Posts tonen met het label Stropersbos Wandelroute. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Stropersbos Wandelroute. Alle posts tonen

zondag 24 maart 2024

577: Sint-Gillis-Waas, Zaterdag 17 februari 2024, 13,431 km. (11.227,373 km.)


“Wandeling N°. 48 uit het ‘Groot Wandelboek Vlaanderen’, met start en aankomst te Sint-Gillis-Waas. Vooraf maakten we via Cambio de verplaatsing en bij aankomst konden we terecht op de parking aan de basisschool Eeckberger in de Stroperstraat, het gehucht ‘t Kalf. Even later, omstreeks 10:35 uur konden we de geplande wandeling aanvangen. Tegenover de school begaven we ons op een smalle kasseiweg, de doodlopende Zavelstraat, welke uitmondde aan de rand van het Stropersbos. Een infopaneel ter plaatse bood wat meer uitleg over de routes doorheen het bos. We stapten rechtdoor het bos in en volgden daarbij de in het rood aangegeven Stropersboswandelroute. Een prille lentezon gaf een aangenaam gevoel, op een vrij modderig pad. Voorbij een grasveld, bochtte het pad naar rechts en volgden we het lokale Havikpad, dat nadien een bocht maakte naar links. Een vrij konkelend bospaadje leidde ons voorbij het wandelknooppunt 72 tot aan het punt 64. Daar aangekomen, aan de rand van het bos, volgden we over korte afstand het asfalt naar rechts via de Groenstraat, tot aan een T-kruising, net aan een waterloop, De Linie. We sloegen haaks linksaf aan het wandelknooppunt 75 en verlieten de tot nu toe gevolgde rode route, om dan de aangegeven groene route te bewandelen. We stapten er zowaar langsheen de Liniedreef. Andermaal verkregen we een vrij bochtig en af en toe modderig stuk wandelweg voor de schoenen. Het pad zou ons leiden naar een achterin gelegen boerderij.

Het wandelboek volgend, dienden we zowat 100 m vóór de boerderij rechtsaf te gaan, richting een in de verte zichtbaar hek. Via dit Heidepad passeerden we een eerste hek, om nadien verder te gaan over een vlonderpad, in de richting van een tweede hek. Eenmaal het tweede hek voorbij gegaan, kwamen we terecht op de dwars gelegen Braemstraat. We merkten dadelijk dat we ons bij het lezen van het wandelboek hadden vergist en de volgende alinea hadden gelezen, zonder te merken dat dit de ‘Verkorting’ betrof. Inmiddels de klok van 12:00 uur bereikt, hielden we er even een korte eetpauze op een aangetroffen zitbank. Later, na een blik op de wandelkaart, begaven we ons in de Braemstraat even naar links en keerden dan op onze stappen terug naar de Liniedreef via het zogeheten Hulstpad. Een vrij smal kronkelend paadje door het bos, zowat evenwijdig aan de rechts gelegen N403. We maakten op die manier de verbinding tussen het wandelknooppunt 76 en 68, waarbij we opnieuw de Liniedreef bereikten even voorbij de eerder vermelde boerderij. We bogen rechtsaf en wandelden tot aan de drukke N403, De Stropersstraat. Aan de overzijde van de weg begaven we ons op een doodlopende weg tussen Donckers Gereedschappen en de Hollandse Viscentrale. Het onverharde pad draaide naar rechts en verliep evenwijdig aan het Kanaal van Stekene. Gekomen ter hoogte van wandelknooppunt 69, ging het haaks linksaf. We passeerden er een verlaten tennisveld en kwamen vervolgens in een bocht uit op de verharde Sint-Jansteenstraat, net aan het knooppunt 62.

