dinsdag 19 mei 2020

238: Mirwart, Zaterdag 09 juli 2011, 24,2 km. (4748,039 km.)



Het relaas aangaande een wandeling die we maakten op 09 juli 2011 en waarvan het verslag pas werd geschreven op dinsdag 12 juli 2011, omstreeks 11:53 uur.

“Afgelopen zaterdag trokken we nog maar eens naar de Ardennen, voor een wandeling van 24,2 km met start in Mirwart. De ondertussen gekende Dagstappergids van Lannoo was daartoe onze leidraad. Reeds vroeg in de ochtend reden wij via Brussel, gevolgd door een lange autorit langsheen de E411, tot aan afrit 24. Vervolgens ging het doorheen het prachtige domein van Mirwart naar de lager gelegen gerestaureerde watermolen, start van deze dagtocht. We vonden vrij gemakkelijk een parkeerplaats ter hoogte van de watermolen en konden na een kleine hap op weg voor een adembenemend prachtige wandeling doorheen de bossen in de omgeving van Saint-Hubert. Ter plaatse bevindt zich een infobord met tal van kortere lokale wandeltrajecten, voorzien van gekleurde symbolen. Na het bekijken van de watermolen, nu blijkbaar de uitvalsbasis voor jeugdbewegingen, maakten we rechtsomkeer om vervolgens onder de spoorlijn door te gaan en nadien voor het eerst de Lomme te overschrijden. We bereikten het erachter gelegen kruispunt ter hoogte van de plaatselijke viskwekerij, de Pisciculture Provinciale. We volgden hier reeds een lokaal wandelpad, met name de Promenade vieux moulin de Mirwart.

Op het kruispunt een eerste zeshoekig baken, Pisciculture provinciale Alt. 260. Hier ging het dadelijk linksaf en begonnen we via een asfaltweg aan een lange beklimming van ongeveer 2500 m om naar een hoogte te gaan van iets meer dan 400 m. We zouden al spoedig ondervinden dat die klim heel wat energie zou kosten. We wandelden langsheen tal van plaatselijke infoborden over het domein van Mirwart, het bos, de dieren en de jacht. Bezijden de weg troffen we tal van kamperende jongeren aan. We stegen geleidelijk hoger doorheen het Bois des Hazelles rechts en het Bois de Smuid links. Eenmaal de hoogtelijn van de 400 m overschreden, vernamen we ook enige info inzake de Mariebron, welke ergens in het bos verscholen lag. Toen we even verder een bord hadden bemerkt inzake de gevarieerde bospopulatie, verlieten we nadien de asfaltweg en volgden een rechts gelegen verhard pad, dieper het bos in. Hier dienden we het een tijdje te stellen zonder aanwijzingen, doch onze gids volgend, namen we een verder gelegen grotere dwarsweg rechts. Het ging nu in dalende lijn richting vallei van de Marsau, een kleine zijrivier van de Lomme. Ondertussen kregen we de eerste regendruppels te verwerken en konden we de gepaste kledij aantrekken.

Korte tijd later, na een wat steilere afdaling, staken we de Marsau over, waarna een korte klim volgde naar het volgende baken Fourneau de Marsole Alt. 320. Dit bord had betrekking op het verdwenen gehucht Marsole, vermoedelijk ten onder gegaan als gevolg van de pest. Aan het baken sloegen we rechtsaf, om even verderop opnieuw de Marsau over te steken via een bruggetje. Via een wit hek bereikten we een asfaltwegje en trokken vervolgens langsheen tal van visvijvers, welke waren afgeschermd met draden tegen de reigers. De hier gekweekte vis wordt gebruikt om de Waalse waterlopen te voorzien van een nieuw visbestand. We trokken nu langsheen het traject van de Promenade du Marsoult. Op die manier doorheen het dal, terug naar het grote kruispunt waar we de wandeling waren begonnen. Alvorens het kruispunt opnieuw te bereiken, kwamen we nog langsheen een soort hut en een brandstapel, waar aan de hand van een didactisch bord werd uitgelegd, hoe men ooit houtskool vervaardigde. Uiteindelijk bereikten we nadien opnieuw de parking aan de gerestaureerde watermolen. Het tweede gedeelte van de wandeling, leidde ons vervolgens de andere kant uit, richting woonkern van Mirwart. Teneinde opnieuw de vallei te verlaten, wachtte ons terug een heuse klim, ditmaal langsheen het traject van de GR14.

Voorzien van de nodige regenvlagen, bereikten we na een vrij lange klim over asfalt de eerste huizen van Mirwart. We wandelden richting kerk, om aldaar linksaf te gaan en vrijwel onmiddellijk opnieuw de woonkern te verlaten. Een beeld van de zaaiende boer leek ons uitgeleide te doen. Ondertussen werd het uitzicht enigszins belemmerd door laaghangende wolken, zodat van de omgeving minder te zien was dan aanvankelijk gedacht. Het ging gestaag dalwaarts en even verder verlieten we het asfalt en ging de tocht verder over een onverharde weg. Zo bereikten we opnieuw bosgebied en waren we enigszins beschut tegen de regen. Op die manier bereikten we het volgende baken op onze weg Aux Cloyes Alt. 270. Het ging nog even rechtdoor, via een onverhard stukje weg, doch vrij spoedig dienden we een rechts gelegen mountainbike pad te nemen, het bos in en hier konden we de kuiten laten aanvoelen wat echt klimmen inhield. We konden ons meteen de vraag stellen, hoe men hier fietsend doorkwam, aangezien we zelf moeite hadden om via het pad (??) hogerop te komen. Hier en daar kregen we af te rekenen met wat netels en doornen en de eerste insecten begonnen hun hinderlijk gedrag te vertonen.

Ondertussen was opnieuw de zon verschenen en het voelde, omwille van de recente neerslag, drukkend en plakkend warm aan. Voor de zoveelste keer tijdens de wandeling werd regenkledij opnieuw opgeborgen. Na deze inspannende beklimming, bereikten we boven het volgende baken Au Cheval Dos Alt. 355, alwaar we rechtsaf dienden te vervolgen. Het ging nu vrij sterk dalend over een breder pad tussen mooie sparren. Na een volgende richtingsverandering, verlieten we het bos en kwamen we tussen de hooilanden terecht. Via een karrenspoor bereikten we de wat lager gelegen dwarsweg en vanaf daar ging het via een gemakkelijk wandelend asfaltbaantje in dalende lijn naar het dorpje Awenne, hierbij het verloop volgend van de Transardense wandelroute, alsook de Liaison vers la promenade dessous-dessus, een zogenaamde verbindingsweg. Het baken Wilmonste Alt. 355, bevond zich even vóór het dorp Awenne. Even verder kregen we op een hoogte reeds de kerk van het vernoemde dorpje in zicht. Wat lager staken we de drukke weg Saint-Hubert – Rochefort over om via een nieuwe beklimming naar het dorpje Awenne te vorderen. Zo betraden we volgens lokale info O Payis dès Sabotîs, het land van de klompenmakers en tezelfdertijd de dorpskom van Awenne.

Op zoek naar een drankgelegenheid in dit kleine dorp, kwamen we echter van een kale reis terug. Restte niets anders dan onze tocht te vervolgen, via de Rue du Ry Bellerose, richting volgend dorpje, Grupont. We kwamen langsheen de Fontaine de la rouge Bonnette en een plaatselijk Onze-Lieve-Vrouwbeeld langsheen de weg. Het ging andermaal over de drukke reeds vernoemde weg en we volgden opnieuw de GR14 via een onverhard pad. Na de oversteek van de Ry de Bellerose, ging het alweer bergop en het bos in. Zo bereikten we het volgende baken op onze lange weg La Queue du Chat Alt. 280. Het ging aldaar dan ook rechtdoor via de Promenade du Bois de Machi, inderdaad dieper het bos in. Via een prachtig stukje natuur, gevolgd door een slingerend pad dalwaarts, bereikten we uiteindelijk een lager gelegen asfaltweg. We kozen voor links en zagen meteen Grupont verschijnen, dat we evenwel rechts lieten liggen. We bereikten een kleine speeltuin, ter hoogte van het baken La Croisette Alt. 260 en namen er even de tijd voor een korte pauze.

We begaven ons vervolgens over een kiezelpad en volgden de aanwijzingen van de Promenade Ardenne et Famenne, richting Mirwart. Tevens bevonden we ons terug op het traject van de GR14. Het ging nu in bijna rechte lijn richting aankomstplaats, waarbij we rechts, maar vooral lager in de diepte, af en toe de Lomme zagen verschijnen. Op de terugweg dienden we over korte afstand een stukje van de heenweg te volgen, waarbij we opnieuw langsheen het baken Aux Cloyes kwamen, om aldaar vervolgens rechtsaf te nemen en de Lomme over te steken via een wel eigenaardig bruggetje. Zo bereikten we de andere oever, ter hoogte van het baken Pont de Clôyes Alt. 250. Een idyllisch eilandje bevond zich midden de Lomme en was in elk geval onderwerp voor een leuke foto. Na een korte pauze op de aldaar geplaatste zitbank, vervolgden we het laatste stukje van de wandeling. We namen de links gelegen onverharde weg en wandelden op die manier langs de oever van de Lomme. We trokken even verder onder de spoorweg door, langsheen het baken Voie Ferrée Alt. 250, om dan het verloop te volgen van de Promenade de la Croix Javalle en de Promenade des Etangs. Het ging een tijdje evenwijdig met de spoorweg, tot aan een volgende baken Saint Philippay Alt. 265, waar we opnieuw de openbare weg bereikten. Het ging vervolgens linksaf, om de eerstvolgende bosweg links in te gaan. Zo daalden we dan geleidelijk af naar het lager gelegen Mirwart, althans de oude watermolen en eindpunt van deze wandeling.”

We sluiten af met de weergave van datgene wat na afloop van de tocht in de wandelboekjes werd neergeschreven. ‘K: Buien en zon. Luswandeling vanuit Mirwart. Veel bos, zichtjes op de Lomme. Prachtige natuur met stevige klimmers! J: Wandeling uit de Dagstappergids met vertrek in Mirwart, ter hoogte van de Lomme. Een eerste lus richting Smuid doorheen het mooie domein van Mirwart. Een tweede lus via de dorpen Awenne, Grupont en langsheen de Lomme terug. Mooie wandeling helaas ontsierd door tal van insectenbeten!!’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten