Een wandeling, in de wandelgids
Marching als volgt aangekondigd: ‘Zaterdag – Samedi 16/10/2010 – 8930 Rekkem
(West-Vlaanderen), 18de Open Grenstocht, 7-14-21 km. De 12 uren van
Lauwe. Start: Wijkschool Paradijs. Langs en over de Franse grens in de
voetsporen van de smokkelaars. Franse specialiteiten.’ Na afloop van deze,
deels op Frans grondgebied verlopen wandeling, schreven we nog dezelfde avond
een verhaal, inzake de belevenissen onderweg, omstreeks 20:30 uur.
“Of het de lokroep van het zuiden
is geweest, laten we hier voorlopig in het midden. Feit is wel, dat we deze
ochtend vroeg, voorzien van een hoeveelheid regenwater onderweg, koers zetten
naar het grensdorp Rekkem. Aldaar werd door de wandelclub ‘De 12 uren van
Lauwe’ de 18de Open Grenstocht ingericht. Onze plaats van afspraak
was gelegen in de Wijkschool Paradijs, in de gelijknamige straat te Rekkem. Bij
onze aankomst werden we overvallen door een hevige plensbui, waardoor we
noodgedwongen nog een tijdje in het voertuig bleven wachten. Uiteindelijk
konden we even later terecht in de startzaal, waar de wafelijzers reeds klaar
stonden om een zekere hoeveelheid deeg later om te toveren tot wafels. Wij
hielden het vooralsnog bij een koffie en een broodje. Er kon worden gekozen uit
drie afstanden, te weten 7, 14 of 21 km. We besloten deel te nemen aan de tocht
van 21 km, met een werkelijke afstand van 24 km. De tocht werd aangekondigd als
een wandeling langs en over de Franse grens, in de voetsporen van de
smokkelaars. Voorzien van de nodige regenkledij, trokken we even later op weg.
Reeds kort na de start, kregen we
op het parcours een eerste splitsing, waarbij we konden bemerken dat de wandelaars
van de 7 km, twee lussen kregen voorgeschoteld. Aan het eerste kruispunt
voorbij de start, gingen wijzelf rechtdoor, samen met de wandelaars van de 7
km. De deelnemers aan de 14 km gingen naar links, samen met de wandelaars aan
de 7 km bij hun tweede gedeelte van het parcours. Op die manier verlieten wij
de bebouwde kom van deze Paradijselijke wijk en daalden lichtjes af, richting
grondgebied Moeskroen. De lucht zag er dreigend uit en in de verte zagen wij de
eerste regenboog verschijnen. We volgden een landelijke weg, gelegen tussen
akkers en weilanden. Het was ondertussen opgehouden met regenen en dat was al
een hele verademing. Even verder verlieten de wandelaars van het 7 km parcours
ons via een rechts gelegen wegje, waardoor we bijna alleen op pad waren. Even
voorbij deze splitsing, bevonden we ons dan ook reeds op het grondgebied van
Moeskroen – Mouscron.
We naderden de bebouwde kom en
dienden een tijdje een hele drukke weg te volgen. Tussen enkele huizen, kregen
we links de restanten van een molen te zien. Gelukkig dienden we deze drukke
weg niet lang te volgen en konden we voorbij de eerstvolgende rotonde een links
gelegen landelijke weg opgaan, hierbij afdalend naar de lager gelegen
weilanden. We konden nu ten volle genieten van de rust van dit landelijk
weggetje, waar koeien rustig stonden te grazen in de aanpalende weilanden.
Maïsvelden konden worden bekeken, afgewisseld met aardappelvelden en
preipercelen. Stilaan ging het in de richting van de autosnelweg, terwijl we af
en toe een dubbele regenboog zagen verschijnen. Dat we ons bevonden in een
grensgebied werd nog duidelijker toen we de bordjes konden aantreffen van de
plaatselijke Kommiezenroute, een fietsomloop van 50 km. Er volgden enkele
richtingsveranderingen, waarbij we even later het gezelschap verkregen van de
andere wandelaars, die deelnamen aan de 7 en 14 km. Dit was echter slechts
korte tijd het geval, aangezien deze even verder zich opnieuw op een andere weg
begaven.
Het had lang geduurd, maar
uiteindelijk gingen de hemelsluizen open en kregen we een hevige, zij het
eerder korte regenbui te verwerken. Net op dat moment begaven we ons op het
Smokkelaarspad en volgden we een smalle kronkelende wegel tussen de velden.
Binnen de kortste tijd was deze wegel herschapen in een modderpad. We zagen
even verder ook de rood-witte markeringen van de GR5A en kregen nadien op onze
route nog het gezelschap van het Kortewagenpad. Even later bereikten we de
openbare weg en konden we de schoenen wat proper maken in het gras. We bevonden
ons reeds een hele tijd op het grondgebied van Rekkem (Menen) en ditmaal ging
het richting centrum van deze gemeente. We arriveerden in de bebouwde kom en
via een kerkwegel bereikten we even later het ‘Dorpshuis’, alwaar we een eerste
controle hadden na 8,3 km te hebben afgelegd. Tijd vonden wij om een hapje te
eten en even te proeven van de chocomelk. Later zouden we hier een tweede maal
langskomen, na een plaatselijke lus te hebben gewandeld.
Na een korte pauze, vatten we het
tweede gedeelte aan van onze wandeling van vandaag. We verlieten het
‘Dorpshuis’ en trokken richting hoofdweg door Rekkem, waarbij we niet ver van
het plaatselijke gemeentehuis een steegje ingingen tussen de huizen. We kwamen
wat lager terecht en troffen daar een splitsing aan, waarbij we de eerste maal
naar rechts dienden te gaan. We kwamen langs de plaatselijke kerk, trouwens een
beschermd monument, om even verder een links gelegen veldweg op te gaan. Een
klein kasseibaantje, ging over in een onverharde veldweg en zo belandden we
opnieuw tussen de patatten en de preigewassen. Het was ook opmerkelijk hoeveel
bloemen we deze tijd van het jaar nog aantroffen bezijden de weg, een ideale
gelegenheid om wat kleurrijke foto’s te nemen. Een smalle geasfalteerde wegel
werd aangeboden, alwaar we opnieuw het traject volgden van het Smokkelaarspad.
Een smalle landelijke weg bracht ons vervolgens tot aan een stukje
natuurgebied, alwaar we even konden genieten van de doortocht door een stukje
kreupelhoutbos.
Via een gladde modderige afdaling
aan de andere kant van dit bosje, bereikten we de oever van het lager gelegen
kanaal. We volgden naar rechts het jaagpad langsheen deze waterloop, waar we
een hele reeks fietsomlopen aantroffen, met name de LF6 Vlaanderen Fietsroute,
de Kommiezenroute en de LF52 Guldensporenroute Armentières – Zeebrugge. Keuze
genoeg dus voor de wielerliefhebbers aldaar. Het ging opnieuw rechtsaf, de
vrije natuur in. Ditmaal volgden we een breder pad tussen jonge boompjes, die
af en toe het gevoel gaven in een tunnel te wandelen. Even later versmalde dit
pad tot een modderige slecht begaanbare wegel, waarbij het even uitkijken was,
waar de voeten werden geplaatst. In een weidse bocht naar links, bereikten we
opnieuw het jaagpad langsheen het kanaal. We sloegen rechts ’t Heelewegelke in
en volgden een landelijke weg, richting hinterland. Een eindje verderop kregen
we geasfalteerde wegels te verwerken, die ons even het gevoel gaven zelf op
smokkelpad te zijn. Af en toe kregen we zelfs een tegelpad te verwerken, beter
konden we het ons niet wensen.
Dat er onderweg kleine
verraderlijke klimmetjes waren, dat konden we goed aanvoelen in de beentjes.
