donderdag 18 maart 2021

456: Grez-Doiceau, Zaterdag 27 juni 2020, 19,016 km. (9238,794 km.)


“De drie valleien, een wandeltocht met start en aankomst te Grez-Doiceau, over een afstand van 10 km. Deze mooie tocht gaat van start op de Place Ernest Dubois, doch alvorens daar aan te komen, hadden we vooraf nog een lange verplaatsing. Vooreerst ging het per bus en trein vanuit Mechelen naar het station van Eerken, of op zijn Waals gezegd Archennes. Eenmaal daar aangekomen hadden we nog een aanlooproute te voet van meer dan 3 km. We verlieten het perron van Eerken en dwarsten de spoorweg, om ons te begeven in de dalende Rue de Florival, welke later overging in de Rue des Moulins, tot net voorbij de kerk van Archennes. Daar ging het rechtsaf in de Rue des Monts, nog steeds een dalende weg, ditmaal over kasseien. Ter hoogte van een Y-splitsing hielden we links en betraden de Ruelle des Foins, een smal kronkelend asfaltwegje tussen de velden en weilanden. Verderop dwarsten we een eerste maal de Chaussée de Wavre, om rechtdoor via de Ruelle des Foins een tweede maal de Chaussée de Wavre te passeren, ditmaal via een tunnel onder de weg. Tenslotte mondde de weg uit op de drukke hoofdweg doorheen Grez-Doiceau, met name de N240, de Chaussée de Libération, om daar links de weg te volgen. In de eerste bocht veranderde de weg in de Chaussée de Jodoigne en bereikten we de Place Ernest Dubois, ondertussen voorbij de klok van 11:20 uur. We namen er vooreerst even de tijd voor een kopje koffie op het terras van taverne Le Saint Georges.

Omstreeks 11:30 uur konden we dan aan de eigenlijke wandeltocht beginnen. We verlieten aldus de Place Ernest Dubois en wandelden schuin rechts in de richting van de église Saint-Georges, welke ondanks Corona toch toegankelijk was. We namen dan ook de tijd deze kerk even binnen te bekijken. Voorbij de kerk kwamen we in de Rue de la Barre, alwaar we links afdraaiden. Net voor de brug over de rivier Le Train, gingen we rechts een kasseiwegje op, de Rue Fontaine, naast de rivier. Wat verder maakte de weg een bocht naar rechts, doch we hielden de richting rechtdoor aan via een wandelpad, ‘Réservé aux Piétons’, luiterend naar de naam Quai Saint Michel. We bemerkten er de rood-gele aanduidingen van de GRP127. Na het kruisen van de Rue Jean-Baptiste Leblicq, veranderde de wegbedekking van asfalt naar grind. Zo vorderden we verder via de Quai Saint Michel, met links de beboste vallei van Le Train en rechts uitgestrekte velden. Vrij spoedig ging het grindpad over in een smalle wegel. Zowat halverwege troffen we aan de rand van een maîsveld een omgekeerde badkuip aan, een ideaal zitplaatsje voor een lunch. Gezeten in het zonnetje smaakten de broodjes dan ook heerlijk. Zelfs de koeien zochten de schaduw op van de bomen. Na even te hebben gepauzeerd, stapten we nog wat verder langs het wegeltje tot we opnieuw de openbare weg bereikten in de Rue de Morsaint, van het gelijknamige gehucht.

We begaven ons op de weg naar links, over korte afstand om via de brug Le Train te overschrijden. Voorbij de brug draaiden we rechtsaf in de Rue de Royenne en begonnen aan een klim richting bebouwde kom van Royenne. Even daar voorbij verlieten we de weg naar links en begaven ons in de Chemin du Ry de Hèze, voorlopig nog een smalle asfaltweg bergop. Vrij vlug ging de weg over in een brede grindweg, met links de beboste heuvel van Biez en rechts het landelijke Royenne. Op het einde van deze lange veldweg, maakte het pad een bocht naar links en ging het over kasseien tot aan de nabij gesitueerde kapel Coppe, een klein bouwwerk, enigszins verdoken onder een lindeboom. De weg maakte er een bocht naar rechts en we konden alweer beginnen aan een beklimming. Voorbij het bord van de bebouwde kom van Hèze, bevonden we ons in de Rue du Résidal. De weg kronkelde verder en we passeerden tal van smalle zijstraten, ondertussen langzaam dalend. Voorbij enkele huizen ging de weg doorheen een boszone tot aan het kruispunt van meerdere wegen. We stapten echter verder in dezelfde richting, ditmaal via de Rue Marguerite. Opnieuw ging de weg stevig de hoogte in, langs tal van mooi gerestaureerde huisjes met typische voortuintjes. De door ons gevolgde weg mondde tenslotte uit op de drukke Avenue Félix Lacourt.

