Deze georganiseerde tocht werd
voorheen in de wandelgids Marching kort aangekondigd als volgt: ‘France – Côte
d’Opale, dimanche 2 mai – 11ème Rand’Opale, 8-15-25-32-40 km. Départs: Cap Gris
Nez: Audresselles.’ Na een behouden thuiskomst en vooral na een periode in de
droogkast te hebben doorgebracht, schreven we nog dezelfde avond het hierna
weergegeven relaas, omstreeks 21:10 uur.
“Na het natte wandelpak van
gisteren, was onze hoop vandaag gevestigd op een beetje betere
weersomstandigheden. Toen we deze ochtend even na vijf uur ontwaakten, was het
evenwel al hevig aan het regenen. Het beloofde dus andermaal een natte dag te
worden, zoals nadien zou blijken. De reden dat onze dag zo vroeg begon, had te
maken met de bestemming van vandaag. Onze wandelclub De Kwartels organiseerde
immers een busreis, met als bestemming Audresselles (Cap Gris Nez in
Frankrijk). Deze ochtend om iets na zeven uur, vertrokken dan ook twee bussen
vanuit Assenede, richting Côte d'Opale. Onderweg niets dan regen en het zou de
rest van de dag niet beter worden. Zelfs na onze aankomst omstreeks half tien
deze ochtend, bleef het water met bakken uit de lucht vallen. Zij die hadden
gehoopt op enkele opklaringen, zouden van een kale reis terugkeren. Toen we in
Audresselles waren aangekomen, begaven we ons naar de startplaats, om daar
algemene chaos vast te stellen. Gelijktijdig arriveerden aldaar namelijk een
vijftal bussen uit ons Belgenland, voldoende om meteen de organisatie ter
plaatse in het honderd te laten lopen. Van het kastje naar de muur gezonden,
vonden we uiteindelijk de juiste tent om te voldoen aan de inschrijving.
Volgens plaatselijke info kon
worden gekozen uit de volgende afstanden: 8, 15, 25, 32 of 40 km. Gelet op de
weersomstandigheden, de aard van het terrein en vooral omwille van het
vertrekuur van de bussen, hadden we weinig andere keuze dan te kiezen voor het
parcours van de 15 km. Nadien zou blijken dat, gelet op de gesteldheid van het
parcours, dit een juiste keuze was geweest. Alvorens van start te gaan, konden
we nog even een beetje genieten van een bekertje koffie en een chocoladebroodje,
geschonken door de inrichters, met name Les Randonneurs de la Côte d'Opale.
Even later konden we op weg voor de 11ème Rand'Opale. In kolonne ging het
Audresselles uit via een landelijke weg, waarbij al dadelijk het niveauverschil
in het terrein werd aangevoeld. Eens de bebouwde kom werd verlaten, volgde wat
verder een onverharde weg en bleek algauw dat we vaak modder zouden te
verwerken krijgen. Door het grote aantal deelnemers bleek al vlug dat de bodem
was stuk gelopen en dat menig wandelaar een schuiver maakte. Waar het wegdek
een beetje was verhard, troffen we grote plassen aan en was het een beetje
laveren tussendoor. Zodra we de open velden bereikten, volgden we het verloop
van de Sentier du Cap Gris Nez, een wandelparcours van 27 km, netjes aangeduid
door houten bordjes.
Links en rechts bemerkten we het
felle geel van de koolzaadvelden en nog opmerkelijker was de aanwezigheid van
de vele bunkers, welke ooit deel uitmaakten van de befaamde Atlantikwal. Na een
eindje wandelen, splitsten de wandelaars van de 8 km zich naar links af,
terwijl de rest van het deelnemersveld rechtdoor aanhield. Na een goed uurtje
regen en wind te hebben getrotseerd, bereikten we het dorp Audinghen. Tijd om
een kopje koffie te nuttigen op een aangename manier, het is te zeggen,
voorzien van een zitplaats, hetgeen we bij de start hadden moeten ontberen.
Blijkbaar zijn de startplaatsen niet voorzien van deze accommodatie, zoals onze
wandelclubs dit wel doen. Inzake organisatie kunnen de zuiderburen hier nog
iets leren. Maar goed, we vonden een droog onderkomen in een plaatselijke
brasserie, met name Le Vent du Nord, een toepasselijke naam voor de
weersgesteldheid onderweg. De zaak zat zo goed als vol met Vlaamse wandelaars
en de prijs was in verhouding, zo bleek later. Wat voor een koffie moest
doorgaan, kostte een aardig bedragje. We konden evenwel een beetje op
temperatuur komen en dat was toch ook al iets. Even later konden we om de hoek
terecht in de plaatselijke school voor een eerste controle. Ook hier alweer aanschuiven
langs een tafel, waar een kleinigheid kon worden geproefd, chocolade of een
stukje fruit. Dranken konden er niet worden gekocht en zitplaatsen waren niet
voorzien. Bovendien was het sanitair niet voorzien op de talrijke deelnemers.
