke. Dit deel verliep over een afstand van 6,450 km en benaderde zowaar de Zwalmstreek. Ook hier weer volop genieten van de stralende winterzon en een felblauwe hemel. De laatste route, de blauwe, met een afstand van 6,380 km, begon nog armzaliger dan de vorige. Kort na de start kregen we enkele honderden meters modderploegen te verwerken, waarvan de resten de hele dag aan het schoeisel zouden blijven kleven. Niettemin ook hier weer schitterende beelden van een glooiend landschap.

Deze streek heeft inderdaad heel wat te bieden en niet alleen aan de wandelaars. Reeds tal van wielerliefhebbers maten hun krachten op de opeenvolgende hellingen. Op deze laatste wandelroute kwamen we ook langs de uitkijktoren van Brakel. We konden de uitdaging niet laten liggen en beklommen het bouwwerk. Het moet gezegd, de 161 treden naar boven en nadien naar beneden, hadden in elk geval gezorgd voor een schitterend vergezicht. Zonder moeite konden we duidelijk de skyline van Gent (op zowat 27 km) bemerken. Als afsluiter konden we nadien nog even nagenieten van een verfrissing in café ‘In den Hengst’, waar folklore duidelijk nog niet aan waarde heeft ingeboet. Rest ons nog te vermelden dat Elst, gekend als Geutelingendorp, nog een tijdje zal bijblijven, ook al omwille van de gratis warme geuteling die we konden proeven. Een geschenk voor iedere deelnemer.”

We besteden ook nog even aandacht aan datgene dat destijds werd toevertrouwd aan de wandelboekjes kort na afloop van deze tocht. Ziehier alvast enkele eerste indrukken: ‘K: Mooie tocht door de Vlaamse Ardennen. Drie verschillende lussen van zes kilometer. Lekkere geuteling!; J: Eerste tocht als lid van de Kwartels. Wandeling door Elst en omgeving, de Vlaamse Ardennen witgevroren. Een stralende zon tijdens drie lussen. Gratis geuteling als toemaatje!!’

zondag 15 maart 2020

043: Velzeke-Ruddershove, Zondag 28 december 2008, 18,8 km. (788,64 km.)



De laatste wandeltocht van 2008, een tocht welke voorheen in de wandelgids Marching als volgt werd aangekondigd: ‘Zondag – Dimanche – 28/12/2008 – 9620 Velzeke-Ruddershove (Oost-Vl.) – Wafelentocht – Wisselbekertocht – 7-10-14-18-21-28 km. W.S.V. Egmont Zottegem. Start: O.C. Velzeke. Eindejaarstocht langs de omloop van de wielerklassiekers, met o.a. de Paddestraat en Lippenhovestraat naar het mooie dorp Sint-Goriks. In de startzaal wafels met suiker en slagroom, aan democratische prijzen.’ Na afloop van deze aangename, maar koude eindejaarswandeling, werd een kort relaas geschreven, op zondag 28 december 2008 omstreeks 16:58 uur.

“Vandaag wandelden we in het kielzog van de organiserende club ‘Egmont‘. De wafelentocht goed voor 18 km in ons geval, vertrok in een deelgemeente van Zottegem. Meer bepaald in Grotenberge. Het weer was zoals gisteren: berenkoud en al zijn we goed ingeduffeld, soms beet de noordenwind ferm in ons gezicht. De Vlaamse Ardennen zijn dan ook een prachtig deel van ons land, met zijn stijgende en dalende wandelwegen. De vergezichten bieden mooie panorama’s, maar bij temperaturen die vandaag niet boven het vriespunt kwamen, was het dus echt wel winter. We vertrokken aldaar in het plaatselijk sportcomplex Bevegemse vijvers. Meteen gingen we richting Domein Breivelde. Prachtig om zien. De winterse kleuren schitterden in de zon en werden weerspiegeld in de vijvers. Daarna kwamen we door hartje Zottegem. Bekend vanwege Graaf Egmont, zijn kasteel staat er nog steeds. Later zou hij onder het bewind van Alva samen met Hoorn terechtgesteld worden in Gent.

Zijn standbeeld staat er nog. Dat is ook meteen het laatste dat aan hem herinnert. Toen ging het richting Strijpen, daar ligt een natuurgebied. Hier bevindt zich sinds 1982 een wachtbekken. Het werd er aangelegd, omdat het bij overstroming het water kan opvangen. Het kwam er na de herstellingen, die nodig waren, nadat de natuur door die elementen een zware verminking kreeg te verduren. Het was er rustig wandelen, want hier scheidden onze wegen van de korte afstandswandelaars. Zo waren we meteen een heel peloton kwijt. We zouden elkaar later weer terugzien waar we vertrokken waren. Op onze weg lagen ook nog deelgemeenten met ietwat rare namen, zoals Godveerdegem, Erwetegem, Eekhout en Velzeke. In deze laatste gemeente ligt een archeologische site en is er een museum. Bij opgravingen werd een oude site gevonden uit de tijd van Julius Caesar. Hij prijkt dan ook in volle glorie op het dorpsplein. Zijn standbeeld althans, van de man geen spoor meer.