We begaven ons linksaf op asfalt en stapten via de Sint-Jansteenstraat tot aan de bocht, om er dan rechtsaf de weg te verlaten via de doodlopende Hellestraatwegel. Vrij snel ging de betegelde weg over in een breed karrenspoor. We stapten omheen een waterpartij, aangegeven als ‘De Wal’ via de Vaertgatwegel, om even verder aan een verharde grindweg, rechtsaf de Breedstraat in te gaan. De grindweg mondde uit op de dwars gelegen geasfalteerde Breedstraat, net aan een klein kapelletje, die we over korte afstand rechtsaf bewandelden tot aan de links gelegen Boswegel. Deze doodlopende smalle asfaltweg, ging over in een brede grindweg ter hoogte van de inrit van een villa. We draaiden links verder mee en verkregen enkele haakse bochten te verwerken. Eenmaal het bos uit, stapten we langs open weiland en gingen voorbij een infobord betreffende de ‘Dodendraad’. Volgens info plaatste de Duitse bezetter in 1915 een draadversperring langs de Belgisch-Nederlandse grens over een afstand van 450 km en stond onder een spanning van 2000 Volt. Voorbij deze reconstructie volgden we nog een eindje de Boswegel, tot de weg eindigde op de druk bereden Hellestraat, zowat op de grens tussen België en Nederland. Over korte afstand stapten we naar rechts en gingen voorbij een eerste grenspaal, N° 282. De Hellestraat werd nu de Ellestraat in Nederland.

Net voorbij het bedrijf met huisnummer 45, begaven we ons op een smalle wegel rechts naast het bedrijf en betraden op die manier het Zeeuwse natuur- en waterwingebied Sint-Jansteen. Na een drietal haakse bochten bereikten we een eerste spaarbekken aan een rustbank. Jammer genoeg bezet door andere wandelaars. Net voorbij het bekken draaiden we haaks rechtsaf om even verder op een duiker even te pauzeren omstreeks 13:45 uur en te genieten van een picknick in het prille lentezonnetje. Na deze aangename pauze vervolgden we onze weg, vooreerst langs een spaarbekken aan de rechterkant en nadien aan de linkerkant. Voorbij dit spaarbekken, ter hoogte van een kruising van paden, draaiden we links een brede eikendreef in, de Heerstraat, die we slechts bewandelden tot aan de eerste dreef rechts. We begaven ons nu richting ruiterknooppunt 96, gevolgd door de richting naar ruiterknooppunt 96. Daar eenmaal aangekomen stapten we via een smalle wegel naar de N403, de weg van Hulst naar Sint-Niklaas. We kruisten de drukke weg, om aan de overzijde verder te wandelen via de Braemstraat, alwaar we eerder op de dag reeds foutief waren aangekomen. Zodoende bevonden we ons opnieuw in het Stropersbos. Via deze onverharde weg hielden we steeds de richting rechtdoor aan en passeerden het wandelknooppunt 76, om tenslotte aan het knooppunt 77, haaks rechtsaf te kiezen.

Vanaf het wandelknooppunt 77 volgden we nu de groen aangeduide Stropersboswandelroute tot we even later op een kruising van bospaden kwamen, net aan het ruiterknooppunt 24. Daar wisselden we even van wandelroute en kozen ditmaal terug de rood aangeduide Stropersboswandelroute. Deze weg volgend kwamen we tenslotte het Stropersbos uit in de Stroperstraat, alwaar we rechtsaf draaiden en via deze grindweg uiteindelijk opnieuw de plaats bereikten alwaar we vroeger op de dag waren van start gegaan. We eindigden dan ook onze wandeling omstreeks 15:50 uur na zowat 13,431 km te hebben afgelegd.”

woensdag 1 april 2020

108: De Klinge, Zaterdag 15 augustus 2009, 18,4 km. (2113,47 km.)



Deze bijzondere wandeltocht werd voorheen in de wandelgids Marching als volgt aangekondigd: ‘Zaterdag – Samedi 15/08/2009, 9170 De Klinge (Oost-Vlaanderen) – Ossaerttocht, 6-13-19 km. Wandelclub Gasthofstappers Sint-Gillis. Start: Basisschool De Bron. Niet te missen avond- en nachttocht langs velden en door het Ossaertbos. Spannend en geheimzinnig. Zaklamp verplicht. Honden moeten aan de leiband worden gehouden.’ Na afloop werd de dag daarna een korte beschrijving neergeschreven van onze belevenissen onderweg, omstreeks 11:18 uur.

