Posts tonen met het label Saint-Hubert. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Saint-Hubert. Alle posts tonen

maandag 18 oktober 2021

475: Saint-Hubert, Zaterdag 10 juli 2021, 18,885 km. (9587,301 km.)


“Een beschreven wandeling uit de Dagstappergids Ardennen, deel 1, met start en aankomst te Saint-Hubert. Volgens de wandelgids bedraagt de totale wandelafstand 16,2 km en gaat van start ter hoogte van het ‘Monument Roi Albert’, bezijden de N849, de Rue Saint-Michel. Na een lange autorit vonden we voldoende parkeerplaats op een onverhard terrein in de omgeving van het monument. We namen er de tijd om vooreerst een broodje te nuttigen, alvorens we omstreeks 11:00 uur aan de eigenlijk tocht konden beginnen. Na een blik op het reeds vermelde monument, gelegen op een hoogte van 535 m, stapten we er links voorbij en verkregen dadelijk een reeks routetekens in het oog. Liggende gele rechthoekjes, wit-rode tekens van de GR14 en geel-witte aanduidigen van de Transardennaise. Een onverharde en brede bosweg liet ons dadelijk stevig dalen doorheen het prachtige woud. Na een hele tijd gestaag te zijn afgedaald, kwamen we terecht op een dwars gelegen asfaltweg, die we naar rechts opgingen. Nog steeds dalend, ging het korte tijd later de eerste zijweg links in, om er enkele na elkaar volgende bochten te passeren, nog steeds in dalende lijn. Rechts verkregen we zicht op de Ruisseau de Palogne, waarvan we het verloop een tijdje zouden volgen, tot we de rivier konden oversteken, net aan een wandelboom.

Aan deze wandelboom verlieten we het asfalt en begaven ons op een bosweg rechts, met enkel als aanduiding liggende groene rechthoekjes. We bevonden ons op het traject van de Promenade Les Abanages. Het brede stenige pad leidde ons verder doorheen het enorm uitgestrekte Forêt du Roi Albert. Na vanaf de start van de wandeling nagenoeg voortdurend te zijn afgedaald, ging het vanaf nu matig bergop. Af en toe kregen we doorheen de bomen wat zon te zien en dat voelde aangenaam aan. Af en toe ging het even dalend om vervolgens terug aan hoogte te winnen. Gekomen aan het meest noordelijke punt van het traject, ging het haaks rechtsaf en konden we opnieuw aanvoelen hoe het is om te klimmen. Op de eindeloos lang lijkende bosweg die we nu volgden, hielden we omstreeks 12:50 uur bezijden het pad even halt ter versterking van de inwendige mens. Na al het klimmen en dalen voelden we de maag licht protesteren. Na een deugddoende lunch gingen we opnieuw op pad, zij het over het merendeel al klimmend. We wandelden voorbij enkele zijwegen, ondertussen liggende groene en blauwe rechthoekjes volgend, tot we het stenige pad konden ruilen voor wat elementair asfalt, alhoewel… Via deze elementair verharde weg kwamen we tenslotte uit op een degelijk geasfalteerde dwarsweg, welke we rechts indraaiden.

Zo vorderden we gestaag verder tot aan het eerstvolgende kruispunt, voorzien van het baken Sapin Fi, 560 m. We troffen er naast een infobord betreffende de wandelpaden in de omgeving, een picknickbank aan, ideaal om even de dorst te lessen, te genieten van een wandelpauze en vooral even te luisteren naar de stilte van het bos, inmiddels de klok van 13:50 uur nabij. Na te hebben genoten van deze rustpauze gingen we opnieuw op weg en begaven ons naar links op een smalle asfaltweg, de Rue du Panorama, doorheen een sparrenbos. We volgden er tijdelijk het traject van de Promenade Les Gottes, met andere woorden, aangeduid door liggende blauwe ruitjes. Zowat 1 km verder verlieten we het woud via een wildrooster. We verkregen toen zicht op Saint-Hubert, rechts voor in de diepte gesitueerd. Aangekomen ter hoogte van de tweede zijweg rechts, begaven we ons die grasweg op, nog steeds de liggende blauwe ruitjes volgend. Iets verder verschenen uit de eerste linker zijweg de rood-witte tekens opnieuw van de GR14. Aan de rand van een klein lorkenbos verlieten we de GR14 en draaiden linksaf op een kiezelweg, de Chemin de Palogne. Langzaam dalend ging het richting Bois du Fays. Net aan de hoek van het Bois du Fays, begaven we ons rechtsaf het bos in, hierbij liggende gele en blauwe ruitjes in het oog houdend.

