071: Sint-Martens-Latem, Zondag 12 april 2009, 24,79 km. (1304,63 km.)

Deze tocht, welke toen van start ging, niet ver van onze woonplaats destijds, werd voorheen in de wandelgids Marching, editie 2009, als volgt aangekondigd: ‘Zondag – Dimanche, 12/04/2009 – 9830 Sint-Martens-Latem (Oost-Vl.) – 22^ste Lentetocht – Leietocht, 5-10-15-20 km. WSV Buitenbeentjes Landegem. Start: Zaal Oud Gemeentehuis Deurle. Door dreven en langs villa’s wandelen we door de schildersdorpen Deurle en Latem.’ Na afloop werd door wandelmaatje het hierna weergegeven relaas geschreven, op zondag 12 april 2009, omstreeks 16:57 uur.

“Vanmorgen begon fris, toen we met de Buitenbeentjes uit Landegem op stap gingen, voor hun lentewandeling. Ons vertrek lag in Deurle, in het centrum ‘De Vierschaar’. De hele tocht was goed bewegwijzerd en verzorgd. Meestal gingen we op de paadjes van de Leiestreekroute, die ons buiten imposante villa's, ook door een pittoreske streek bracht. Vanaf Deurle wandelden we Cyriel Buysse achterna, die ooit zo meesterlijk deze streek beschreef. Het pad versmelt zich met de wandelroute van Gust De Smet. Een schilder die in 1905 de kerk van Deurle op doek vereeuwigde. We passeren de kerk, waar de paasklokken hun boodschap over de streek beieren. Met dit klokkengelui stapten we dreven en lanen door, tot we plots een kunstwerk zien liggen, gemaakt door Ann De Man, die moeder aarde voorstelt. Een vrouw was het zeker en in brons gegoten, trotseert ze de blikken van de kijklustigen. Zo komen we aan in de plaatselijke school, om onze eerste rust te genieten.

Wanneer we doorstappen, komen we door Sint-Martens-Latem, waar ook alweer kunst te bekijken is. De beer mocht natuurlijk niet aan onze collectie ontbreken. Deze gemeente kennen we reeds van een vroeger treffen, want we vierden onze bruiloft in een van de restaurants, die daar rijkelijk aanwezig zijn. Het Albijn Van Den Abeelepad werd ook door ons bewandeld. Hij was de grondlegger van de Latemse school, die heel wat kunstschilders over de wereld verspreidde. Zo bereikten we de stadsrand van Gent, meer bepaald Sint-Denijs-Westrem. We passeerden er kasteel Borluut en gingen naar de St. Paulusschool, om een tweede rust te nemen. Nadien maakten we hier een lus, die ons in dezelfde zaal bracht, nadat we via de Leieoevers Afsnee bereikten. Alweer een klein dorp, maar met een eeuwenoud karakter. Daarna kruisten we de paden van De Pinte, om terug te keren via Sint-Martens-Latem.

Een stuk natuurgebied vonden we aan de Westerplas, die dient als overstromingsgebied voor Hoog-Latem. Nu leek het een speelterrein voor enkele ganzen. Gedurende de hele tocht, was de lente goed voelbaar en kon men stilaan de pracht der bloesems aan de bomen bewonderen. Wij stapten de 25 km en rond 14:00 uur waren er al pakweg 1400 wandelaars vertrokken.”

Stilaan eindigen we dit verhaal, met de vermelding van datgene, wat na afloop van de wandeling in de wandelboekjes werd neergeschreven. ‘K: Goed verzorgde tocht. Deurle – Latem – Afsnee – De Pinte en Sint-Denijs-Westrem. Lenteweertje! J: Lentewandeling doorheen Deurle, Sint-Martens-Latem, Sint-Denijs, Afsnee en De Pinte. Prachtig voorjaarsweer op deze Paasdag.’