“Gisteren trokken we naar het Oost-Vlaamse De Klinge, om daar deel te nemen aan een nachtelijke wandeltocht, onder de benaming Ossaerttocht. Er kon worden gestart tussen 20:00 en 23:00 uur. De organisatie van de wandeling, was in handen van de wandelclub ‘Gasthofstappers’ uit Sint-Gillis-Waas. In het Marching-boek was reeds vooraf aangekondigd dat een zaklamp verplicht was en bovendien dat honden aan de leiband dienden te worden gehouden. Bij aankomst op de startplaats, in de Basisschool De Bron, konden we reeds een beetje de sfeer van het gebeuren aanvoelen. De plaats van inschrijving was versierd met heksen, vleermuizen, spinnen en spoken. Er kon worden gekozen uit te wandelen afstanden van 6, 13 en 19 km. Op de tafels konden we reeds op voorhand een korte beschrijving vinden van hetgeen de deelnemers te wachten stond, vooral in het Ossaertbos. Gezien het bij aanvang van de wandeling, omstreeks 20:00 uur, nog niet echt duister was geworden, besloten we om deel te nemen aan de wandeling van 19 km, met een werkelijke afstand van 18,4 km.

We trokken op pad en vonden bij het verlaten van de school, honderd meter verder reeds een eerste splitsing. De 6 en de 13 km wandelaars gingen naar links, de deelnemers aan de 19 km gingen een eerste keer naar rechts. We zouden dus vooreerst een lus wandelen van 5,9 km. De eerste honderden meters verliepen door de bebouwde kom van De Klinge, waar enkele woonstraten werden doorlopen. Al vlug vonden we op onze weg een fietsroute, met name de Tempusroute van 38 km. Deze leidde ons doorheen de Oude Molenstraat, waar we op een kruispunt een kunstwerk konden bewonderen, dat een molen diende voor te stellen. Wat verderop sloegen we haaks rechtsaf, om de Sluisstraat in te gaan. Voor ons lag een loodrechte smalle asfaltweg, die eindeloos ver de velden inging. De bekende symbolen van een GR-pad, de GR5A, begeleidden ons, tussen de ondertussen hoog opgeschoten maïs. In de verte zagen we tal van luchtballonnen die her en der landden. Stilaan zakte de zon verder naar de horizon en dat verkleurde enigszins het landschap. Op het einde van deze lange eenzame weg, niemand die volgde, sloegen we opnieuw haaks rechtsaf.

Het was ondertussen duidelijk dat we in een vierkant wandelden. We staken een drukke weg over en gingen in de richting van een nabijgelegen bos. Aan de rand van het bos, ging het een laatste keer haaks rechtsaf en hierbij kwamen we terecht op de oude spoorwegbedding Terneuzen - Sint-Niklaas - Mechelen. Dit smalle wegje liep opnieuw eindeloos rechtdoor, en scheen te verdwijnen in de duisternis. We volgden het traject van de LF38b Dender-Waaslandroute en opnieuw het GR-pad. Onderweg vonden we een beschrijving van het Stropersbos. Op het einde van de bedding, bereikten we de openbare weg en tevens de plaats van vertrek. Een eerste gedeelte van 5,9 km was volbracht. We namen even de tijd om iets te nuttigen en konden vaststellen dat het nu toch wel donker was geworden.

De tocht ging verder, waarbij we nu aan de eerste splitsing, eveneens naar links dienden te gaan, om de wandelaars van de 6 en de 13 km te volgen. We volgden de oude spoorwegbedding en tezelfdertijd het traject van de Dender-Waaslandroute. Echter niet voor lang, vermits de 13 en 19 km, de bedding naar rechts verlieten. We volgden enkele straten doorheen een nieuwe verkaveling, nog volop in aanbouw. Op het einde van de verkaveling volgden we een klein paadje en dat bracht ons aan het Natuur- en waterwingebied Clingse Bossen. Het gebruik van de zaklamp was nu wel aangewezen, aangezien je anders geen steek voor ogen meer zag. Tijdens de nacht kan het in het bos echt wel heel donker zijn. Nu volgde een aaneenschakeling van brede zandpaden en smalle boswegels, waarbij het goed uitkijken was om niet van het aangeduide pad af te wijken. Onderweg bemerkten we amper nog de aanwezigheid van de Hulsterloo Route en de Tweelanden Wandelroute. Nog steeds was er niets te bemerken van de aangekondigde griezeltoestanden.

Zo werd dus het tweede gedeelte van de wandeling, over een afstand van 5,8 km afgewerkt, zonder eigenlijk een goed besef te hebben gekregen waarlangs de tocht uiteindelijk verliep. Door een donker bos wandelen doet je elk gevoel van richting en plaatsbesef vergeten. Toen we in de verte licht zagen, naderden we een tweede controleplek, gelegen in de Paal, een plaatselijke school. Daar konden we in open lucht even genieten van een verfrissend drankje. Het laatste gedeelte van de wandeling kwam eraan. Na dit korte oponthoud, trokken we alweer op pad en bereikten spoedig opnieuw de openbare weg. We volgden een ietwat drukkere weg en deze bracht ons ter hoogte van de grens met Nederland. We betraden nu het grondgebied van Kapellebrug (deelgemeente Hulst). Er volgden nu enkele rustige landelijke wegen, doorheen de dorpskom van deze gemeente en later tot op het grondgebied van St. Jansteen. Een landelijke weg ging over in een bospad en opnieuw trokken we de duisternis in. Af en toe zagen we in de verte het schijnsel van een zaklamp van andere wandelaars, maar voor het overige was het pikdonker.

Vaak dienden we de bermen van nabij te bekijken, teneinde te zoeken naar pijlen voor het traject. Via enkele bospaden bereikten we het Ossaertbos, zo werd immers op een bepaald moment aangekondigd op een boom. Enkele verwittigingen waren opgehangen, met daarbij de nodige afbeeldingen van griezels. Er volgde nu een traject tussen linten, met putten en bermen en waarbij tussen de bomen skeletten en andere monsters waren opgehangen. Beren en duivels, heksen en lijken, je kon ze overal aantreffen. Met de nodige achtergrondgeluiden en lichteffecten, had je toch het gevoel dat je op je hoede mocht zijn. Toen, als uit het niets, vloog vanuit een boom een pop, voorstellende één of andere duivel, ons tegen het lichaam. Dat was wel even schrikken, vooral omdat je die voorheen niet eens had bemerkt en als die dan nog in het donker tegen je aanbotst, schrik je toch wel even. Enkele gespannen netten en spinnenwebben maakten het tafereeltje af. Een ludieke afwisseling eigenlijk en prima in scène gezet. Bij momenten hoorde je hier en daar in het bos wel een kreet van een geschrokken wandelaar.

Voorbij dit griezelig gedeelte, kwamen we opnieuw op een breder pad en volgden we de Nobelroute. Die werd gevolgd door de Stropersbos wandelroute en zo belandden we aan de oude spoorbedding, die ons veilig naar de aankomst bracht. Toen we omstreeks 01:00 uur de wandeling hadden volbracht, konden we vaststellen dat 370 wandelaars hadden deelgenomen aan deze leuke belevenis. Vandaag houden we het verder nog even wat rustig, aangezien we dinsdag aanstaande koers zetten naar Nieuwpoort, daar wacht immers de Vierdaagse van de IJzer...”

Teneinde dit wandelverhaal af te sluiten, blikken we nog even terug, naar datgene wat destijds werd toevertrouwd aan de wandelboekjes. ‘K: Avond- en nachtwandeling door De Klinge, Sint Jansteen en Kapellebrug. Griezelig in de donkere bossen. Het Ossaertbos zorgde voor de nodige effecten. J: Nachtelijke wandeling vanuit De Klinge en doorheen Kapellebrug en Sint Jansteen. Griezelen in het Ossaertbos. Warm zomers weer. Magere opkomst!’