Een kronkelend paadje leidde ons doorheen dit stukje bos, om aan de andere kant te arriveren ter hoogte van een picknickbank, net aan de rand van de N849, de Rue Saint-Michel. We namen er even de tijd om een broodje te nuttigen omstreeks 15:15 uur. Na deze late maaltijd zouden we de N849 naar rechts dienen op te gaan, doch, vermits we even toe waren aan een koffiepauze, volgden we de Rue Saint-Michel naar links, teneinde af te dalen naar het centrum van Saint-Hubert. Beneden aan de rotonde stapten we aan de overzijde verder via de N849, de Rue de la Fontaine tot voorbij de Basiliek van Sint-Hubertus, alwaar we om 15:40 uur konden genieten van een kopje koffie, gevolgd door een frisse cola. Jammer genoeg dienden we nadien de terugweg te bewandelen, ditmaal klimmend, tot we opnieuw het Bois du Fays aantroffen. We wonnen verder aan hoogte via de N849, om op die manier voorbij de gerenoveerde Chirmonthoeve te gaan tot aan de Y-splitsing net er voorbij. Daar verlieten we de Rue Saint-Michel naar rechts, richting Parc à Gibier, ditmaal een vrij forse beklimming tot aan de toegang van het wildpark. Net voorbij de ingang draaiden we via een wandelweg naar links, langsheen het wildpark.

Even verder, ter hoogte van een hekje konden we opnieuw linksaf het bos indraaien, om dadelijk stevig af te dalen, waarbij we ons konden behelpen met wat steun aan koorden. Beneden aangekomen staken we de Ruisseau de Chirmont over en kwamen terecht aan de Étang du Prieur. We begaven ons op een brede bosweg die het verloop volgde van de Ruisseau de Chirmont, om vervolgens haaks naar links af te buigen in de richting van een kruispunt van boswegen. Daar ging het andermaal linksaf en bevonden we ons opnieuw op het traject van de GR14 en de Transardenaisse. Na een tijdje deze brede bosweg te hebben gevolgd bereikten we links een hek in de omheining van het bos, om daar haaks rechtsaf te gaan. We betraden nu een breed kiezelpad, dat vrijwel dadelijk stevig daalde tot aan een dwarsweg, om aan de overzijde de laatste steile klim te ervaren tot aan het eindpunt van de wandeling. Ondertussen waren de weergoden ons minder gunstig gezind en verliep de laatste beklimming onder een ware stortbui. We bereikten dan ook tenslotte omstreeks 18:15 uur het monument Roi Albert na 24527 stappen, goed voor 18,885 km.”

zondag 26 april 2020

178: Amberloup, Dinsdag 22 juni 2010, 16,47 km. (3555,498 km.)



Een nieuwe editie van de Mesa, een vierdaagse wandeltocht, welke trouwens niet werd aangekondigd in de wandelgids Marching. De eerste etappe vond plaats op dinsdag 22 juni 2010, doch omwille van ons verblijf in het kamp van Bastogne, werd het relaas van deze tocht pas geschreven op zondag 27 juni 2010, omstreeks 13:10 uur.

“De dag begon reeds vroeg en meer nog... zonnig en warm, wat goed aanvoelde na de voorbije koude nacht. We hadden immers onderdak gevonden in het Parc des Expositions in Bastogne, een leegstaand complex, dat nu was omgevormd tot een van de kampen tijdens de Mesa, editie 2010. Na een vroeg ontbijt was het wachten op de bus, welke ons zou brengen naar de startplaats van de eerste etappe: Amberloup (Sainte-Ode). Aangezien we hadden gekozen voor de mini mesa, zouden we vanuit Amberloup wandelen tot in Saint-Hubert, het eindpunt op deze eerste dag. Diegenen die opteerden voor de grote mesa, vertrokken vanuit Bastogne naar dezelfde eindbestemming. Reeds vroeg in de ochtend maakten we de verplaatsing, zodat we even na acht uur ter plaatse waren en klaar voor de start. Na het afstempelen van de controlekaarten, konden we samen met veel andere wandelaars beginnen aan vier dagen genieten van de Ardennen en vooral van de schoonheid der natuur. Voorzien van een lunchpakket, fris water en een dosis zonnemelk, vertrokken we even later vanuit deze kleine plek in de omgeving van de Ourthe.

