zaterdag 2 mei 2020

197: Beverst, Zaterdag 09 oktober 2010, 21,5 km. (3975,298 km.)



Deze georganiseerde tocht werd in de wandelgids Marching aangekondigd als volgt: ‘Zaterdag – Samedi 9/10/2010 – 3740 Beverst (Limburg), Zwart Willemke-tocht – 3-6-8-12-16-21 km. TFW De Pettemboeren. Start: Ontmoetingscentrum Beterveld. Hulde aan typische dorpsfiguur, keuterboerke met oncomfortabele behuizing. Bos, heide, weiland, beemden waar Willemke de koeien hoedde. Den Ossenstal een vroegere jeneverstokerij.’ Na afloop schreven we nog dezelfde avond een relaas inzake de bezienswaardigheden onderweg, omstreeks 18:46 uur.

“Voor vandaag werd zonnig herfstweer aangekondigd, een goede reden vonden wij, om deze ochtend koers te zetten richting Limburg. Aldaar zouden wij deelnemen aan een wandeltocht, met de welklinkende naam Zwart Willemke-tocht, een organisatie van de wandelclub De Pettemboeren. De plaats van afspraak was gesitueerd in het Ontmoetingscentrum Beterveld, gelegen naast de kerk van Schoonbeek. Wij vonden er met gemak parkeerplaats op het grasveld omheen de kerk en konden wat later terecht in de ruime startzaal, annex sporthal. Deze wandeling stond in het teken van een typische dorpsfiguur, keuterboerke. Het traject zou ons leiden langsheen heide, weiland, bossen en beemden, waar Willemke de koeien hoedde... althans zo werd aangekondigd. We namen voor de start de tijd om een hapje te eten en alvast te proeven van de plaatselijke koffie. Even later, na een laatste blik op het plan van de omloop, trokken we op pad.

Er kon worden gekozen uit diverse afstanden: 4, 6, 9, 12, 15 of 21 km. We opteerden voor de 21 km, met een werkelijke afstand van 21,5 km. Onze tocht zou bestaan uit drie lussen van respectievelijk 7,5 – 5 en 9 km, met telkens een controle in de startzaal. We verlieten het Ontmoetingscentrum bij de aanvang van de eerste lus naar links, om ons te begeven in de aanpalende verkaveling. Onderweg doken de eerste kapelletjes op bezijden de rijbaan. Sommige maakten zelfs deel uit van de omheining en waren ingewerkt in het metselwerk van de muren. Via enkele woonstraten, waar tal van kastanjebomen waren aangeplant, ging het in de richting van het Domeinbos Schoonbeek. Hier zouden we het grootste gedeelte van de eerste lus doorbrengen, iets waar we enkel maar tevreden konden over zijn. Al onmiddellijk na het betreden van deze groene zone, dienden we enkele smalle bospaden te volgen, tussen de lage beplanting. Tal van gekleurde zwammen konden worden opgemerkt en ook nu alweer konden we genieten van het spel van licht en schaduw doorheen het bladerdek van de bomen.

Ontelbare schakeringen van kleuren spreidden zich tentoon, gaande van groen, over bruin, naar geel en zelfs rood. Het is meer dan duidelijk geworden dat de herfst zijn intrede heeft gedaan, ook in het bos. Af en toe bereikten we een wat meer open plek in het bos en veranderde het pad in een bredere dreef. Het traject van de wandeling veranderde vaak van richting en leek hierbij alle paden en dreven van het bos te willen volgen. Binnen de kortst mogelijke tijd verlies je op die manier elk gevoel van oriëntatie, maar uiteindelijk hoefden we toch maar de pijlen te volgen, so what? Het is opmerkelijk hoe rustig het is om te wandelen doorheen de bossen, vooral wanneer nevel en mist zijn opgetrokken en de zon alle moeite doet om wat leven in de natuur te brengen. Voortdurend hoorden we het geritsel van de afgevallen bladeren, of het gekraak onder de schoenen van de noten en eikels die zich op de paden bevonden. Onderweg kwamen we langsheen enkele splitsingen, waarbij de wandelaars van de 4, 9, 12, 15 of 21 km telkens een andere richting werden uitgezonden, om op die manier het bos in elke richting te doorkruisen.

Vaak ontmoetten we elkaar een tijdje nadien op hetzelfde pad. Een stukje hooiland ging aan het oog voorbij bij het wandelen langsheen de rand van het bos. Na een goed uurtje wandelen, bereikten we de rand van het bos, alwaar zich een Mariakapel bevond, die we toch even van nabij konden bekijken. Wat verder bereikten we de openbare weg en volgden we een tweetal woonstraten, tot we waren aanbeland bij de kerk van Schoonbeek om een eerste pauze te nemen tijdens de wandeling. We waren ondertussen 7,5 km ver, tijd dus om de koude chocomelk te degusteren... Onze tweede lus begon naar rechts, met als gevolg dat we een stukje bebouwde kom kregen te verwerken. Ever verder ging het rechtsaf, langsheen het plaatselijke jeugdhuis en volgden we een rustige landelijke weg tussen de weilanden. Ook hier de rust van deze landelijke omgeving, welke zich koesterde in het herfstzonnetje. Wat later bereikten we een veldweg en die leidde ons in de richting van een maïsveld, waar we uiteindelijk dwars doorheen dienden te gaan.

Enkele rode linten bakenden het pad af en zo trokken we tussen de stengels, in de richting van het domeinbos Schoonbeek. We volgden tal van kleinere boswegels, die af en toe op- en neerwaarts gingen. Ditmaal bevonden we ons in een totaal andere zone van het bosgebied, waar het zalig was om te vertoeven. Ook ditmaal volgden even later wat bredere dreven. Eenmaal de rand van het bos bereikt, volgden we over korte afstand de openbare weg, waar we een eindje het traject volgden van de LF50a Jeugdherbergroute. Gelukkig vonden we enkele honderden meters verder opnieuw een veldweg rechts van de weg en konden we de drukke baan verlaten. We bereikten dezelfde plek waar we reeds tijdens de eerste lus waren langsgekomen en volgden een stukje domeinbos, tot we de Mariakapel bereikten. We volgden dan dezelfde terugweg naar de controlepost. Deze tweede lus was merkelijk korter dan de eerste en bedroeg slechts 5 km. Na een kort oponthoud in de sporthal, begonnen we nadien aan de derde lus, ditmaal over een afstand van 9 km.

We gingen opnieuw naar rechts en volgden dezelfde weg als tijdens de aanvang van het tweede gedeelte van de wandeling. Toen we even later een splitsing bereikten, wandelden we ditmaal niet in de richting van het Jeugdhuis, doch in de richting van Beverst. We volgden een nogal drukke weg, gelukkig via het trottoir en de gelijkgrondse berm, tot aan de spoorweg, juist voor het begin van de bebouwde kom van Beverst. Juist voor de spoorweg, sloegen we een links gelegen grindweg in en die bracht ons naar een bosgebied. We wandelden een tijdje evenwijdig met de spoorlijn. We volgden een zanderig pad tussen lage beplanting, in de richting van de enkele woningen. Gekomen aan de volgende overweg, ging het haaks linksaf en konden we via een grindweg terug naar de open velden wandelen. We bereikten uiteindelijk weiland, alwaar we rechtsaf gingen via een kleine wegel en vervolgens een klein stukje bos konden doortrekken. Rechts in de verte zagen we de kerk van Beverst en de ervoor liggende weilanden.

Enkele beekjes werden overgestoken, met opvallend helder water. We vonden er wat verder een landelijke, kronkelende weg, welke ons langs tal van weilanden leidde. Grazende koeien, enkele paarden, dit alles blakend in het zonnetje, wat kan een mens meer verlangen tijdens een wandeltocht. Enkele overblijfselen van een afgezaagde boom, waren nu ten prooi aan ontelbare zwammen. Er wordt in de natuur dus ook aan recyclage gedaan. Terwijl wij deze rustige weggetjes volgden, werd het deelnemersveld opnieuw her en der een andere richting uitgezonden, mits enkele splitsingen op het parcours. Weinig later bevonden we ons zo goed als alleen op het traject van de 21 km en wandelden op die manier tot aan de grensscheiding met Bilzen. Juist voor de grens met deze gemeente, ging het opnieuw via een rechts gelegen veldweg, doorheen een klein stukje aanpalend bos. De erachter gelegen landelijke weg werd bereikt en die voerde ons voor het laatst in de richting van het domeinbos Schoonbeek.

Ter hoogte van een plaatselijke manege, volgden we een zandweg recht het bos in. Voor het laatst konden we nog even genieten van enkele prachtige dreven en bospaden, alvorens we nadien de openbare weg bereikten en stilaan afzakten in de richting van de aankomst. Tot slot verliep het parcours nog door een stukje nieuwbouwwijk, om uiteindelijk de kerk van Schoonbeek te bereiken. We kunnen vandaag tevreden terugblikken op deze mooie natuurwandeling, waarbij elke lus ruim was voorzien van voldoende bos- en natuurgebied. Rustige landelijke wegen alwaar we konden genieten van de rust, waarnaar tijdens het weekend zo vaak wordt uitgekeken. Als men ons ooit de vraag stelt waar Zwart Willemke heeft geleefd, kunnen we met een tevreden gevoel terugblikken op deze mooie wandeltocht van de Pettemboeren...”

We sluiten dit wandelhoofdstuk vandaag dan ook af, met een blik in de respectievelijke wandelboekjes. ‘K: Stille maar simpele wandeling. Bos en landelijke wegen. Afstand klopte niet. Zonnig herfstweer. J: Mooie en rustige wandeling doorheen het Domeinbos Schoonbeek en omgeving. Zonnig herfstweer!!’

vrijdag 1 mei 2020

196: Coudekerque, Zondag 03 oktober 2010, 22 km. (3953,798 km.)



Een georganiseerde tocht, welke doorging in het noorden van Frankrijk. Deze tocht werd evenwel niet aangekondigd in de wandelgids Marching. De informatie ter zake konden we bekomen via een ander kanaal. Na afloop van deze prachtige wandeling, schreven we nog dezelfde avond een relaas, met betrekking tot de bezienswaardigheden onderweg, omstreeks 20:00 uur.

“Deze ochtend trokken we naar het Noord-Franse Coudekerque-Village, om daar deel te nemen aan een wandeling onder de titel ‘Bois des Forts’. De startplaats bevond zich even buiten de dorpskom in ‘Le Relais des Forts’. Toen we omstreeks acht uur deze plek bereikten, waren nog maar weinig wandelaars aanwezig, het merendeel uiteraard uit de streek. We konden in de zaal terecht voor een gratis koffie en een wafeltje en kregen er een fotokopie, waarop de betreffende routes waren weergegeven. Er kon worden gekozen uit de volgende afstanden: 5, 10, 15 of 22 km. Wij kozen voor de laatste afstand en dienden bijgevolg de zwarte pijlen te volgen gedurende de rest van de dag. De organiserende club ‘Les Semelles du Polder’, had alvast het zonnetje besteld voor deze aangename herfstwandeling. Volgens het verkregen plannetje, zouden we door het dorp Coudekerque wandelen, om vervolgens noordwaarts te trekken in de richting van het ‘Canal de Moëres’, om nadien via het fort Vallière, zuidwaarts te trekken in de richting van Bergues. Aldaar zouden we tenslotte wandelen omheen de stad via de vestingwallen, om nadien terug te keren via het ‘Bois des Forts’ naar de aankomst.

Onderweg zouden we gratis worden bevoorraad. Na onze koffie gingen we op pad. We wandelden direct het ‘Bois des Forts’ in, aangezien de startzaal was gesitueerd binnen deze groene omgeving. Van bij de start scheidden zich de wegen van de 5/10 en de 15/22 km, door elk een andere richting te kiezen. Elke dreef die we vervolgens voor de voeten kregen geschoven, had een toepasselijke naam. Een van de eerste dreven had dan ook de luisterrijke naam ‘Allée des Pics Verts’. Er zouden nog tal van andere benamingen volgen, waarvan we jullie hier de namen besparen. Kort na de start volgden we dan ook grotendeels een uitgestippelde lokale wandelroute, het ‘Circuit du Bois des Forts’. Een tijdje wandelden we in het gezelschap van de deelnemers aan de 15 km, tot we voor het eerst de rand van het bos bereikten. Zij sloegen linksaf om een kortere weg te nemen, wij gingen naar rechts, richting centrum van Coudekerque-Village. Eenmaal in het centrum van dit dorp, werden we herinnerd aan de gebeurtenissen tijdens het begin van de maand juni 1940, toen het Franse en Britse leger op de terugweg waren en later werden geëvacueerd naar Engeland.

Deze gekende operatie Dynamo speelde zich ook gedeeltelijk af in deze Noord-Franse gemeente. We trokken voorbij de dorpskerk, om verder via een links gelegen weg, een stukje verkaveling te doorkruisen. Korte tijd later bereikten we een landelijke weg en die leidde ons in de open polders, waar de uitzichten weids en mooi waren. Het zonnetje deed haar best en de jassen konden worden uitgetrokken. Stilaan zagen we de kerk van Coudekerque in de verte verdwijnen en trokken we verder de polders in. Ook hier verzopen landerijen omwille van de regen de voorbije weken. Tal van kleine waterlopen doorkruisten het gebied en zorgden vaak voor unieke beelden onderweg. Gekomen ter hoogte van de drukke weg naar Ghyvelde, troffen we een recent geplaatst monument aan. De inhuldiging dateerde immers van juni laatstleden. We staken de weg over en volgden aan de overkant een landelijke weg. We bevonden ons hier op het ‘Circuit Cobergher’, een plaatselijke fietsomloop. Verder weg van de drukke wegen, kwamen we langs braamstruiken, waar de bessen met trossen binnen handbereik hingen.

We konden het natuurlijk niet laten even te proeven. Uiteindelijk hield de weg op te bestaan en vervolgden we via een veldweg, welke spoedig overging in een smalle wegel. We trokken een eindje langsheen lage struiken, tot we opnieuw de eerste woonhuizen bereikten. We waren aangekomen ter hoogte van het ‘Canal de Moëres’. Ook hier dienden we de drukke weg te dwarsen, om aan de overzijde, via een klein bruggetje een ander natuurgebied te betreden. Hier volgden we over langere afstand een begroeid pad, waar het vaak moeilijk stappen was omwille van het hoge gras. Even  verder bereikten we een landelijk weggetje en dat deed ons uitkomen ter hoogte van de restanten van enkele bunkers uit de oorlog. Hier vonden we de eerste bevoorrading. Een tafeltje in open lucht bood een keuze aan gratis water, wijn en fruitsap en tevens konden we er proeven van chocolade en cake. Een gezellige babbel met enkele medewerkers liet ons ondertussen genieten van het najaarszonnetje. Even later vertrokken we voor het tweede gedeelte van de wandeling.

Gekomen aan een eerste dwarsweg, namen we even een pauze, om gezeten op een duiker, een hapje te eten en te genieten van de omgeving en het uitzicht. We vervolgden nadien onze weg, in de richting van het verder gelegen kanaal en de ernaast gelegen weg, richting Dunkerque. Hier dienden we naar links af te draaien, om het kanaal te volgen tot in Bergues. Hier konden we de strakke wind voelen die uit tegengestelde richting kwam en konden we dus even vechten tegen de natuurelementen. De rijbaan lag ondertussen bezaaid met kleine afgewaaide takken en ook de stroming op het kanaal was duidelijk toegenomen. We bereikten het links van de weg gelegen golfterrein, waar we tal van beoefenaars aan het werk zagen. Sommigen lieten hun golfkar de heuvel afrijden. Tenslotte, na geruime tijd worstelen tegen de wind, bereikten we de stad Bergues. De eerste versterkte wallen konden worden bekeken en zo kregen we al heel vlug een idee aangaande de omvang van deze vesting. We volgden een stukje slotgracht in de richting van een van de talrijke poorten, om op die manier de stad in te wandelen.

Via de ‘Porte d’Hondschoote’ bereikten we de andere kant van de slotgracht en betraden de stad binnen de omwalling. We wandelden doorheen enkele pittoreske straatjes en over oude pleinen. Enkele historische poorten, het voormalige slachthuis, een oud militair hospitaal... we waanden ons af en toe in de 17de eeuw en verkregen zo een idee hoe het leven er toen moet zijn geweest. Via enkele smalle straten, wandelden we van poort tot poort. Na een tijdje dolen omheen de vestingmuren, bereikten we enkele trappen, waardoor we bovenop de vesting terecht kwamen. Hier verkregen we een schitterend uitzicht over de nabije omgeving en een blik over de binnenstad, die we jammer genoeg niet zouden bezoeken. We volgden de vesting verder, langsheen een voormalige kazerne, om wat later opnieuw onder de vestingmuren door te gaan. Ditmaal kwamen we terecht aan de binnenzijde van dit versterkt bastion. Talrijke schietgaten lieten ons af en toe nog een glimp opvangen van hetgeen zich buiten de wallen bevond. Uiteindelijk troffen we ook even verder een gedenkplaat aan ter ere van de ontwerper van de vesting, maarschalk De Vauban.

Via een reeks trappen bereikten we nadien terug de openbare weg binnenin de vesting, alwaar een schooltje dienst deed als tweede plaats van bevoorrading onderweg. Ook hier konden we even op adem komen en proeven van de cake en de chocolade en een glaasje fruitsap nuttigen. Jammer genoeg nodigden de toiletten niet uit tot een bezoekje... Na ons tweede oponthoud, vervolgden we onze weg via de vestingen. We bestegen enkele trappen om ditmaal een gedeelte van de versterkte wallen te volgen. We wandelden opnieuw bovenop de muren van deze versterkte stad. We zigzagden om op die manier de loop van de muren te volgen. Volgens een informatiebord onderweg, bedroeg de afstand van een gedeelte van deze ommuring meer dan 3500 m. Op die manier gingen we verder omheen de binnenstad, om uiteindelijk het punt te bereiken waar we de stad waren ingetrokken, met name de ‘Porte d’Hondschoote’. Het parcours ging nu over korte afstand over hetzelfde traject als de heenweg, tot we verderop opnieuw het ‘Bois des Forts’ bereikten. We begaven ons in een van de mooie dreven en wandelden ditmaal rechts van het golfterrein.

We waren op de terugweg naar de startzaal. Onderweg kregen we nog wat info over de indeling van het bos en de situering van de forten. Ook wandelden we langsheen tal van prachtige watergebieden en ontelbare kleine waterlopen. Hier vonden we beschutting tegen de wind en was het bijzonder aangenaam wandelen en vooral genieten van de milde temperaturen. Na nog even te hebben genoten van deze mooie bosrijke omgeving, kregen we de auto in zicht en bijna tezelfdertijd de plaats van vertrek. We namen nog even de tijd om iets te nuttigen en reden nadien voldaan richting België. Vandaag genoten we van een stukje Noord-Frankrijk en vooral van de mooie vestingstad Bergues. Vast een bezoekje waard. Meteen loopt het weekend ten einde en worden de wandelschoenen opgeborgen tot volgende week... Dat je kan wandelen zonder controlekaarten en stempels dat hebben we vandaag ervaren, het heeft in ieder geval ons wandelplezier niet bedorven.”

We sluiten dit wandelhoofdstuk voor vandaag af, met een blik in de respectievelijke wandelboekjes. ‘K: Rustig najaarsweer. Verrassende wandeling. Landelijk en met bossen. Hoogtepunt was de fortengordel in Bergues. Ervan genoten, al was de organisatie simpel. Geen sticker. J: Mooie en rustige wandeling doorheen Noord-Frankrijk. Een tocht vanuit Coudekerque, via het ‘Bois des Forts’ naar het mooie historische Bergues. Aldaar wandelen langsheen de oude vestingmuren en langs tal van oude stadspoorten. Een werk van maarschalk Vauban.’

195: Berg, Zondag 26 september 2010, 20,9 km. (3931,798 km.)



Deze tocht werd voorheen in de wandelgids Marching als volgt aangekondigd: ‘Zondag – Dimanche 26/9/2010 – 1910 Berg (Vlaams-Brabant), 27ste Houtheimtochten, 5-8-12-15-19-21-25-27 km. Houtheimstappers Steenokkerzeel. Start: Ons Tehuis. Door de mooiste hoekjes natuur langs veldwegen en door het Hellebos, Steentjesbos en Weisetterbos. Tussendoor wandelen langs rustige landelijke wegen. Een echte natuurwandeling. Deel van de opbrengst gaat naar de bewoners van OTB.’ Na afloop schreven we nog dezelfde avond een verslag met betrekking tot de belevenissen onderweg, omstreeks 20:24 uur.

“Er zijn er die zeggen dat je stom moet zijn, om een hele dag door de regen te stappen. Misschien hebben ze wel gelijk, misschien ook weer niet... het hangt er alleen van af hoe je het bekijkt. Feit is zeker, toen we deze ochtend onze voorbereidingen troffen om af te reizen naar Berg (Kampenhout), stroomde het water met bakken uit de hemel. Niet echt motiverend, maar we besloten toch maar om niet de hele zondag thuis te blijven zitten en te wachten op betere weersomstandigheden. Zoals gezegd trokken we naar Berg, alwaar door de Houtheimstappers uit Steenokkerzeel een wandeling werd ingericht onder de titel 27ste Houtheimtochten. De wandeltocht ging van start in ‘Ons Tehuis’, waar een deel van de opbrengst zou heengaan. Met een beetje het goede doel in het achterhoofd kon de regen ons al wat minder deren. In de ruime startzalen kon worden gekozen uit de volgende afstanden: 5, 8, 12, 15, 19, 21, 25 of 27 km. Aangezien we al vanaf de start onze regenkledij noodgedwongen dienden aan te spreken, hielden we het vandaag op 21 km wandelen.

In de startzaal kregen we een plannetje aangaande de diverse trajecten. Het betrof hier een wandeling met blijkbaar voor elk wat wils: bossen, veldwegen, akkers en landelijke wegen. We verlieten het domein van ‘Ons Tehuis’ en werden uitbundig uitgewuifd door enkele vaste bewoners. Het eerste gedeelte van de tocht zou ons brengen tot aan de controle in ‘Den Ast’, een feestzaal gelegen in een voormalige brouwerij. Het gedeelte van het traject bedroeg dan ook 3,9 km. We wandelden vooreerst door een stukje bos palend aan het domein, waarna we ons begaven tussen de akkers. Het werd duidelijk dat het een dag zou worden van modderige paden en waterplassen. Omwille van de regen van de afgelopen uren, lagen de veldwegen er af en toe glibberig en moeilijk begaanbaar bij. Af en toe kregen we ter verademing een stukje openbare weg en zo vonden we algauw de weg langs de Witloofroute, een fietsomloop van 39 km en wat verderop een variant daarvan, het Witloof Wandelpad. Onderweg kregen we vaak de gelegenheid om inkopen te doen, vooral pompoenen werden aangeprezen.

Dat we ook vandaag tal van maïsvelden van ver en van nabij zouden zien, dat werd spoedig duidelijk. Soms wandelden we langs een smal paadje, onmiddellijk naast de planten. Een eenzame boer was doende met het oogsten van courgettes, ondanks de regen. Wanneer we even een woonstraat doortrokken, werd de modder van de schoenen verwijderd. De Raymond Impanis route was daar getuige van, evenals van het langskomen van ontelbare regenschermen. Uiteindelijk, tussen de regenvlagen door, bereikten we de voormalige brouwerij Biertoren, waar we een eerste controle ondergingen. In de ruime zaal konden we even terecht voor een hapje en een drankje. Na de rust dienden we vooreerst een plaatselijke lus te wandelen van 7,1 km. We gingen dus een eerste keer naar rechts na de controle, alwaar we even verder een rechts gelegen straat ingingen, welke al vrij vlug overging in een veldweg. Op die manier dwarsten we de Weesbeek en slenterden langs maïsvelden, witlooftelers en af en toe enorme villa’s. Blijkbaar valt er nog geld te verdienen met het telen van witloof.

Het meest opvallende aspect aan deze plaatselijke lus, was onze passage doorheen het Liesbethbos. Hier vonden we even beschutting tegen de regen en vooral de rust van een bosrijke omgeving. De geur van een bos op een regenachtige dag is typisch en duidelijk herkenbaar. Een lang, goed begaanbaar kiezelpad slingerde zich doorheen dit mooie natuurgebied. Even verder hingen lekkere appels binnen handbereik. In de natuur hoef je op geen enkel moment honger te lijden. Er valt altijd wel iets te eten onderweg, naargelang het seizoen uiteraard. Jammer genoeg dienden we voortijdig afscheid te nemen van Liesbeth haar bomen en kwamen we opnieuw tussen de velden terecht. In de verte zagen we de dorpskerk opnieuw verschijnen, wat inhield dat we ‘Den Ast’ opnieuw naderden. Korte tijd later, na een eindje asfaltweg, bereikten we de voormalige brouwerij. Het was nu bijna middag en er was duidelijk meer volk aanwezig dan bij een eerste doortocht. Gelukkig konden we met een beetje geluk een vrije plaats vinden. We lieten ons de koffie in elk geval smaken. We waren ondertussen 11 km ver.

Na ons tweede oponthoud in ‘Den Ast’ gingen we naar links, om na enkele honderden meters opnieuw de vrije ruimte van de akkers te vinden. Begroeide veldwegen, met natte grassoorten, leidden ons naar een bijna eindeloze veldweg, die op het einde uitzicht gaf op een enorm bosgebied. Ook langsheen deze wandelweg dienden we vaak plassen te ontlopen en af en toe het akkerland op te zoeken, teneinde de voeten droog te houden. Tal van landerijen stonden reeds blank van het water en menige boer zal daar niet blij om zijn. Gelukkig beperkte onze aanwezigheid zich hier tot het bewandelen van het pad naast het ondergelopen veld. Eenmaal deze weg achter de rug, bereikten we een bredere bosdreef, welke ons een totaal ander gevoel gaf vandaag. We hadden het Steentjesbos bereikt en zouden daar geruime tijd in vertoeven. Duizenden noten en eikels lagen verspreid over de bodem, diverse soorten zwammen en paddenstoelen toonden fier hun soms opvallende kleuren. Eigenlijk behoort de herfst tot een van de mooiste seizoenen in het bos. Alhoewel velen het daar natuurlijk niet eens zullen mee zijn.