Hier en daar liggen nog stukken oude heirwegen, die aangevuld worden door de meer bekende kasseibaantjes. Een niet te vergeten detail is dat we de Paddestraat dwarsten. Voor de niet kenners leg ik even uit: al deze gemeenten met hun steile kassei- en landweggetjes zijn het vaste parcours voor De Ronde Van Vlaanderen. Een wielerklassieker. Vandaag was het er muisstil, maar bedenk even dat tijdens deze koers aldaar duizenden mensen rondlopen. De volgwagens en de renners over diezelfde baantjes moeten rijden. Raar, waar eerder grote namen hun wielen en tandengeknars te horen waren, wij daar vandaag een rustige winterwandeling maakten. Dit was meteen onze laatste wandeling en verslag … van 2008.

We hebben dit jaar in stijl afgesloten met een heerlijke wafel. Zo hielpen we de clubkas spijzen, want er dient vermeld, dat de hele tocht voortreffelijk bewegwijzerd was en dat men ons vergastte op een gratis glühwein na de eerste 5 km. Bij vertrek was er voor iedereen een peperkoekje voorzien. De wandelschoenen gaan even aan de kant voor de komende feestelijkheden, maar als mijn gevoel me niet tegenspreekt zijn we klaar om te herstarten het eerste weekend van het nieuwe jaar. Tot dan …”

Tot slot vergeten we ook niet onze wandelboekjes, waarin we enkele eerste indrukken hebben nagelaten. Ziehier wat toen, na afloop van deze eindejaarstocht werd neergeschreven: ‘K: Wandeling in de Vlaamse Ardennen. Parcours van de Ronde van Vlaanderen. - 3,5°, koud! J: Laatste wandeltocht van 2008! Prachtig parcours waar de Ronde van Vlaanderen wordt gereden. Als afsluiter een lekkere wafel!’ Meteen was dit de laatste wandeling waaraan we deelnamen, tijdens ons eerste half wandeljaar. We sloten destijds 2008 dan ook af met een gewandelde kilometerstand van 788,64 km.

dinsdag 10 maart 2020

028: Uccle, Zondag 12 oktober 2008, 22 km. (523,3 km.)



Een wandelrelaas dat dateert van 12 oktober 2008. Het betreft het verhaal van een tocht welke werd georganiseerd door het Marching Team van de Politie Ukkel. Een tijdje voorheen werd deze wandeling in het wandelboek Marching als volgt aangekondigd: ‘Zondag – Dimanche 12/10/2008 – 1180 Uccle (Brussel-Hoofdstad) – 26ème Marche de la Police d’Uccle – 7-12-21-30 km. – Poluc Marching Team. Départ: Ecole communale du Homborch. Parcours nature, petits sentiers, variés, champêtres’. Na afloop op zondag 12 oktober 2008 omstreeks 18:11 uur, het navolgende relaas, dat hier in zijn oorspronkelijke versie wordt weergegeven.

“Vandaag begaven we ons naar Ukkel. Voor de 21 km bedragende mars van het ‘Poluc Marching Team’. Deze wordt dus georganiseerd door de politie van Ukkel. Ondanks de goede moed begon de dag vrij mistig. Maar, naarmate we verder reden zagen we de zon door het wolkendek priemen. Het zou een zalige dag worden met om en rond de 23 graden. We gingen van start in een buurtschooltje met de naam Homborchschool, gelegen aan een laan met dezelfde naam. Het werd een prachtige tocht met heel veel afwisseling. We hadden ons ook licht misrekend. Nooit geweten dat de randgemeenten omheen Brussel bijna te vergelijken zijn met de Vlaamse Ardennen. Er zijn daar ook stevige kuitenbijters en naarmate het warmer werd soms best wel moeilijk. Natuurlijk is dit mijn weertje wel. Maar maatje had het wat moeilijk, dus na de eerste 7,5 km was hij blij zich even te kunnen verfrissen en van het nodige vocht te voorzien. Nadien ging het geleidelijk aan beter en werd de tocht met blij gemoed verder gezet.