We kruisten de weg en volgden die over zowat 300 m naar rechts tot aan de kapel Saint Sang. Enkele tientallen meters daarvoor bevond zich echter een zitbank, ter hoogte van de bushalte Chapelle du Saint-Sang. We maakten er dan ook even gebruik van, de inwendige mens wat aan te sterken na al het reeds geleverde daal- en klimwerk. We waren ondertussen reeds de klok van 13:10 uur voorbij en de maag liet zich duidelijk horen. Na onze maaltijd begaven we ons opnieuw op pad. Aan de reeds vernoemde kapel verlieten we de Avenue Félix Lacourt naar links, om er een smalle landelijke weg op te gaan, de Chavée de la Sarte, waarbij we ons trouwens bevonden op het traject van een plaatselijke wandelroute, Promenade des trois vallées. Een stuk gereden kasseiwegje leidde tot aan de Ferme de la Sart. We gingen omheen de hoeve naar rechts en stapten verder via de Chavée de la Sarte, tussen uitgestrekte velden, rechts naar het verder gelegen bos. Daar verkregen we een prachtige holle zandweg te verwerken, die ons doorheen het bos leidde en liet aankomen in de Rue de Renival. We gingen onmiddellijk linksaf via de Rue de Bettinval, om aan het eerste straatje rechts, de Rue de la Chapelle Saint-Sébastien even van de route af te wijken en de verder gelegen kapel te bekijken van Cocrou-Biez. Jammer genoeg een maat voor niets, kapel gesloten. Dan maar terug naar de Rue de Bettinval.

Deze lijnrechte kasseiweg dienden we nu te bewandelen en liet links de beboste heuvels zien en rechts enkele eindeloos uitziende akkers. Heel in de verte konden we de heuvel van Biez zien, met daar bovenop de kerk van het dorp. Op het einde van de Rue de Bettinval kruisten we opnieuw de Avenue Félix Lacourt, om aan de overzijde even later een lange beklimming aan te vatten naar de kerk van Biez. Op het kruispunt echter troffen we een bushokje aan, waar we even konden pauzeren en een hapje eten, terwijl enkele regendruppels de pret dreigden te verstoren. Wat later begonnen we dan toch aan de beklimming van de Rue du Beau Site, een kronkelende kasseiweg. Voorbij een eerste bocht passeerden we de begraafplaats om tenslotte na nog enkele bochten, de top van de heuvel te bereiken, aan een grindpleintje net voor de église Saint-Martin van Biez. Een bezoek aan de kerk konden we vergeten wegens gesloten. We wandelden omheen de kerk teneinde aan de achterzijde te beginnen aan een lange afdaling via de Champ du Curé, een smal kasseiwegje. Deze vrij bochtige en af en toe steile weg, verkreeg vaak het uitzicht van een holle weg. Beneden aangekomen gingen we rechtsaf op de brede Rue de Basse Biez. Na een tijdje deze weg te hebben gevolgd, hielden we aan een kruispunt links aan in de Avenue Comte Jean Dumonceau.

We begaven ons op deze brede asfaltweg en wandelden voorbij het links gesitueerde kasteel van Piétrebais-en Grez. Op het einde van de Avenue Comte Jean Dumonceau kwamen we opnieuw aan het riviertje Le Train, om er rechts terug de Quai Saint Michel te betreden. We volgden nu in omgekeerde richting dit wandelpad naar de plaats waar we waren van start gegaan, de Place Ernest Dubois. We namen er nog even de tijd voor een afsluitend drankje op het terras van café Le Sphinx. Na te hebben genoten van een rustpauze, begonnen we aan de terugweg naar het station van Eerken, via dezelfde weg als tijdens de aanlooproute. We eindigden onze wandeling na exact 19,016 km.”

2 opmerkingen:

  1. Dit is zo een wandeling waarop men de stempel Perfect drukt ♥
    Graag op terug gekeken.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Zulke wandelingen zijn een verademing als men de drukte kwijt wilt.
    Het lijkt wel de weg naar niemandsland. Soms spijtig dat een mens niet elke dag zaterdag kan vieren ♥

    BeantwoordenVerwijderen