Na een prachtig uurtje wandelen, vonden we op onze weg het Natuur-rijk Elewijt wandelpad. Stilaan ging het in de richting van de volgende controlepost en die bevond zich in Taverne Molenhof te Elewijt (Zemst). Wat verder wandelden we nogmaals langsheen een fietsomloop, met name De 8 van Zemst. Korte tijd nadien, na nog een moeilijke passage langs veldwegen, bereikten we de Taverne, annex visvijver. Hier moeten we spijtig genoeg melden dat het geheel ons een verwaarloosde indruk gaf en kregen we een beetje het gevoel van vergane glorie. Tja, om een of andere reden kende de zaak vroeger waarschijnlijk betere tijden. Eenmaal het Molenhof bereikt, hadden we 18,2 km afgelegd en restten ons nog slechts 2,7 km tot aan de eindstreep. Het laatste stukje wandelweg begon vooreerst met een doortocht doorheen een stukje bosgebied, waar we wandelden over het traject van de Streek-GR Dijleland, de GR128 en GR512. Deze wandelpaden kregen het gezelschap van het Teniers wandelpad.

Een modderige dreef leidde ons doorheen dit bos, tot we aan de andere kant een werf bereikten. Hier, waar werken werden uitgevoerd in opdracht van Fluxys, dienden we even door een poel te waden. Wat verder bereikten we een kleine beek, met ernaast een stukgelopen wandelpaadje. Dit pad zou ons terug voeren tot aan ‘Ons Tehuis’, het einde van een dagje Berg en omgeving. Op deze regenachtige dag hadden we 20,9 km afgewandeld, in hoofdzaak langs niet altijd even gemakkelijk te bewandelen paden. De inrichters kunnen daar moeilijk iets tegen in brengen natuurlijk, het weer kan je immers niet voorspellen en nog veel minder bestellen. Toen we huiswaarts reden hadden zich toch reeds 1076 wandelaars gemeld en er kon nog steeds worden gestart. Dit is dus geen eindtotaal met andere woorden. De bewoners van ‘Ons Tehuis’ kunnen er maar wel bij varen...”

We sluiten dit wandelverhaal af met de weergave van datgene, wat kort na afloop van de tocht in de wandelboekjes werd neergeschreven. ‘K: Veel regen op deze rustige wandeling. Fijne bossen. De rest een beetje eentonig. J: Wandeling t.v.v. ‘Ons Tehuis’ in Berg. Regenachtige dag met veel modderige veldwegen.’

194: Neuville, Zaterdag 25 september 2010, 21,1 km. (3910,898 km.)



Een tocht, welke in de wandelgids Marching als volgt werd aangekondigd: ‘Zaterdag – Samedi 25/9/2010 – 5600 Neuville (Philippeville/Namur), Marche des Eoliennes, 4-6-12-21 km. 1000 Pattes Philippeville. Départ: Salle Les Amis de la Gaieté. Parcours campagnards et vallonnés.’ Na afloop van deze tocht, werd nog dezelfde avond een verhaal geschreven inzake de bezienswaardigheden onderweg, omstreeks 19:58 uur.

“Vandaag vertoefden we in de provincie Namen, meer bepaald te Neuville (Philippeville). Aldaar vond immers de Marche des Eoliennes plaats, ingericht door de wandelclub 1000 Pattes uit Philippeville. De plaats van vertrek was gesitueerd in de Salle Les Amis de la Gaieté te Neuville zelf, in de onmiddellijke nabijheid van de dorpskerk trouwens. Eoliennes staat trouwens voor windturbines, waarvan er een hele serie zijn geplaatst in de nabijheid van dit dorpje in Namen. We vonden met een beetje geluk een parkeerplaats juist tegenover het startzaaltje en konden er even later terecht voor een kopje verse koffie en een koffiekoek, alvorens wat later van start te gaan. Er kon worden gekozen uit de volgende afstanden: 4, 6, 12 of 21 km. We kozen voor de 21 km, wat inhield dat we doorheen een viertal dorpjes zouden trekken en in een wijde boog omheen de turbines. Onder een zonnige hemel konden we wat later op weg voor een tocht over heuveltjes en door dalen... Na een laatste blik op de ruime documentatie aangaande het parcours, verlieten we de startzaal in de richting van de kerk van Neuville.

We konden al onmiddellijk een beetje klimmen en zo waren we al heel vlug opgewarmd. Onze eerste rustpost onderweg zouden we aantreffen na ongeveer 4,6 km. Genietend van het zonnetje, op deze toch vrij koude ochtend, omwille van de strakke wind, verlieten we de dorpskom van Neuville. Amper aangekomen tussen de velden en weilanden, kregen we de eerste mooie vergezichten voor ogen. Een opeenvolging van heuveltjes, weilanden op de hellingen, die in elkaar passen als mozaïeken, hier en daar grazende koeien, een eenzaam paard... de rust en vooral de schoonheid van deze kleine Waalse dorpen, doet ons telkens opnieuw ervaren hoe zalig het daar is om te wandelen. Kort na het vertrek kregen we een tweetal splitsingen op het parcours, waarbij we afscheid namen van de wandelaars aan de 4 en 6 km. Vrij vlug na de start kregen we de Eoliennes, de windturbines dus, in zicht en dat zou niet meer veranderen tijdens de rest van de wandeling. Vanuit alle hoeken zouden we kunnen zien hoe deze enorm hoog geplaatste moderne wieken, onophoudelijk ronddraaien, gevoed door de strakke wind.

In deze stille omgeving kan je duidelijk horen hoe zij door de lucht snijden. We gebruikten een destijds aangelegd grindpad, om langsheen de turbines te wandelen. We kregen de gebruikelijke maïsvelden langzij, maar bovendien rundvee in alle mogelijke schakeringen: zwart-wit, bruin, beige, ... Ook zij leiden hun eigen leven in de nabijheid van deze reuzen die de omgeving domineren. In een bijna rechte lijn, volgden we veldwegen, grindpaden en af en toe een klein stukje asfaltweg, tot we in de verte de kerk zagen verschijnen van Senzeilles (Cerfontaine), alwaar we even later onze eerste controle zouden ondergaan. Aldaar konden we terecht in het clublokaal van de plaatselijke vereniging Balle pelote. Een variant op het bij ons gekende kaatsen. We namen er even de tijd voor een koude chocomelk, waarna we ons opnieuw op pad begaven voor het tweede gedeelte van de wandeling. Dit deel zou ons brengen tot in Soumoy, na 8,1 km.

We staken het grasveld in het centrum van dit dorpje over, in de richting van de dorpskerk. Even voordien scheidden zich de wegen van de 21 en de 12 km wandelaars. Ter hoogte van de kerk ging het scherp rechtsaf en zo verlieten we de bebouwde kom, om wat verder af te dalen via een grindweg. Ook nu alweer konden we genieten van vergezichten en zagen ver voor ons hoe het traject verder zou verlopen. Een veldweg kronkelde zich tussen de heuvels in de richting van een bosgebied verder weg. Toen we even achterom keken, zagen we stilaan de kerk van Senzeilles verdwijnen achter de donkere wolken die kwamen opzetten. What goes up, must go down en omgekeerd. Na een tijdje langzaam afdalen, ging de veldweg de hoogte in en dienden we af en toe stevig klimwerk te verrichten. Zo bereikten we wat verderop een eerste baken bezijden de weg: les Cloyes. We volgden de veldweg richting Soumoy, zoveel was ondertussen al duidelijk. Tevens bevonden we ons op het Circuit vélo en Condroz. Ter hoogte van dit baken sloegen we rechtsaf, in de richting van de bossen die we ondertussen in de verte konden bemerken.