De streek oogde prachtig en de bossen baadden in het zonnetje. Het kleine smalle asfaltwegje dat we volgden, liet ons aanvoelen dat we wel degelijk in de Ardennen waren aanbeland. De hoogteverschillen waren voelbaar en het was even wennen aan het klimwerk. Een informatiebord inzake Les Vallées de l'Ourthe et du Laval gaf ons reeds een klein idee wat we op onze weg konden vinden. Ontelbare wandelpaden en fietsroutes verliepen kris kras doorheen dit landschap en nodigen uiteraard uit tot een langer verblijf in deze rustgevende streek. Kort na de start overschreden we dan ook een eerste maal de Ourthe. Hier nog een rustig kabbelend beekje, dat gemakkelijk kon worden overschreden. Even verder vonden we aan onze linkerkant de gebouwen van de plaatselijke administratie van Sainte-Ode, waarvan de gevel was versierd met een prachtig kunstwerk. Ook in de Ardennen wordt veel zorg besteed aan het aangeven van de te volgen wandelpaden en kregen we een eerste exemplaar in zicht, dat ons liet kennen dat we de Promenade du Moulin de Trois Ponts volgden, aangegeven met gele rechthoekjes. Enkele honderden meters verder klimmen, liet ons vervolgens de Transardennaise volgen, richting Saint-Hubert.

We verlieten op die manier de openbare weg en kregen een links gelegen bosweg aangeboden, waarvan we reeds grotendeels het verloop konden zien. Het ging stevig naar omhoog en dat zouden we spoedig aanvoelen. Het pad verliep vooreerst langsheen de rand van het bos, om hogerop te verdwijnen tussen de bomen. Het Bois de Cousin nodigde reeds van ver uit, er even te komen verpozen. Eenmaal de hoogte overwonnen, werden we beloond met prachtige vergezichten over de omgeving van Sainte-Ode. Enkele kaalgekapte stukken bosgebied gaven aan, dat ook hier werk wordt gemaakt van het in stand houden van de natuur en dat bosbeheer er een hoge prioriteit geniet. In het bos aanbeland, konden we even verpozen door een geleidelijk dalend bospad te volgen. Het bolle pad lag er hard bij en hier en daar vertoonde de grond barsten omwille van de droogte. Het pad ging verder het bos in met een opeenvolging van korte dalingen en hellingen. Het geluid van de vogels en de zonnestralen welke doorheen de bomen schenen gaven af en toe wel een vakantiegevoel. De stilte en de rust van het bos werkten in ieder geval ontspannend. Onderweg bereikten we vaak een open ruimte met wat lagere beplanting en dan kon je dikwijls genieten van een panoramisch zicht in de verte. Daar kon je nog meer de warmte aanvoelen, wat ook door andere wandelaars werd gewaardeerd.

Dat de Ardennen rijk zijn aan diverse wandelpaden was ons reeds genoegzaam bekend. Onder allerlei benamingen, symbolen en plaatselijke kenmerken, gidsen deze prachtige paden de wandelaar doorheen ongekende plekjes. Even later bereikten we een breder grindpad en troffen we bezijden de weg de aanduiding dat het hier ging om een privédomein. Een vriendelijk verzoek de wandelpaden niet te verlaten en de honden aan de leiband te houden, kenmerken doorgaans dit soort paden. Ook hier dienden we aan hoogte te winnen, op dit schijnbaar oneindig lange pad. Links en rechts namen sommigen reeds de gelegenheid te baat een hapje te eten en ook wijzelf keken uit naar een rustplaatsje ergens onderweg om de inwendige mens wat aan te sterken. Even verder, op een enigszins vals plat, vonden we in het gras een hoekje om het lunchpakket aan te spreken. Tijdens deze rustpauze konden we medewandelaars zien voorbijtrekken en even verder tevens halt houden. Velen kenden we reeds van vorige edities en dat voelt prettig aan, oude bekenden terug te zien tijdens dit soort wandelhappenings. Het pad ging vervolgens over in een iets bredere onverharde weg, waar vooral de diepe tractorsporen zorgden voor een iets gemakkelijke weg om te bewandelen.

Met moeite kon een jeep van de plaatselijke brandweer zich een weg zoeken in dit hobbelig terrein. Het terrein wisselde voortdurend van uitzicht en het pad kronkelde verder doorheen de bossen. Ontelbare bomen langsheen het pad waren getooid met allerlei tekens, om de verscheidene wandelpaden te markeren. Vaak gaf dit aanleiding tot leuke composities onderweg. Na ongeveer 7,5 km stappen, bereikten we een open plek in het bos, waar de wandelaars zich konden bevoorraden. Defensie had manschappen, noch moeite gespaard om ook dit in goede banen te laten verlopen. Een gratis gebakje voor onderweg, gratis gekoeld water in voldoende hoeveelheid en bovendien de mogelijkheid om frisdranken of andere meer geestrijke dranken aan te kopen. Hier konden de wandelaars terecht met de bonnetjes welke in de kampen kunnen worden aangekocht en dat is gemakkelijk voor onderweg. Na een rustpauze op een bankje bezijden het pad, konden we alweer op weg om nog even verder te genieten van de mooie omgeving. Het grindpad verliep nu in dalende zin en dat liet de benen even tot rust komen. Een boswegel rechts werd vervolgens genomen wat later een grindpad, enigszins horizontaal verlopend. Op die manier bereikten we na lange tijd doorheen de bossen te zijn getrokken, voor het eerst een stukje asfaltweg.

Links van de weg bevond zich een kaalgekapt gebied, waar ondertussen reeds de eerste nieuw aangeplante boompjes konden opgroeien. Diverse soorten bloemen kregen daardoor alle zon voor zich en lieten dan ook hun beste kleuren aan de voorbijgangers zien: geel, paars, rood, wit, ... Diverse schakeringen groen waren te onderscheiden in de verte en gaven vaak het contrast aan tussen diverse percelen bos. De lokale koeien luierden in het zonnetje en schenen zich niet te bekommeren om de duizenden wandelaars die aan hun ogen voorbij gingen. Wat verderop begaven we ons opnieuw op een grindweg, welke gestaag aan hoogte won en die in de richting verliep van een zichtbaar bosgebied. Een eenzame boer, bezig met het hooi te keren, verstoorde even de stilte van de omgeving. Naarmate we verder wandelden kregen we ook het gezelschap van de deelnemertjes aan de mini mini mesa. De lokale scholen nemen immers met hun jeugdige bevolking deel, door de laatste vijf kilometer van het parcours in groep te bewandelen. Vaak getooid met sierlijke mutsen en voorzien van rugzakjes, wandelen zij onder begeleiding van hun juf in groep langsheen het mesa-parcours. Vaak hoor je hen reeds van ver en kan je even later zien hoe ook zij genieten van dit gebeuren en vooral gefascineerd toekijken naar de voorbijsnellende militairen in uniform.

Een bordje onderweg, Haie Madame Alt. 510, gaf een idee op welke hoogte we ons bevonden. Eenmaal dit punt voorbij, ging het afwaarts, richting Saint-Hubert. Vooreerst wandelden we nog een tijdje langsheen de rand van het bos, waarna we terug de open ruimte bereikten en aanvoelden dat het warm was geworden. Tussen de weilanden door, ging het gestaag bergaf en konden we in de verte Saint-Hubert reeds zien liggen. De torens van de plaatselijke basiliek staken af en toe boven de omliggende heuvels uit en gaven een idee hoever het nog was tot aan de eindstreep. Met de eindstreep bijna in zicht, volgde nog een laatste steile beklimming naast de autosnelweg, om op die manier via de hoger gelegen brug, de snelweg over te steken. Aan de overzijde van de brug kwamen we terecht op een asfaltweg en bereikten we de bebouwde kom van Saint-Hubert. Enkele woonstraten leidden ons vervolgens langsheen een plaatselijk kerkje en een monument ter ere van de bevrijding van de stad.

Zo bereikten we korte tijd later de Espace Récréatif waar we ons konden tegoed doen aan een verfrissend drankje na de wandeling. Op weg naar de bus teneinde de terugtocht aan te vatten naar ons kamp, konden we zien dat ook voor ervaren chauffeurs, de Ardennen wel vaker voor een verrassing kunnen zorgen. Een bus had zich letterlijk vast gereden bij een poging zich te keren via een smalle steile zijstraat, met alle gevolgen van dien. Gelukkig stak defensie met de grove middelen een handje toe om het probleem op te lossen. Even later konden we in Bastogne genieten van een verkwikkende douche en vaststellen dat de eerste dag goed, maar vooral vlug was verlopen. Enkele Blanche Rosée en wat orkestmuziek later konden we terug de slaapzak in, op weg naar dag twee....”

We sluiten dan ook stilaan dit verhaal af met een blik in de respectievelijke wandelboekjes. ‘K: Van Amberloup naar St. Hubert. J: Mini Mesa 2010 – Dag 1. Vanuit Amberloup (Sainte-Ode) doorheen de bossen naar Saint-Hubert. Zonnig en warm wandelweertje.’