De gemeenten die we aandeden behoren tot de faciliteitengemeenten en zijn meestal tweetalig. Wij ondervonden er geen hinder van, het Nederlands wordt daar even vlot gesproken als het Frans. Nochtans liggen zij in het ‘Brussels-Hoofdstedelijk-Gewest’. Iedereen was vriendelijk en meermaals werden we onderweg begroet met een ‘bonjour’. In Ukkel ligt het Wolvendaelpark en dat was meteen deels een stuk van onze tocht. Elke dreef wordt daar naar een stripauteur vernoemd. We wandelden ook door woonwijken, langs paadjes en weggetjes. Je kon je ogen uitkijken. Heel af en toe leek het wat grauw, maar zwerfvuil is van alle tijden en streken. Spijtig maar het gebeurt. Nadien kruisten we nog het park ‘de Keyenbemt’. Zeer rustig en groen. Je zou haast gaan twijfelen dat men zich in een stad bevindt. Zodoende kwamen we aan in Drogenbos,  waar we doorheen het ‘Frankveldpark’ moesten en dat een verbindingsweg is naar Beersel. We gingen ook door de Zenne Vallei.  Daar aangekomen hadden we ook een controlepost in een cafeetje daterend uit 1871.

Er is een heel leuk verhaal aan verbonden maar ik beschrijf nog even de wandeling. Onze tocht verliep verder naar Linkebeek waar we uiteraard de linke beek over mochten. Langs spoorwegbermen gingen we, meer dan één bruggetje mochten we passeren om alweer richting Ukkel te gaan. We wandelden een deeltje door het natuurgebied dat zich daar bevindt. Er moet gezegd dat de organisatie ook hier een pluim verdient. Want het is geen sinecure om een geheel bebost parcours uit te stippelen dat maar af en toe een centrum op zijn weg vindt. Noch lijkt het makkelijk om de drukke wegen te ontwijken. En toch is het hun prima gelukt. Wij zijn nu moe maar zeer voldaan. En eigenlijk zijn we ook een beetje fier. We stapten alles samen nu zo'n 523,30 km en daarom kochten we een batch om onze pet mee te sieren. We zijn op weg ... naar onze ultieme droom”.

Natuurlijk mogen enkele persoonlijke indrukken, welke werden neergeschreven in onze wandelboekjes niet ontbreken, teneinde het verslag compleet te maken: ‘K: Zeer afwisselend Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Ukkel, Drogenbos, Beersel en Linkebeek. Bossen, parken en centra. Stevige mars! J: Zalig oktober zonnetje!! Prachtige omgeving!! Dit was alvast een andere kijk op Brussel en zijn omgeving... Ukkel, Drogenbos, Beersel en Linkebeek’.

donderdag 5 maart 2020

012: Leupegem, Vrijdag 15 augustus 2008, 23,8 km. (235,8 km.)



Een wandeling waaraan we deelnamen op 15 augustus 2008. Het betreft een tocht in de omgeving van Leupegem, waar we kennis konden maken met de Koppenberg. Deze wandeling werd in het wandelboek Marching als volgt aangekondigd: ‘Vrijdag – Vendredi 15/08/2008 – 9700 Leupegem (Oost-Vlaanderen) – Wandeltocht Des Leupegem – 7-14-21-35 km. – DES Leupegem. Start: Kantine Des Leupegem. Rustige wandeling via het natuurschoon van de Vlaamse Ardennen. Koppenbergbos, windmolen Maarke-Kerkem, Bos Luise, Bossenaere, Maarke-beek.’ Wij namen deel aan de tocht van 21 km, met een afstand in werkelijkheid van 23,8 km. Een tijdje later, werd op maandag 06 oktober 2008 om 14:56 uur, door wandelmaatje het navolgende wandelverslag geschreven.

“Op deze zonnige feestdag, waren we reeds vroeg in de morgen present in Leupegem, om deel te nemen aan een wandeltocht, ingericht door de wandelclub ‘Comité 2000’ uit Ename. Wij kozen voor de afstand van 21 km, een tocht die ons onder andere zou brengen door de gemeenten Leupegem, Etikhove en Maarkedal, om de bekendste te noemen. Deze tocht bracht ons in de loop van de dag langsheen de bekende ‘Koppenberg’, welke helaas niet werd beklommen. De organisatie had ervoor gekozen, deze berg te laten aanschouwen door de deelnemers via een tocht langs het gelijknamige bos. De wandeling werd geruggesteund door een ideaal zomers weertje, om te genieten van de natuur in zijn volle pracht. Foto's zeggen zoveel meer over hetgeen tijdens deze tocht viel te bewonderen.”

Na afloop werd ook een kleine impressie nagelaten in de wandelboekjes. Jammer genoeg beschikte de inrichtende organisatie niet over stickers, waardoor we ons genoodzaakt zagen onze controlekaart in het boekje te kleven. Ziehier onze eerste indrukken: ‘K: Leupegem. Heel mooi parcours. Spijtig dat de Koppenberg niet in de wandeling was opgenomen. Controlekaart in boekje gekleefd bij gebrek aan stickers. J: Leupegem – Etikhove – Maarkedal, langs Koppenbergbos...’