Een grindpad deed ons vervolgens nog aan hoogte winnen, waarna we wat verderop een links gelegen bospad opgingen. Zo verdwenen we tussen de bomen op een glibberig en af en toe modderig pad. Hier konden we genieten van de diverse soorten zwammen en paddenstoelen welke zich tussen de andere bosplanten bevonden. Het paadje kronkelde zich verder doorheen het bos, waarbij af en toe de bodem werd verlicht door zonnestralen die tussen het gebladerte doorbraken. Menige waterplas diende te worden omzeild, maar toch lukte het om de voeten droog te houden. Toen we de andere kant van het bos hadden bereikt, kregen we opnieuw een bredere veldweg te verwerken, welke ons bracht tot het wat verderop gelegen Centre culturel van Soumoy. Terwijl we nog even konden genieten van tal van gekleurde bessen langs de weg, naderden we het kleine dorpje. Twee kleine monumentjes konden we even bekijken, alvorens in het Centre een koffiepauze te houden. We hadden ondertussen 8,1 km afgelegd en hadden het nog steeds droog kunnen houden.

Toen we korte tijd nadien Soumoy verlieten, volgden we vooreerst een zacht hellende asfaltweg. Even later verlieten we de openbare weg om een schuin rechts gelegen grindweg te volgen, die nog steeds aan hoogte won. Links, in het dal konden we een watergebied zien en wat verderop een stuwdam. Af en toe werd deze aan onze blikken onttrokken door een maïsveld dat zich links van ons bevond. We stegen nog hoger tot we uiteindelijk een duidelijker zicht hadden op deze dam in de verte. Toen we zowat het hoogte punt hadden bereikt, konden we aan de aard van het traject vaststellen dat we zowat op het verste punt van de wandeling waren gekomen. Plotseling kregen we een richtingsverandering van bijna 180°, wat inhield dat we de terugweg hadden aangevangen. We kregen nu een begroeide veldweg te verwerken, welke af en toe was overstroomd. Het was dus vaak heil zoeken in de graskant om verder te kunnen wandelen. Gelukkig was het ergste al vlug voorbij en konden we opnieuw rustig wandelen over droge veldwegen. Naarmate we langsheen een verder gelegen bosrand kwamen, werden we plots opgeschrikt door een jong dier welke uit het bos opdook.

Wie het meest schrok was niet meteen duidelijk, doch het dier zette het onmiddellijk op een lopen doorheen een bietenveld en keerde vlug terug naar de veiligheid van het bos. Met een beetje geluk konden we nog net een foto nemen. Uiteindelijk ging de veldweg over in een dreef, aangezien we opnieuw een stukje bos hadden bereikt. We troffen alweer een baken aan bezijden de weg, ditmaal La Butte, op een hoogte van 285,5 m. Ditmaal duurde onze passage door het bos niet zo lang en bereikten we aan de rand ervan een bijna eindeloze grindweg die we zagen opdoemen. Hier voelden we de strakke wind van links en in de verte kwamen de donkere wolken steeds dreigender over. Naarmate we het grindpad afwandelden, zagen we na een tijdje, rechts in de verte een kerktoren verschijnen, zoals later zou blijken de kerk van Villers-deux-Eglises. Toen we tenslotte het einde van het grindpad hadden bereikt, troffen we rechts een asfaltweg aan, die in dalende lijn verliep tot aan de dorpskerk van Villers...

Aldaar hadden we een controlepost op de binnenkoer van de plaatselijke school, waar we genoegen namen met een bankje onder een afdak. We waren 15 km ver en restte ons nog een laatste stukje wandelweg tot aan de aankomst. Amper vertrokken voor het laatste gedeelte van de wandeling, troffen we aan de andere kant van de kerk een teken aan met een speciale betekenis, het teken van de weg naar Santiago de Compostela. Ditmaal een keramiektegel bevestigd in het metselwerk van een woning. Vervolgens ging het verder via een licht hellende asfaltweg, waarbij we al heel gauw het dorp achter ons hadden gelaten. We zagen opnieuw enkele heuvels verschijnen en de landelijke weg die zich ertussen kronkelde. Dat onze wandeling stilaan naar een einde liep, was meer dan duidelijk toen we de gekende Eoliennes opnieuw zagen verschijnen. Heel even kregen we wat regendruppels te verwerken, zij het echter van korte duur. Langzaam maar zeker, ging de weg in dalende lijn richting Neuville.

Toen we wat later de kerk zagen verschijnen, ging het nog even via een klein ommetje naar een laatste controlepost op zowat 800 m van de eindstreep. Blijkbaar had men het nodig gevonden nog een rustpost in te richten ter hoogte van de firma Mathot & fils. Wij zagen er het nut niet van in en wandelden gewoon verder naar de aankomst. Het laatste gedeelte van de wandeling leidde ons doorheen het centrum van Neuville, waar we nog even konden genieten van de typische bouwstijl van deze streek. Toen we voor de tweede maal langs de kerk kwamen, zagen we dat de eindstreep was bereikt. Na de eindcontrole bemerkten we dat 502 wandelaars vandaag aan deze Marche des Eoliennes hadden deelgenomen. Wijzelf waren alvast tevreden over wat we hadden gezien...”

We eindigen stilaan dit wandelverslag met een blik in de respectieve wandelboekjes, vermits ook daarin enkele indrukken werden nagelaten.’K: Een pareltje onder de wandelingen. Veel niveauverschil. Zalig weer. J: Mooie tocht vanuit Neuville, via Senzeilles, Soumoy en Villers-deux-Eglises. Tocht langs les Eoliennes!’

193: Sint-Martens-Lennik, Zondag 19 september 2010, 21,4 km. (3889,798 km.)



Deze tocht werd voorheen in de wandelgids Marching als volgt aangekondigd: ‘Zondag – Dimanche 19/9/2010 – 1750 Sint-Martens-Lennik (Vl.-Brab.), 11de Levenslustige Wandeltocht, M.P.I. Levenslust. Start: Sportzaal MPI Levenslust. Organisatie t.v.v. behoeftige kinderen. Landelijke wegen en glooiende hellingen in de groene ziel van het Pajottenland met kastelen Groenenberg-Gaasbeek, de idyllische dorpjes Pede, Gaasbeek. Gratis bevoorrading en degustatie brouwerij Lindemans.’ Na afloop van deze prachtige wandeltocht, schreven we nog dezelfde avond het relaas met betrekking tot de belevenissen onderweg, omstreeks 19:51 uur.

“Het grote voordeel van het wandelen is, dat je kan kiezen waar en wanneer je dat wenst te doen. Vandaag kregen we alweer maar eens een wandeling te verwerken, om duimen en vingers af te likken. Deze ochtend immers trokken we naar Sint-Martens-Lennik, alwaar een tocht werd ingericht door MPI Levenslust. Het betreft een instituut waar jongeren met leer- gedrags- en/of emotionele moeilijkheden worden opgevangen. Met andere woorden, een wandeling voor het goede doel dus. Deze organisatie ging reeds door voor de 11de maal en dat wil toch al iets zeggen. We werden dan ook verwelkomd op het grote domein en werden er begeleid naar een parkeerplaats in de onmiddellijke nabijheid van de plaats van inschrijving. Er heerste reeds een drukte van belang, niet enkel omwille van deelnemende wandelaars, maar ook tal van fietsers en mountainbikes. Blijkbaar een dagje met voor elk wat wils.

In de sporthal, welke dienst deed als startzaal, kregen we bij de inschrijving een brochure van tien bladzijden, met tekst en uitleg over het te volgen parcours. Tevens ontvingen we een bonnetje voor een gratis degustatie, later op de dag. Er kon worden gekozen uit de volgende afstanden: 7, 14, 16 of 21 km. Wij kozen voor de wandeling van 21 km met de welluidende naam Panoramische Wandeling. Onderweg zou worden voorzien in drie gratis bevoorradingsposten. Er werd dus veel beloofd bij de start! Na een koffie en een hapje trokken we vanuit de sporthal op weg. We wandelden vooreerst een stukje doorheen het domein van het MPI, waar we zicht kregen op de kinderboerderij en het internaat van de jongeren. We vervolgden onze weg langsheen de keuken en het voetbalveld. Toen werd het domein verlaten en splitsten zich de deelnemers. De 7 en 14 km verliep rechtdoor, wijzelf sloegen rechtsaf en volgden een aardeweg. Hier bevonden we ons op het Pedemolen Wandelpad.

Na een stukje aardeweg, ging het verder via een wegel en trokken we langsheen een uitgestrekt maïsveld. Het gras lag nog nat en dat voelde soms een beetje fris aan. Ook al zag de lucht er dreigend uit, het bleef droog en meer kan een mens niet verlangen. Het wegeltje leidde ons tot aan een klein stukje bos. Hier konden we enkele soorten paddestoelen bekijken, met daarnaast tal van nestkastjes. Naarmate we een beetje aan hoogte wonnen, konden we achterom de eerste mooie vergezichten zien. Deze streek is immers licht heuvelachtig en dat biedt schitterende panoramische vergezichten. Toen we de velden verlieten, ging het via een smalle landelijke weg tot aan een kasseiweg, de Rosweg. Hier leek deze kasseibaan eindeloos en was rechts opnieuw geflankeerd door maïsvelden. Links konden we tuintjes bekijken. Wat verderop kwamen de wandelaars aan de 14 km zich vanaf links weer aansluiten en samen ging het vervolgens rechtsaf via een woonstraat.

Korte tijd later ging het opnieuw de velden in via een aardeweg. Ondertussen hadden we zonnebloemen gezien, druiven en vooral veel pompoenen. De aardeweg volgend, slingerden we ons tussen tal van weilanden, waar koeien zich niet bekommerden om de voorbijtrekkende wandelaars. Uiteindelijk leidde deze aardeweg ons tot aan de drukke Brusselstraat, die we gelukkig slechts over korte afstand dienden te volgen. Hier noteerden we de aanwezigheid van De Gordelroute (100 km) en de Bruegelroute (45 km). We verlieten deze drukke verkeersader via een links gelegen aardeweg. We waren nu op weg naar een van de eerste bezienswaardigheden van de dag, het bos Groenenberg. Na een eindje wandelen ging het links het bos in en bevonden we ons op het Kastelen Wandelpad. Het ging via een systeem van trappen even naar omhoog, waar we uiteindelijk een wandelpad volgden doorheen dit mooie stukje natuur. Hier kregen we minder licht omwille van het bladerdek en dat gaf toch wel een eigen uitstraling aan het bos. Ontelbare kastanjebomen bevonden zich langsheen het pad en de bolsters stonden op het punt open te barsten.

Een dreefje aan de rand van het bos leidde ons naar een wegje, alwaar we terecht kwamen op het Daen Vervaet Wandelpad. Dit smalle landelijke wegje bracht ons opnieuw tot in de bewoonde wereld, waar we de Groenstraat bereikten. Het Groenenbergwandeling Wandelpad stond meteen bezijden de weg aangegeven. Ondertussen bevonden we ons op het grondgebied van Gaasbeek (Lennik). Aan het eerstvolgend kruispunt ging het rechtsaf, richting markt van Gaasbeek. We konden vandaag niet genoeg krijgen van de wandel- en fietsroutes onderweg en konden er meteen twee aan toevoegen: de LF6 Vlaanderen Fietsroute en de Zuunbeek Route. Terwijl we in de richting van het centrum van Gaasbeek wandelden, zagen we links in de verte het hoog verheven kasteel Gaasbeek reeds opdoemen. Later tijdens de wandeling zouden we aldaar langskomen. Voor ons zagen we reeds het kleine kerkje van Gaasbeek verschijnen en korte tijd later daalden we af naar de marktplaats. Hier bereikten we na 7,3 km de eerste controle- en bevoorradingspost. En of we werden bevoorraad!!

We konden vooreerst kiezen tussen een sinaasappel en een banaan, vervolgens tussen een stukje bodding of een wafel en kregen er nog een drankje bovenop. Tja, we hebben weinig wandelaars horen klagen over de service op deze kleine gezellige marktplaats. Na een leuke babbel met enkele medewerkers, ging de wandeling natuurlijk verder. Na een laatste blik op de schandpaal trokken we langsheen de Donkerstraat. Wat verderop ging het links de Oudenakenstraat in. Aldaar kregen we enkele mooie gedichten te lezen, welke langsheen het parcours stonden opgesteld. De tekst was vergezeld van een illustratie. We zouden er nog talrijke ontmoeten tijdens de rest van de wandeling. Na een eindje deze rustige weg te hebben gevolgd, bereikten we de grens met St. Laureins-Berchem. Hier ging het rechtsaf en kregen we een steenslagpad voor de voeten geschoven. Onderweg hadden we intussen enkele mooie oude hoeves kunnen bekijken en sommigen lijken echte pareltjes inzake bouwkunst. Gelukkig dat sommigen er nog tijd en geld willen aan investeren, om deze gebouwen te redden van de sloophamer.