Het gevolg daarvan was, dat we werden beloond met mooie weidse vergezichten
over de vaak lager gelegen omgeving. We vorderden langzaam richting Rekkem en
even later kwamen de eerste woonhuizen opnieuw in zicht. Via een stukje
verkaveling en daarbij gebruik makend van de betegelde dwarsverbindingen,
bereikten we nadien hetzelfde punt waar we vroeger op de dag reeds waren langs
gekomen. We bevonden ons dus dicht bij het ‘Dorpshuis’. Heel even maakten we
nog een kleine ommetje door een stukje buurtpark, waarna we opnieuw aankwamen
op de plaats van controle. We hadden ondertussen 16 km afgelegd en het was tijd
om even te denken aan de inwendige mens. Tot nog toe hadden we vooral langs de
grens gewandeld, het laatste gedeelte zou ons uiteindelijk ook over de grens
laten gaan.
We verlieten opnieuw het
‘Dorpshuis’ en volgden dezelfde weg tot aan de splitsing waar we reeds eerder
waren aangekomen. Ditmaal vervolgden we onze weg rechtdoor, samen met de
wandelaars van de 14 km. We kregen een lichte helling te verwerken en wandelden
zo richting grens. Alvorens het zover was, dienden we eerst nog een veldweg te
volgen, alsook een smalle wegel welke verliep langsheen de rand van enkele
landbouwpercelen. Zo bereikten we even later, komende van tussen de velden, een
kleine huizenrij. Huisjes die er eerder armtierig uitzagen. We wisten meteen
dat we ons op Frans grondgebied bevonden: de verpauperde omgeving, de verwaarloosde
tuintjes, ... De eerstvolgende straat kregen we daarvan bevestiging, we volgden
de ‘Boucle de la Fraude du Tabac’ en bevonden ons in Halluin. Om de hoek waren
de Kommiezen verdwenen en hadden plaats gemaakt voor het ‘Circuit des
Gabelous’. Via een bolle kasseiweg, die zo zou kunnen worden opgenomen in de
‘Hel van het Noorden’, ging het verder op Frans grondgebied.
We kwamen langsheen enkele
bunkers en even later, langsheen het bord met de namen van de gemeenten die
verbroederd waren met Halluin. Aan de eerste rotonde ging het linksaf en
volgden we een drukkere weg richting België. Op die manier daalden we af en via
een stukje Neuville en Ferrain, ging het stilaan naar vaderlandse bodem. Even
voorbij het einde van de bebouwde kom van dit Franse plaatsje, ging het
linksaf, om via enkele achtertuintjes, terug eigen bodem te bereiken. Ons
verblijf op buitenlandse bodem was echter beperkt gebleven. We volgden nu een
kleine landelijke weg, welke ons bracht langsheen de gebouwen van ‘Ons
Erfdeel’, alwaar we een opmerkelijk beeldhouwwerk aantroffen van de hand van
Mag Dornez, ‘Dialoog’. We konden het natuurlijk niet nalaten, deze beide dames
even van naderbij te bekijken. Na dit leuke intermezzo, volgden enkele
woonstraten en kregen we nadien enkele rustige wegels te bewandelen.
Uiteindelijk zou de laatste, met
name de Grenspostwegel ons een blik gunnen op de grensovergang, gelegen
langsheen de E17 autosnelweg. Even later gingen we via een brug de snelweg
over, om langzaam maar zeker in de richting van de aankomst te wandelen.
Onderweg kwamen we ook tot de conclusie dat het bietenseizoen werd ingezet.
Even later bereikten we de Wijkschool in het Paradijs en meteen dienden we
noodgedwongen een punt te zetten achter deze grenstocht. Met enige moeite
vonden we toch nog een vrije zitplaats om even na te kaarten over deze tocht
van vandaag. Toen we even later huiswaarts gingen, noteerden we 715 deelnemers
om 14 uur. Al bij al mogen we van geluk spreken dat onze wandeling slechts
eenmaal werd voorzien van regenwater.”
We sluiten dit wandelhoofdstuk
stilaan af, met een blik in de respectievelijke wandelboekjes, waarin immers
ook enkele eerste indrukken werden nagelaten. ‘K: Wandeling te Rekkem. Soms wat
saai en te weinig grensoverschrijdend. Fikse regenbuien. Rustig. J: Wandeling
vanuit Rekkem en doorheen Moeskroen, Halluin en Neuville en Ferrain. Een tocht
langs en over de Franse grens.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten