Posts tonen met het label Opheylissem. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Opheylissem. Alle posts tonen

donderdag 16 juli 2020

311: Ezemaal, Zaterdag 20 september 2014, 21,537 km. (6346,861 km.)



“Ditmaal kozen we voor een wandeltocht, zoals beschreven in de Dagstappergids Vlaams-Brabant 2, met start en aankomst in Ezemaal. Volgens de wandelgids een tocht van 20,5 km die kon worden ingekort tot 14,6 km. We besloten echter het volledige parcours te volgen. ’s Ochtends reden we dan ook tot aan de parking van het station van Ezemaal, alwaar we, na een hapje, klaar waren voor de start. Het zonnetje gaf alvast een aangenaam gevoel om kennis te maken met een stukje Vlaams-Brabant. We wandelden vanaf de parking aan het station lichtjes bergaf, evenwijdig met de spoorlijn. Een eerste wandelpad werd aangeduid, met name het Laar Wandelpad. Beneden gekomen, ging het verder via de tunnel onder de spoorweg en zaten we op het traject van de GR128, tevens bemerkten we aanwijzingen inzake een wandelroute naar Santiago de Compostela. Zowat 400 m verder, ter hoogte van een kleine kapel, ging het naar links, via de Ardevoorstraat. Zo bevonden we ons op de grens tussen Vlaanderen en Wallonië. Ter hoogte van een klein bosje, ging het rechtsaf, een veldweg op, welke leidde naar de oever van de Kleine Gete.

Een bocht naar rechts markeerde de plaats, alwaar La Seype uitmondde in de Kleine Gete. We volgden nu de oever van deze beek, staken de drukke N279 over en volgden verder het verloop van deze kleine waterloop. Wat verderop ging het via een brugje over de Seype, nadat we vooreerst even van nabij de H. Bloedkapel uit 1897 hadden bekeken, welke zich even verderop rechts van ons bevond. We vervolgden nadien onze weg, om via enkele landelijke paadjes en vervolgens kerkwegels, opnieuw de N279 te bereiken, ter hoogte van de kerk van Neerheylissem. Een café, met name Le St. Sulpice, ter hoogte van de kerk, nodige alvast uit om even te pauzeren en in het zonnetje te genieten van een kopje koffie. Na dit oponthoud volgden we een tijdje de drukke weg, om ter hoogte van een electriciteitscabine, rechtsaf te wandelen en zo de Kleine Gete over te steken. Een rustig landelijk wegje liet ons genieten van de rust uitgaande van de natuur. Zo wandelden we verder, met rechts zicht op de mooie Sint-Sulpitiuskerk van Neerheylissem.

Uiteindelijk bereikten we even later een stukje bos en verlieten we de openbare weg, teneinde een rechts gelegen bospad op te gaan. Ook hier erg drassig en af en toe dienden we het gras op te zoeken, teneinde de voeten droog te houden. We staken vervolgens opnieuw de Kleine Gete over via een houten ophaalbrugje en bereikten verder de vijver van het Provinciaal Domein van Opheylissem. Het vrij modderige wegje volgden we naar links, richting ingang van het domein. Op weg daarheen kregen we tal van dieren te zien, welke in het domein een onderkomen hebben gevonden: hertjes, struisvogels, hangbuikzwijnen, enz. Gekomen aan de ingang van het domein troffen we een wandelpaal aan met verwijzing naar de samenkomst van de GR128 en de GR579. Alvorens richting kasteel verder te wandelen, namen we even een korte pauze op het terras aan de oever van de vijver. We lieten ons de koffie smaken. Nadien wandelden we langsheen de voorzijde van het kasteel en verlieten het domein opnieuw via een zogeheten dienstingang.

Even verder passeerden we de kerk van Opheylissem en sloegen een links gelegen veldweg in, welke vrij vlug overging in een steile holle weg. We volgden hier een gedeelte van de Promenade des Chavées, aangeduid door groen-wit-groene rechthoekjes. Boven namen we de meest linkse veldweg en wandelden richting Goetsenhoven, waarvan we reeds van ver de kerk konden bemerken. Tenslotte bereikten we op die manier de steenweg tussen Tienen en Hannuit. We staken deze drukke weg over en volgden een veldweg naar links, om nadien het dorpsplein te bereiken van Goetsenhoven. We troffen er de aanduidingen dat we ons bevonden op de Suikerroute. Even voor de kerk vervolgden we ons tocht via de Konijnenbergstraat, waarna we korte tijd later het traject van de GR128 verlieten. We klommen verder via de kasseien van de Konijnenbergstraat tot op de top van de helling. Aldaar ging het rechtsaf via een smal graspad, Druivenspoor geheten. Dit paadje verliep achter de tuintjes van de aanpalende huizen.

Aan het einde van dit graswegje bereikten we de N64 welke we dwarsten om vervolgens een betonwegje te betreden. We volgden hier een tijdje het traject van de LF6 Vlaanderen Fietsroute. Enkele landelijke wegen brachten ons vervolgens tot in het dorpje Hakendover, waarbij we tevens even konden proeven van het Bedevaarders Wandelpad. In het centrum van Hakendover konden we even onze dorst lessen in café De Korenbloem. Even later vervolgden we onze tocht via de Keienpoelweg, tot we geruime tijd later de weg Tienen – Sint-Truiden bereikten. We wandelden korte tijd langsheen deze drukke N3 om verder een rechts gelegen kasseiweg op te gaan. Dit was een deel van de Romeinse heirweg tussen Keulen en Boulogne-sur-Mer. Hierlangs verliep tevens de Landense Fietsroute. We kwamen langsheen diverse boomgaarden, alwaar de rijpe peren, omwille van de Russische boycot, zomaar bleven hangen, tot ze van de bomen zouden vallen. We lieten ons dan ook enkele exemplaren bijzonder smaken.

Een bijna eindeloos lijkende betonweg bracht ons uiteindelijk tot aan een kruispunt, alwaar we opnieuw de aanduidingen vonden van de GR128. We sloegen rechtsaf, richting Ezemaal, hierbij voorlopig het Hespensche Wandelpad volgend. Enkele veldwegen leidden ons tot in het dorp Eliksem. Korte tijd nadien wandelden we voorbij de Koningsmolen, om vervolgens nogmaals de Kleine Gete over te steken. Er volgden nog enkele bruggen over deze waterloop, tot we tenslotte de oever stroomopwaarts dienden te volgen. Vrij vlug echter bleek dat het pad onbegaanbaar was, omwille van recente overstromingen. We zakten meteen in de drassige ondergrond. Een koppel moedige wandelaars kwam ons uit tegengestelde richting tegemoet en meldden dat er verder geen doorkomen meer mogelijk was. De modder kwam tot halverwege hun benen. Er was geen andere mogelijkheid, dan een eindje terug te keren, tot aan de dichtst bijgelegen openbare weg en die te volgen tot aan het station van Ezemaal. Het was een kleine omweg, doch we zaten al dichtbij het einde van de wandeltocht.

Even later bereikten we opnieuw ons voertuig op de parking van het station, weliswaar met schoeisel dat dringend aan een onderhoudsbeurt toe was. We sloten deze dagtocht af met een gewandelde afstand van 21,537 km, goed voor 1062 cal en 28717 stappen in een tijd van 5.05.58.”

donderdag 28 mei 2020

257: Hélécine, Zondag 28 oktober 2012, 13,9 km. (5125,779 km.)



Een kort wandelverhaal, met betrekking tot een tochtje einde oktober 2012 in het dorp Hélécine. Hierna volgt dan ook een korte impressie ter zake.

“Een zonnige nazomerdag leek ons de ideale gelegenheid, de vrije ongerepte natuur te verkennen in de omgeving van Hélécine, of op zijn Vlaams gezegd: Opheylissem. We hadden dan ook voorheen via internet, het traject gevonden van een wandeltocht aldaar onder de welluidende naam ‘Wandeling van de Chavées’. De startplaats bevond zich ter hoogte van het aldaar gelegen museum Armand Pellegrin. We hadden er dan ook de kans even te praten met een dame welke het museum open diende te houden en kregen dan ook een gratis wandelgids van de omgeving. Ter hoogte van de ingang van het gebouw bevindt zich immers een informatiebord met tekst en uitleg over een drietal wandelingen in de omgeving. Zoals reeds gezegd kozen we voor de wandeling van de Chavées, met een lengte van ongeveer 11 km. We zouden uiteindelijk stranden op 13,9 km, vermits we af en toe even de verkeerde weg opgingen, omwille van gebrek aan aanduidingen van het traject.

Maar goed, we vertrokken dus aan het museum, voorzien van het nodige teneinde onderweg even de innerlijke mens te versterken. We hadden een goed gevoel, vermits we ons bevonden op een pelgrimsroute, waarvan de blauwgele sticker op het informatiebord als aanwijzing ter zake. We lieten dus het museum achter ons en wandelden in de richting van het Provinciaal Domein van Hélécine. We maakten op die manier kennis met enkele overgebleven gebouwen en konden tevens genieten van de uitgestrektheid van dit prachtige domein. Onderweg tal van markeringen dat we ons bevonden op het traject van de GR128. Het ging omheen de vijver en langsheen het hoofdgebouw, om vervolgens, even voorbij de oude stallingen, het domein opnieuw te verlaten. Langsheen het traject ontbrak evenmin een passage langsheen de Sint-Maartenskerk van Opheylissem, alwaar we even halt hielden op het plaatselijke kerkhof. Ook hier alweer tal van oude metalen kruisen als laatste eerbetoon aan de overledenen.

Het ging nu stilaan de dorpskom uit en al vrij vlug wandelden we doorheen de eerste holle weg (chavée). De uitgestrektheid van de omgeving kon worden bewonderd en een fel blauwe lucht, vergezeld van een najaarszonnetje konden garant staan voor een aangename wandeldag. Zo wandelden we langsheen velden, waar de maïs wachtte om te worden geoogst, alwaar kerstbomen hun laatste weken aarde voelden om nadien te worden overgebracht naar enkele warme huiskamers, of waar bieten klaar lagen om te worden vervoerd. Dat het terrein heuvelachtig aanvoelde hoeft wellicht niet te worden vermeld. Onze kuitspieren echter voelden wel het gevolg van het voortdurend hellend landschap. Op die manier wandelden we richting Sint-Donatiuskapel, een eenzaam bouwwerkje op een heuvel gelegen. We troffen er een verweerd bankje aan, enigszins schuin gezakt, maar toch handig om even een hapje te eten. Met een uniek uitzicht over de omgeving kan zo een gedekte tafel fijn aanvoelen.

Na deze zonnige rustpauze trokken we opnieuw op pad. Tal van land- en veldwegen trokken aan het oog voorbij, richting volgende bezienswaardigheid, andermaal een prachtige kapel. Dat we onderweg vaak af te rekenen hadden met enkele modderige passages, mag wel blijken uit de hoeveelheid modder die aan de schoenen bleef kleven. Ze wogen meteen een beetje zwaarder dan naar gewoonte. Genietend van het aangename wandelweer, bereikten we even later de dorpskern van Neerheylissem en troffen er zowaar een geopende herberg aan, de eerste van de dag. Een unieke kans om even de dorst te lessen. Weinig later ging het langsheen de Sint-Sulpitiuskerk, naar de verder gelegen oude watermolen. Ter hoogte van deze molen veranderden we van richting en volgden het verloop van de Kleine Gete, of zoals men aldaar zegt ‘La Petite Gette’. We passeerden zo het oude gemeentehuis van Neerheylissem en terug een prachtig religieus gebouwtje, de Sint-Kruiskapel. Aan devotie geen gebrek blijkbaar in deze streek.

Stilaan vorderden we opnieuw richting startplaats en bereikten even later opnieuw het museum Armand Pellegrin. Het einde van deze eerder korte wandeltocht, waarbij we uitkwamen, volgens onze wandel-gps op een afstand van 13,9 km. Zo kwam dan ook een einde aan deze kennismaking met Hélécine en omgeving. Enigszins tevreden konden we de terugreis aanvatten.”

J: Wandeling van de Chavées met start en aankomst te Opheylissem (Hélécine). Zonnige wandeltocht over heuvelachtig terrein. Langsheen heel wat kapelletjes en de Kleine Gete.