De steenslag verbijtend, zochten we onze weg tussen diverse veldwegels. Ook hier de uitdrukkelijke aanwezigheid van maïsvelden. Het zal raar aanvoelen wanneer straks de velden weer kaal lijken te zijn. Gelukkig konden we nu genieten van de rode muren bezijden het pad, waar ontelbare rode bessen in dikke trossen hun heesters sierden. In vele schakeringen van dieprood tot bijna paars hingen ze binnen handbereik. Na het lang genieten van deze herfstvruchten, we bevonden ons ondertussen op het grondgebied van Pepingen, bemerkten we in de verte de kerktoren van Oudenaken, onze volgende bestemming. Via enkele landelijke, verkeersarme wegen, afgewisseld met enkele woonstraten, bereikten we tenslotte het voorportaal van de kerk van Oudenaken. We hadden even voordien het Vier Dorpen Wandelpad verlaten. Juist voor de kerk dienden we een smal pad, met de toepasselijke naam Kerkweg, te nemen, welke ons leidde omheen het plaatselijke kerkhof. Deze wegel verliep langsheen de maïs, om wat verder doorheen een rietzone te verlopen.

Het paadje werd smaller en kronkelde zich tussen een wildgroei van grassen. Hier namen we een korte aanloop om een sterk stijgend kiezelpaadje te nemen dat ons, eenmaal boven gekomen, deed aankomen aan de tweede controle- en bevoorradingspost van de dag, een hoeve in de Molenborrestraat. We hadden ondertussen 13,1 km afgelegd. Binnenin was een van de vroegere stallen omgebouwd tot antiek café. We namen er even de tijd om een rustpauze in te lassen. Ook hier hadden we de gelegenheid om gratis drank te bekomen en konden we kiezen uit wafels en bodding. We waagden er ons ook aan een antiek volksspelletje ten voordele van het MPI. Onze inzet van twee euro bracht ons een waardevolle prijs op, die zijn nut zal bewijzen hier ten huize. Een handbediend ramenpoetssysteem dat de vrouw des huizes morgen zal proberen. We weten in elk geval dat onze inzet naar een goed doel gaat en dat is het voornaamste. Na alweer te hebben geproefd van de zelfgemaakte wafels, trokken we ons opnieuw op gang.

We wandelden langsheen de kerk van Sint-Laureins-Berchem, om een links gelegen aardeweg in te slaan. Dit pad bracht ons tot aan de openbare weg, waarna we de weg dwarsten en een paadje volgden langsheen de rand van het bos dat zich daar bevond. We hadden op die manier het kasteelpark van Gaasbeek bereikt en volgden nu via een smalle wegel de rand van het park. Het paadje bracht ons tenslotte tot aan de vijver behorende bij het domein, waar we nu voor het eerst van nabij het kasteel konden bekijken. De wandeling ging omheen de vijver, tot aan de toegangspoort van het kasteelpark. We betraden het domein en kregen een steile trap te verwerken, die ons tot aan de ingang van het kasteel bracht. Hier namen we even de tijd om een kijkje te nemen op het binnenplein van het kasteel zelf. Er waren rondleidingen bezig, welke op een vast tijdstip van start gaan. Toch kregen we een idee over de geschiedenis van dit prachtige kasteel dat nu in handen is van de Vlaamse Gemeenschap. Eén van de meest gekende bewoners uit de geschiedenis betrof een zekere Lamoraal van Egmont, uiteraard bekend bij vele lezers.

Na een indruk te hebben opgedaan, volgden we de brede dreef op het domein, richting uitgang. Ook hier bevonden we ons opnieuw op het Kastelen Wandelpad. Aan de uitgang gekomen, dienden we de straat over te steken en vervolgden we onze weg richting kasteel Groenenberg, dat even verder was gelegen. We kwamen langsheen de Groene Boskabouter, waar het Daan Vervaet Wandelpad van start ging. Vervolgens langs de toegangspoort van het kasteel, doch gingen rechtdoor via het Hogebossen Wandelpad. Dit liep omheen het domein via een ernaast gelegen veldwegel. Deze leidde naar de Laarbeekvallei. Hier kregen we zicht op een stukje natuurgebied dat zichzelf in stand hield, zonder tussenkomst van de mens. Dat uitte zich door de enorme wildgroei, toch de moeite om even bij stil te staan. Eens de Laarbeekvallei voorbij, bereikten we ondertussen het grondgebied van Vlezenbeek en de drukke Brusselstraat, die we eerder op de dag reeds hadden gedwarst.

Aan de overzijde bevond zich de brouwerij Lindemans en hier hadden we onze laatste controle van de dag. In ruil voor onze bonnetjes kregen we er een gratis Framboisebier van maar liefst 37,5 cl. Er kon ook worden geopteerd voor Kriek of Geuze... We lieten ons dit drankje smaken op het terras voor de brouwerij en het moet gezegd, het heeft ons deugd gedaan. Na zowat 17,4 km te hebben afgelegd, was dit een welkome verfrissing die in dank door de wandelaars werd aanvaard. Uiteindelijk komt aan alles een einde, ook aan de geneugten des levens. Met andere woorden, we begonnen aan het laatste stukje wandelweg, richting aankomst. We keerden een eindje terug om vervolgens rechtsaf te gaan, richting Schepdaal. Enkele landelijke wegen brachten ons tot aan de laatste bezienswaardigheid van de dag, een mooie watermolen. Ondertussen begonnen de wolken te dreigen en voelden we af en toe een druppel neerslag. Teneinde toch nog droog de aankomst te bereiken, zetten we er een beetje vaart in, teneinde de laatste kilometers af te leggen.

Het ging stilaan richting aankomst, maar niet voordat nog even stevig diende te worden geklommen alvorens we opnieuw het domein Levenslust bereikten. Met een beetje geluk lukte het zonder veel neerslag de sporthal te bereiken. Na de eindcontrole verkregen we nog een sticker voor het wandelboek en kochten we nog een tombolabiljet ten voordele van de inrichters. Tevreden konden we even later huiswaarts, net zoals de overige 603 wandelaars. Uiteindelijk hadden we vandaag 21,4 km afgelegd en elke kilometer heeft ons voldoening gebracht. Waren alle wandelingen maar ingericht zoals vandaag en verliepen ze maar allemaal langsheen een parcours zoals vandaag. Wij hebben daar maar één woord voor ‘beregoed’ en dat wil al iets zeggen. We kunnen enkel maar de raad van velen onderweg opvolgen, volgend jaar terug richting Levenslust!!!”

We sluiten stilaan deze wandelbijdrage af, met een blik in de wandelboekjes, waarin immers ook enkele eerste indrukken werden nagelaten.’K: Wandeling voor het goede doel. Veel afwisselende natuur en Gaasbeek! J: Beregoed!’