Deze trend zou zich jammer genoeg
doorzetten langsheen de rest van het traject. Na deze eerste halte, vervolgden
wij onze tocht, opnieuw door de regen. De wandelaars die een langere afstand
volgden dan 15 km, sloegen bij het verlaten van de school rechtsaf, op weg naar
Audenbert. Wijzelf gingen naar links, langsheen de plaatselijke begraafplaats,
om even verderop een rechts gelegen landelijke weg op te gaan. Hier volgden we
het traject van twee wandelroutes, Entre les Caps en Entre les Monts. We
trokken nu in de richting van de zee en dat was voelbaar aan de wind. Nog
steeds zagen we nieuwe donkere wolken afkomen en het regenen hield niet op. De
staat van het wegdek werd, naarmate de wandeling vorderde, steeds slechter. Af
en toe dienden we zelfs over het veld te lopen om nog enigszins van een
parcours te kunnen spreken. We kwamen herhaaldelijk langsheen bunkers en in de
verte was zelfs een vuurtoren zichtbaar. Uiteindelijk kregen we zicht op de Cap
Gris Nez, zij het uit de verte en deels gehuld in de nevel. We bereikten even
verderop opnieuw de Sentier du Cap Gris Nez en deze volgend, bereikten we wat
later een hoeve in Framezelle, alwaar we een tweede controle verkregen. Hier
was het aanschuiven in een grote schuur, waar de wandelaars dicht op elkaar,
enige beschutting zochten voor de regen. Van zitplaatsen was ook hier geen
sprake, waardoor we noodgedwongen onze weg vervolgden.
Het laatste stuk van de
wandeling, zou hoofdzakelijk langsheen de zee verlopen. Hoog boven het
wateroppervlak volgden we het verloop van de kustlijn, waar we onder de indruk
waren van de hoogte van de kliffen. Hier konden we van nabij enkele restanten
van bunkers bekijken, alsook hoe op sommige plaatsen de kustlijn afbrokkelde
als gevolg van het geweld van de zee. Langsheen deze vaak moeilijk begaanbare
paden, verliep de GR120. De modder kleefde hier werkelijk aan de schoenen en
dat maakte het stappen zwaarder. Sommige wandelaars hadden vaak moeite om hun
evenwicht te behouden. Wat verderop bereikten we een kleine grot, waar het
parcours in laatste instantie was gewijzigd, vermits het niet langer begaanbaar
was omwille van de gevallen regen. Hier konden we even tot op het strand gaan
om van nabij de zee te bekijken. Nadien draaide het parcours richting
binnenland, weg van de kustlijn. Ondertussen begon het steeds harder te regenen
en leek het einde van de wandeling plots heel veraf te zijn. We wandelden nu in
de richting van het verderop gelegen Museum van de Atlantikwal, dat echter niet
op het parcours was gelegen. Even voordien ging het rechtsaf en volgden we een
dalende asfaltweg, in de richting van Audresselles.
Geruime tijd later bereikten we
de eindstreep, doornat en tevreden dat we even later de bussen konden opzoeken.
Informatie met betrekking tot het aantal deelnemers konden we nergens aantreffen.
De omgeving waar we vandaag hadden gewandeld, kon uiteindelijk wel boeien en
overtuigen, maar alleen al omwille van de bar slechte weersomstandigheden,
waren we blij huiswaarts te kunnen gaan. Bij zonnig weer is het in deze
omgeving vast en zeker een belevenis om er te wandelen. We hebben dan ook deze
eerste kennismaking genoteerd en onszelf de belofte gemaakt, bij een andere
gelegenheid de streek eens opnieuw met een bezoekje te vereren, zij het onder
andere weersomstandigheden. Onze notities onderweg waren op het einde van de
tocht herschapen in een nat vodje, waar amper nog iets kon worden gelezen. We
hopen op een beetje zon om Audresselles op een andere manier te leren
ontdekken, maar voor ons is het na dit weekend wel genoeg geweest.”
We eindigen dit wandelverhaal voor vandaag, met datgene te
vermelden, wat kort na afloop van deze regenachtige tocht, werd neergeschreven
in de respectievelijke wandelboekjes. ‘K: Een prachtig maar uitgeregend
landschap rond Cap Gris-Nez. Geen al te beste organisatie. J: Regen, regen, …
regen.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten